Muziek

Leo Samama werkt aan psalmenpuzzel van 150 partituren

Leo Samama heeft alle hoeken en gaten van het Nederlandse muziekleven wel gezien. Als docent, muziekdirecteur, journalist, auteur en componist gaat hij al decennialang mee. Momenteel legt de musicoloog de laatste puzzelstukjes van een mammoetproject: deze zomer moeten in Utrecht in één weekend alle 150 psalmen uit 1000 jaar koormuziek klinken.

Geerten Jan van Dijk
8 March 2017 08:32Gewijzigd op 16 November 2020 09:57
Leo Samama. beeld RD, Henk Visscher
Leo Samama. beeld RD, Henk Visscher

De opdracht lijkt redelijk eenvoudig: zoek bij elk van de 150 psalmen een koorwerk. De moeilijkheid zit ’m echter in de voorwaarden waaraan de koorstukken moeten voldoen.

Leo Samama (65) is als programmeur vanaf het begin betrokken bij het project ”150 Psalms” van het Nederlands Kamerkoor. „We hebben het onszelf zeer moeilijk gemaakt. Elke psalm hoort bij één componist. Van dezelfde componist kan geen tweede psalm worden geprogrammeerd. Denk je net de mooiste Sweelinckpsalm te hebben gevonden, blijkt dat die Sweelinck helemaal niet kan omdat een andere psalm van deze componist nodig is om een gaatje mee op te vullen.”

Vervolgens doemt een volgend probleem op, zegt Samama. „Een verrassend groot aantal psalmen is door de eeuwen heen nauwelijks op muziek gezet. Verschillende psalmen zijn gewoonweg te lang, zijn verdubbelingen van andere psalmen of de thematiek van de psalm werd niet als actueel gezien. Psalmen die uiting geven aan de grootsheid van de koning waren erg populair in het Engeland van de 18e eeuw. Deze psalmen konden ook maatschappelijk ingezet worden. Datzelfde geldt voor de boetpsalmen in tijden van ellende en onzekerheid. Heel veel andere thema’s vielen toen weg. Die boetpsalmen zijn overigens prachtig getoonzet door tal van componisten. Maar er zijn maar zeven boetpsalmen. Met pijn in het hart heb ik ontzettend veel mooie koorstukken links laten liggen.”

Barokorgel

Om de herkenbaarheid te vergroten, zijn de samenstellers afgestapt van de gebruikelijke indeling van de psalmen, aldus de musicoloog uit Voorburg. „Specialist Gerard Swüste heeft de psalmen verdeeld in twaalf hoofdstukken. De Bijbelse liederen gaan over een groot aantal aspecten van het menselijk bestaan. In het Oude Testament vormen de psalmen eigenlijk de enige plek waar de mensen zelf aan het woord zijn. Niet zozeer God, niet de profeten, niet de koning, maar het zijn de mensen die zich van alles afvragen. Ik zit diep in de put, wie haalt mij eruit? Ik dwaal over de wereld, maar waar hoor ik thuis? Wat moet ik aan met slechte raadgevers? Maar ook uitingen van vreugde en vertrouwen: „Zing de Heere een nieuw lied!””

Er is grofweg een twintigtal componisten die álle 150 psalmen van muziek hebben voorzien, weet Samama. „Bij de helft gaat het om bundels waarin de psalmen rechttoe rechtaan gezet zijn, denk aan het Becker Psalter van Schütz en de zettingen van Goudimel. Vooral in de barok zijn er legio koraalcantates gecomponeerd, maar daar spelen instrumenten een belangrijke rol. Al die fantastische muziek valt af omdat het bij dit project gaat om a-cappellakoormuziek.”

Die beperking leverde behoorlijk wat problemen op. „Nagenoeg elke 19e-eeuwse Engelse psalmzetting heeft bijvoorbeeld een orgel nodig. Nu is het zo dat ons psalmenproject tijdens het Festival Oude Muziek in Utrecht samenvalt met de inwijding van het nieuwe orgel van de Grote Zaal van TivoliVredenburg. Helemaal gerustgesteld ben ik daar niet op, het betreft namelijk een barokorgel en dat is dus in feite ongeschikt voor muziek uit de 19e eeuw.”

Dwarsdoorsnede

Aan het project ”150 Psalms” doen vier verschillende koren mee, met elk een geheel eigen traditie. „The Tallis Scholars uit Cambridge hebben eigenlijk helemaal niets met muziek van na 1700”, zegt de musicoloog. „Dan zit ik dus klem, want ik probeer een evenwichtige dwarsdoorsnede te maken van duizend jaar koormuziek.

Vervolgens dient zich ook nog eens een festivaldirecteur aan die mij op het hart drukt dat ‘Utrecht’ een festival voor oude muziek is en dat het wat hen betreft daarom ophoudt na 1750. Ik had mij daar aanvankelijk volstrekt niet aan gehouden. Zo gaan The Tallis Scholars Psalm 109 zingen van de vorig jaar overleden Nederlandse componist Jan van Dijk.”

De delegatie Nederlandse componisten is overigens niet groot, want het project heeft een internationaal karakter. „Dus moet ik ook rekening houden met een eerlijke verdeling wat de komaf van de componisten betreft. Daarom zal ik bijvoorbeeld ook een psalm van de 17e-eeuwse Franse componist De Lalande bewerken, zodat het orgel de orkestpartij kan uitvoeren. Anders valt heel de Franse barok buiten de boot.”

Het werk zit er bijna op. Samama: „Doen zich onverhoopt toch nog problemen voor, dan heb ik altijd nog een aparte lijst met psalmen die twee à drie minuten duren. Die kan ik gemakkelijk inzetten als ik onder tijdsdruk gaatjes moet opvullen.”

Christelijke muziek

Vanwege de afkomst van de psalmteksten zijn mensen snel geneigd een psalm regelrecht te scharen onder de noemer ”christelijke muziek”. Maar strikt genomen bestaat christelijke muziek helemaal niet, aldus de musicoloog. „Er bestaat ook geen rechtse of linkse, communistische of fascistische muziek. Het gebrúík ervan kan echter wel in die hoek gezocht worden.”

Binnen de christelijke cultuur is na de Reformatie het zingen van koralen een belangrijk basiselement geworden. „Je zou daarom kunnen zeggen dat componisten die gebruikmaken van lutherse en calvinistische gezangen en psalmen zich bij die groep aansluiten. Maar er bestaan ook rooms-katholieke componisten die lutherse gezangen gebruiken, en christelijke componisten die joodse melodieën toonzetten. Denk aan Max Bruch met zijn bekende ”Kol Nidrei”. Maar er bestaat niet zoiets als een joods D-groot of een christelijk d-klein.”

Menselijke maat

De ouders van Samama zeiden altijd: Je mag zelf kiezen bij welk geloof je wilt horen, maar je moet ze dan wel allemaal proberen. „Wij nodigden daarom als kinderen thuis de dominee uit; maar ook de pastoor en de rabbijn zijn langsgekomen. Ik heb jarenlang de muziek verzorgd tijdens de heilige mis in de rooms-katholieke kerk. Maar voor mij blijft de Bijbel een boek vol mythologische verhalen. Bij mij ontbreekt elke vorm van geloven.”

Wat hem in de psalmen zo aanspreekt, is de menselijke maat. „Het is jammer dat de oorspronkelijke rauwe, pure taal zo vaak is aangetast door allerlei vertaalslagen. Maar al te vaak zijn de psalmteksten opgepompt tot pompeuze teksten die men maar wat graag inkleurde, zodat deze in uiteenlopende straatjes pasten.”

Dat inkleuren gaat door, tot op de dag van vandaag, weet Samama. „Zo kreeg ik vanuit New York de vraag of ik er wel aan gedacht had etnische minderheden op te nemen in onze programmering en om vooral ook ”gender neutral” te programmeren. Het geeft wel aan dat het christendom in het huidige tijdsgewricht nog te vaak gezien wordt als een typisch blanke aangelegenheid. in dat licht is het opmerkelijk dat ze in New York vrouwelijke componisten kennen uit de Filipijnen, Maleisië of Costa Rica die in de 16e of 17e eeuw psalmen voor een onbegeleid koor hebben gecomponeerd.”

---

Leo Samama

Leo Samama (1951) is componist, schrijver en docent. Vanaf 1991 was Samama enkele jaren verantwoordelijk voor de ondersteuning van de artistieke leiding van het Koninklijk Concertgebouworkest. Vervolgens was hij van 1994 tot 2002 artistiek coördinator van het Residentie Orkest en tot 2010 directeur van het Nederlands Kamerkoor.

Na zijn studie muziekwetenschappen doceerde hij onder andere aan de Universiteit Utrecht en de conservatoria van Utrecht en Den Haag.

Samama heeft een honderdtal composities op zijn naam staan, waarvan er verschillende op cd zijn vastgelegd. Hij publiceerde onder andere over Nederlandse muziek, de Nederlandse componist Alphons Diepenbrock en over ”De zin van muziek”. Bij Home Academy verschenen op cd hoorcolleges over onder andere ”De taal van muziek”, Mozart, Beethoven, Debussy, Mahler en ”Het belang van kunst en cultuur”.

Meer informatie: www.leosamama.nl

--

Nederlands Kamerkoor viert tachtigste verjaardag

Met het project ”150 Psalms” viert het Nederlands Kamerkoor tijdens het Festival Oude Muziek op grootse wijze zijn 80-jarig bestaan. De komende editie van het Utrechtse festival, dat duurt van 25 augustus tot en met 3 september, staat in het teken van het thema ”Reformaties”.

Tijdens het eerste weekend van september klinken in 12 concerten alle 150 psalmen, die stuk voor stuk door een andere componist zijn getoonzet. De psalmen worden behalve door het jarige Nederlands Kamerkoor uitgevoerd door The Tallis Scholars (Cambridge), Det Norske Solistkor (Oslo) en het Trinity Wall Street Choir (New York). Enkele internationaal gerenommeerde denkers geven een lezing over de psalmen in relatie tot hun eigen vakgebied. Na Utrecht doen de koren onder meer New York en Brussel aan.

Meer informatie: www.150psalms.nl

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer