De Tweede Kamer is voor goedkeuring van het Oekraïneverdrag. Een grote meerderheid van VVD, PvdA, D66 en GroenLinks steunt de oplossing van het kabinet die is bedacht om de nee-stem van het referendum een plek te geven in de afspraken tussen de EU en Oekraïne.
Dat is dinsdag definitief duidelijk geworden tijdens een debat in de Kamer met premier Mark Rutte en minister Bert Koenders van Buitenlandse Zaken. PvdA-Kamerlid Marit Maij vindt dat het verdrag nodig is om „een kwetsbare buur” te ondersteunen. „We moeten een sterke lijn trekken tegen grote buur Poetin”.
Tijdens het raadgevend referendum vorig jaar april wees een meerderheid het verdrag over onder meer economische samenwerking af. Rutte wilde het verdrag daarna niet afschrijven, maar wel met een oplossing komen voor de zorgen die er volgens hem leefden.
Dat werd een juridisch bindende verklaring bij het verdrag. Daarin staat onder meer dat Oekraïne met het verdrag geen zicht krijgt op het (kandidaat-)lidmaatschap van de EU. In december stemden de andere EU-lidstaten daarmee in.
Op de constructie is ook nog steeds kritiek. CDA-Kamerlid Pieter Omtzigt spreekt van een „leeg inlegvelletje” dat bovendien „niets verandert” aan het verdrag. Zijn partij zal tegenstemmen.
Ook volgens Harm Beertema van de PVV wordt er geen recht gedaan aan bezwaren. Hij stelt overigens dat het CDA het principiële masker in de Tweede Kamer nog even op houdt, maar dat de zaak in de Eerste Kamer al is beklonken.
De Eerste Kamer zal zich pas na de verkiezingen van 15 maart over het onderwerp buigen. Het kabinet is daar afhankelijk van de steun van twee CDA-senatoren.