Dat bleek dinsdag tijdens de behandeling van een initiatiefwet van PvdA-Tweede Kamerlid Ypma en haar ChristenUnie- en CDA-collega’s Voordewind en Rog. De Senaat zal er volgende week dinsdag over stemmen, maar nu is al duidelijk dat de wet een meerderheid behaalt.

VVD en PVV zijn tegen. Volgens VVD-senator Bruin holt de wet het bestaande stelsel van openbaar en bijzonder onderwijs uit. Als er meer mogelijkheden zijn voor godsdienstig en humanistisch vormend onderwijs op openbare scholen, zou dat op den duur kunnen leiden tot minder en zelfs geen leerlingen meer voor het bijzonder onderwijs. Volgens initiatiefneemster Ypma klopt dat argument niet, het aandeel van het bijzonder onderwijs neemt juist toe. Bovendien is de wet er niet op gericht om te komen tot meer godsdienstig en humanistisch vormend onderwijs, maar voor een betere financiële borging ervan.

Op dit moment bekostigt de overheid het desbetreffende onderwijs door een subsidieregeling. Straks wordt het in reguliere wetten opgenomen, zodat er minder snel op bezuinigd kan worden. Jaarlijks stelt de overheid voor het godsdienstig en humanistisch vormend onderwijs ruim 10 miljoen euro beschikbaar.

In de Senaat ontstond dinsdag discussie uit welk potje het onderwijs nu betaald moet worden. Er lijkt consensus over te bestaan om het te halen uit het budget waaruit de basisscholen worden betaald. De CU neemt het initiatief om dit in een motie vast te leggen.