Feringa helpt bij vinden van geneesmiddelen
De Nederlandse chemicus Ben Feringa heeft de Nobelprijs voor de Scheikunde gewonnen voor zijn moleculair onderzoek. De hoogleraar, verbonden aan de Rijksuniversiteit Groningen, ontving in 2004 de Spinozapremie, de grootste Nederlandse onderscheiding in de wetenschap.
Hij is uitvinder van de eerste door licht aangedreven moleculaire motor en bouwer van uiterst selectieve katalysatoren. Deze werken zo nauwkeurig dat ze een molecuul en het spiegelbeeld van dat molecuul uit elkaar kunnen houden. Voor de ontwikkeling van nieuwe geneesmiddelen is dit van groot belang omdat de ene molecuul dodelijk kan zijn, terwijl de variant juist levens kan redden.
Feringa (1951) promoveerde in 1978 in Groningen, waarna hij enkele jaren als wetenschapper bij Shell werkte. In 1988 werd hij benoemd tot hoogleraar organische chemie aan de Groningse universiteit. Later werd hij benoemd tot lid van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen. Ook werd hij verkozen tot buitenlands erelid van de Amerikaanse Academie van Kunsten en Wetenschappen.
In 2008 werd Feringa geridderd in de Orde van de Nederlandse Leeuw.
Volgens de Groningse universiteit heeft de hoogleraar op verschillende terreinen van de chemie doorbraken bewerkstelligd, zoals op het gebied van organische synthese, de katalyse, de supramoleculaire chemie en de nanotechnologie. „Zijn ontdekking in 1999 van de ‘moleculaire motor’, een door licht voortgedreven roterende molecuul, wordt algemeen als een doorbraak van wereldformaat aangemerkt”, aldus de RUG.
De mogelijke toepassingen hiervan zijn volgens de universiteit even talrijk als spectaculair. „Bijzonder tot de verbeelding sprekend is het idee dat moleculaire motoren zich via de bloedbaan voortbewegen om geneesmiddelen met grote precisie naar tot op heden ontoegankelijke plaatsen in het menselijk lichaam te transporteren.”