JUBA (ANP/DPA). Het dodental in Zuid-Sudan zou aanzienlijk hoger liggen dan eerder werd gedacht. Volgens een deskundige van het onderzoeksinstituut International Crisis Group (ICG) zijn mogelijk 10.000 mensen omgekomen. De Verenigde Naties schatten eind december nog dat er ruim duizend slachtoffers waren gevallen.
De Sudanese bevolking is het slachtoffer van een machtsstrijd tussen president Salva Kiir en oud-vicepresident Riek Machar, die half december van een mislukte staatsgreep werd beschuldigd. Volgens ICG is er de afgelopen 3 weken gevochten op meer dan 30 verschillende locaties in het jonge Afrikaanse land. Bemiddelaars van de IGAD, een samenwerkingsverband van Oost-Afrikaanse landen, zitten in Ethiopië met de strijdende partijen om tafel.
Door het aanhoudende geweld zijn al meer dan 200.000 mensen op de vlucht geslagen, het merendeel kinderen, laat Save the Children vrijdag weten. „Duizenden kinderen zijn gevlucht naar een van de VN-bases of dwalen door het land en proberen alleen te overleven”, zei de Nederlander Machiel Pouw van de hulporganisatie vanuit Zuid-Sudan. „Ze zijn vaak zwaar getraumatiseerd doordat ze bijvoorbeeld hebben gezien hoe hun ouders zijn omgebracht en hun huizen zijn leeggeplunderd.”
Volgens Pouw zijn veel kinderen in de chaos van het geweld hun dierbaren kwijtgeraakt. „Kinderen slapen onder bomen en worden bedreigd door malaria en ziektes die veroorzaakt worden door het drinken van vuil water uit rivieren en moerassen.”
Save the Children leidt in Juba de activiteiten om kinderen te herenigen met familieleden of om hen onder te brengen in tijdelijke gastgezinnen. Gevluchte kinderen lopen het risico om gerekruteerd en misbruikt te worden.
Naast het opvangen van kinderen biedt de organisatie noodhulp aan gevluchte families door ze te voorzien van onderdak, dekens en muskietennetten. Ook heeft Save the Children tenten, jerrycans, waterfilters, dekens, ziekenhuistenten en wateropslagtanks gebracht.