DEN HAAG. Nu het woonakkoord dinsdagnacht is aangenomen in de Senaat, is de weg vrij voor VVD, PvdA, D66, ChristenUnie en SGP om ook een pensioenakkoord te sluiten. De verwachting is dat de financieel woordvoerders van de vijf fracties rond het middaguur definitief overeenstemming bereiken over maatregelen die voor een groot deel al zijn uitgelekt.
De partijen zijn het dinsdag al vrijwel eens geworden over de belangrijkste maatregelen in het akkoord.
In de plannen wordt de jaarlijkse belastingvrije pensioenopbouw vanaf 2015 fors verlaagd, van 2,15 naar 1,875 procent. Dat is minder dan de 1,75 procent die het kabinet al had ingeboekt, waardoor er een financieel gat resteerde van circa 600 miljoen euro.
Dat wordt nu opgevuld door te korten op subsidies voor werkgevers om oudere werklozen aan de slag te helpen en een geplande lastenverlichting voor werkgevers (lagere werkgeverspremies voor het Algemeen Werkloosheidsfonds) te verkleinen. Die maatregelen leveren samen circa 500 miljoen euro op. Daarnaast moeten pensioenuitvoerders (zoals APG en PGGM) btw gaan betalen over hun werkzaamheden voor pensioenfondsen, wat 110 miljoen euro oplevert.
Door het belastingvrije opbouwpercentage te verlagen, krijgt het kabinet meer loonbelasting binnen. Tegelijkertijd moet een lager opbouwpercentage via lagere pensioenpremies ook resulteren in een hogere koopkracht voor werknemers wat de economie kan stimuleren.
In het akkoord is daarom een reeks van maatregelen opgenomen, zoals hogere boetes, waarmee door De Nederlandsche bank (DNB) moet worden afgedwongen dat pensioenfondsen tegen de wens van het kabinet en de oppositiepartijen in wel de pensioenopbouw versoberen, maar niet de premies verlagen.
Onderdeel van het akkoord is daarnaast de introductie van een vrijwillige pensioenregeling voor zzp’ers, waarbij zelfstandigen die tijdelijk geen werk hebben niet verplicht worden om, wanneer zij een bijstandsuitkering aanvragen, eerst hun opgebouwde pensioen aan te spreken. Net als in het oorspronkelijke plan van het kabinet wordt het salaris waarover belastingvrij pensioen mag worden opgebouwd gemaximeerd op 100.000 euro.
Onduidelijk is nog of ook het plan van vakorganisatie RMU, om werknemers de gelegenheid te bieden het werknemersdeel van hun pensioenpremie te gebruiken om extra af te lossen op hun hypotheek in het akkoord is opgenomen. Vooral voor de SGP was de introductie van die keuzemogelijkheid een belangrijke inzet tijdens de onderhandelingen.
Met de afspraken lijkt er overeenstemming bereikt tussen de vijf partijen over de grootste bezuinigingsoperatie (2,9 miljard euro) van het kabinet. Het kabinet heeft weken onderhandeld met de oppositie om tot een pensioenakkoord te komen. Steun van de oppositiepartijen was nodig omdat het aanvankelijke pensioenplan van het kabinet sneuvelde in de Senaat.
In dat plan, waarbij een opbouwpercentage gold van 1,75 procent, zouden werknemers na 40 jaar werken 70 procent van hun gemiddelde loon hebben opgebouwd. Het hogere opbouwpercentage van 1,875 procent maakt een pensioen van 75 procent van het gemiddelde loon mogelijk.
De partijen wilden het akkoord, dat op hoofdlijnen al bereikt is, dinsdag nog niet naar buiten brengen in afwachting van het debat in de Eerste Kamer over de verhuurdersheffing, die onderdeel uitmaakt van het in februari door VVD, PvdA, D66, ChristenUnie en SGP gesloten woonakkoord. Lange tijd was onduidelijk of PvdA-senator Duivesteijn dat akkoord in de Eerste Kamer eerder wel aan een meerderheid zou helpen. Na een lang debat ging hij dinsdagnacht toch akkoord.