Wethouder De Bat uit Goes schaakt op verschillende borden
GOES. Een duizendpoot. Dat is J. de Bat (33) uit Goes. Wethouder, echtgenoot, vader, voetbalscheidsrechter. „Mijn energie haal ik uit contact met mensen.”
Twee zoons heeft de CDA-wethouder. De jongste is net een jaar, de oudste is drie. Hoewel het wethouderschap het nodige vraagt, maakt De Bat graag tijd vrij voor zijn kinderen. Bijvoorbeeld op vrijdag na 12.00 uur, als zijn papamiddag begint. „Meestal is het dan rustig op het werk. En die enkele keer dat me gevraagd wordt om dan ergens een gebouw te openen, gaat Job gewoon mee.”
Mensen vinden dat niet vervelend?
„Integendeel. De meesten kunnen het wel waarderen en vinden het zelfs leuk. En ook mijn zoontje geniet ervan.”
Hoe vaak ziet u uw kinderen door de week?
„Ik breng hen regelmatig naar de kinderopvang en eet zo vaak mogelijk ’s avonds thuis. Mijn zwager, vrachtwagenchauffeur, zou tekenen voor twee vaste dagelijkse momenten thuis. En vergeleken met zeelui mag ik helemaal niet mopperen.”
Uw vrouw klaagt ook niet dat u te weinig thuis bent?
„Ik probeer twee avonden in de week vrij te houden, zodat ik thuis kan zijn. Dat lukt niet altijd, omdat er soms werkweken tussen zitten van tachtig tot honderd uur. Andere weken is het ontzettend rustig, zoals nu, in de zomervakantie. Zodra het kan, gaan we er een weekendje tussenuit. Dat is ook echt nodig, want anders blijf ik thuis met mijn werk bezig.”
U kondigde onlangs aan te stoppen als KNVB-scheidsrechter. Toch te druk?
„Een wedstrijd fluiten voor de KNVB kan betekenen dat je de ene week in Sneek zit en de andere week in Emmeloord. Kortom: je bent een hele dag van huis, en daar wilde ik vanaf. Daarom ben ik nu scheidsrechter op een lager niveau, en dat bevalt me prima. Het is een kwestie van prioriteiten stellen.”
U deed in 2007 onderzoek naar de werkdruk van raadsleden. Wethouders hebben minder last van stress?
„Raadsleden hebben vaak een drukke baan naast hun politieke activiteiten. Wethouders hebben het voordeel dat ze zich fulltime op hun werk kunnen concentreren. Het is lastig om te zeggen wat zwaarder is. Het wethouderschap is een beroep geworden en vergt specifieke kwaliteiten. Niet iedereen is daarvoor geschikt.”
Wat typeert u als wethouder?
„De hoofdlijnen van mijn dossiers ken ik, voor de details vertrouw ik op de ambtenaren. Ik ben vooral graag ‘buiten’. Daar hoor je wat er leeft en kun je direct inspelen op vragen of problemen. Verder ben ik van de strakke planning en duidelijkheid. Mijn drive is het verbeteren van de leefomgeving en ik ga vooral graag met mensen om. Het wethouderschap is gewoon een heel leuke baan.”
Vierdelige serie over wethouders en stress. Vandaag deel 3.