Moeder van drie pubers

Naast staatshoofd is en blijft koningin Beatrix bovenal ook moeder. Zeker in de jaren dat haar zoons in de puberteit zitten, vragen die haar aandacht. In 1985 wordt prins Willem-Alexander 18 jaar. Een belangrijke verandering voor hem: lid van de Raad van State, voor het eerst op Prinsjesdag in de gouden koets en het begin van zijn militaire carrière, eerst bij de marine in Den Helder.

Een jaar later is er vreugde als prins Claus zijn zestigste verjaardag viert. De prins geeft voor het eerst sinds jaren een interview, waarin hij open is over zijn gezondheid. Hij noemt als karaktertrekken van zijn vrouw: „volharding, perfectionisme, gulheid.”

Een jaar later, in 1987, eindigt een familievakantie iets minder goed: de koningin loopt een hersenvliesontsteking op. Ze moet wekenlang rust houden.

In 1985 is er veel onrust rond het bezoek van paus Johannes Paulus aan Nederland. De koningin ontvangt de kerkleider. Vooral in protestantse Nederland valt dat niet goed. Twee maanden eerder was de vorstin met haar man ook al op bezoek geweest bij de paus in Rome.

In deze drie jaar zijn er ook historische momenten. Zo is de vorstin aanwezig bij de officiële totstandkoming van de provincie Flevoland (1986), ontvangt zij regeringsleiders voor de top van de Europese Economische Gemeenschap (1986), en neemt zij de Oosterscheldedam in gebruik in aanwezigheid van verschillende staatshoofden.

Koninginnedag 1987 is anders dan anders. De koninklijke familie gaat alleen naar Breukelen en niet naar een tweede plaats. Daarna reist zij naar Paleis Soestdijk. Daar is nog één keer een ouderwets defilé langs het bordes, vanwege het gouden huwelijk van prinses Juliana en prins Bernhard.