Kabinet moet bezuinigen, betalen óf smeken om clementie
DEN HAAG – De cijfers zijn bekend. Na vooral getwitter moeten VVD, CDA en PVV vanaf maandag écht onderhandelen om het huishoudboekje van Nederland op orde te krijgen.

Na maandenlang speculeren bracht het CPB donderdagmorgen de lang verwachte duidelijkheid over de ontwikkeling van de economie en de overheidsfinanciën in de komende jaren.
Waar tot nog toe –vooral door CDA en PVV– via Twitter over en weer allerlei eisen de lucht werden ingeslingerd, kan de gedoogcoalitie vanaf maandag in de beslotenheid van het Catshuis serieus aan de slag.
Dat zal ook wel moeten. Uit de CPB-cijfers blijkt duidelijk dat de staatsfinanciën snoeihard door wat premier Rutte noemt „de stootranden” van zowel Brussel als de eigen begrotingsregels dreigen te gaan.
Het grote verschil tussen beide normen is dat aan Brussel al op korte termijn (een maximaal tekort van 3 procent in 2013) gehoor moet worden gegeven, terwijl de coalitie in het regeer- en gedoogakkoord vooral focust op een begin van een evenwicht in de staatsfinanciën aan het einde van deze kabinetsperiode.
Die paar jaar verschil kán het verschil betekenen tussen het hanteren van de botte bezuinigingsbijl voor de korte termijn, of het plaatsen van doelgerichte hervormingen (in onder meer de zorg, de woning- en de arbeidsmarkt) die weliswaar niet direct, maar pas over enkele jaren geld opleveren. Tijdens een debat woensdag in de Tweede Kamer over de huidige situatie kwam dat vraagstuk ook duidelijk naar voren als het belangrijkste strijdpunt tussen kabinet en oppositie.
Met name PvdA, SP en GroenLinks hameren erop dat, nu Nederland in zwaar weer terecht is gekomen, het onverstandig zou zijn om extra te bezuinigen en de economie „nog verder in de soep” te laten draaien.
De PvdA wil dat Nederland in Brussel een beroep doet op de mogelijkheid om onder de strenge begrotingsregels uit te komen, op basis van de ruimte die er bestaat voor „uitzonderlijke situaties.”
Áls dat al gaat gebeuren, zullen Rutte en minister De Jager (Financiën) dat met knikkende knieën doen, met het schaamrood op de kaken en toch bij voorkeur achter de schermen.
De situatie is immers tamelijk bizar dat Nederland, het land dat in de afgelopen maanden als geen ander hamerde op bikkelharde saneringen in landen als Griekenland, Spanje en Italië, nu zélf uit de bocht vliegt qua begrotingssaldo en staatsschuld. Een Nederlands beroep op een uitzonderingspositie zou in dit verband niet minder zijn dan een afgang, die ook de financiële markten –die Nederland nu nog belonen met de hoogste kredietwaardering– hoogstwaarschijnlijk niet ongemerkt zullen laten passeren.
Hoewel het CDA woensdag de optie nadrukkelijk openhield dat Brussel de regels met het oog op de crisis nog wat bijstelt en donderdagmorgen benadrukte de Brusselse norm voor 2013 vooral „als richtsnoer” te zien, is het de vraag of het kabinet zo’n uitzondering, als die al te realiseren is, ook wil. VVD, CDA, maar ook D66 en SGP benadrukken juist dat Nederland al vier jaar lang niet voldoet aan het maximale tekort van 3 procent en daarmee jaarlijks zo’n 30 miljard euro tekortkomt, waar er eigenlijk helemaal geen tekort zou moeten zijn.
Ook Rutte benadrukte woensdag dat, met een verwijzing naar de harde hand waarmee in de jaren tachtig Lubbers en Ruding dit deden, „het op orde brengen van de overheidsfinanciën en het versterken van de economie” de „enige route is naar herstel.” Investerings- en banenplannen die de oppositie bepleit, deed hij af als „het vergieteren van allerlei projectjes”, die niet zullen werken „en de schuld alleen maar verder doen oplopen.”
Grote vraag is hoeveel bezuinigingen en hervormingen VVD en CDA kunnen realiseren met de PVV, die zich niets gelegen laat liggen aan normen uit Brussel. Dat vergroot de kans dat Nederland zich kan voorbereiden op een tik op de vingers en wellicht zelfs een miljardenboete uit Brussel, of toch de vernederende gang zal moeten maken om te smeken om clementie.