Politiek

Orgelspel van PVV galmt na bij CDA en PvdA

DEN HAAG – Wie verwacht had dat Wilders, eenmaal ingekapseld in een gedoogconstructie, een toontje lager zou gaan zingen, kwam woensdag bedrogen uit. Steeds meer partijen, ook CDA en VVD, worden zijn optreden spuugzat. Hoe lang blijft dit goed gaan?

Marcel ten Broeke, Addy de Jong en Kees de Groot
22 September 2011 11:54Gewijzigd op 14 November 2020 16:45
PVV-leider Wilders. Foto ANP
PVV-leider Wilders. Foto ANP

Een kabinet dat 18 miljard euro bespaart, kan natuurlijk rekenen op een eenparige aanval van de voltallige oppositie. Zou je zeggen. Tijdens de eerste dag van de algemene politieke beschouwingen over de miljoenennota woensdag, bleek dat voor een minderheidskabinet andere wetten gelden.

Niet zonder reden zat premier Rutte een groot gedeelte van de dag glunderend in zijn bankje, vooraan in het kabinetsvak, ook wel ”vak K” genoemd. Doordat zijn minderheidscoalitie niet op alle fronten leunen kan op gedoogpartner PVV, is op een groeiend aantal dossiers (Kunduz, pensioenakkoord, eurocrisis) zaken doen met de oppositie een absolute must.

Woensdag bleek duidelijk dat dit ”iedereen mag meeregeren” oppositiepartijen ook uit elkaar kan drijven. Wie gelooft in het principe ”verdeel en heers”, lijkt een minderheidskabinet daarmee op het lijf geschreven.

Als dat verdeel-en-heers­principe érgens zichtbaar tot uiting kwam, dan was het wel toen PvdA-fractievoorzitter Cohen als eerste het woord mocht voeren. Hij deed dat op zichzelf met verve: dit keer geen gehakkel, geen gestotter. Wel een helder verhaal over een kabinet dat in zijn ogen als een ongelukkige boekhouder weliswaar van alles de prijs kent, maar van niets de waarde.

Toch werd Cohen van alle kanten belaagd. Door D66, GroenLinks en de SP, die de PvdA-voorman verweten de belangen van zijn achterban of die van jongeren verkwanseld te hebben door met dit kabinet in zee te gaan rond het pensioenakkoord.

Door PVV-leider Wilders en Thieme van de Partij voor de Dieren, die Cohen voorhielden, als de échte grote gedoger van het kabinet, steeds zijn hand­tekening te zetten onder weer een nieuwe cheque voor het allang failliete Griekenland. Maar ook door regeringspartijen VVD en CDA, die Cohen verweten te potverteren, doordat de PvdA in haar tegenbegroting onvoldoende bezuinigt om binnen de Europese regels te blijven.

Toen -hoe bestaat het!– exact tijdens de spreektijd van Cohen ook nog de e-mail binnenbliepte van het Centraal Planbureau over de doorrekening van de PvdA-tegenbegroting, werd het toch nog even hakkelen voor de oud-burgemeester. Hieruit bleek namelijk dat de partij de lasten voor burgers volgend jaar –met een pittige 2,5 miljard– fors meer verhoogt dan de partij eerder had aangekondigd.

Het is een mooie dag, zal Rutte hebben gedacht, zeker toen kort daarna VVD-fractievoorzitter Blok en zijn CDA-collega Van Haersma Buma, redelijk ongeschonden hun termijn doorstonden. Dat ging helemaal goed­komen vandaag.

Maar dan had hij duidelijk buiten de waard van Wilders gerekend. Wie gedacht had dat deze, eenmaal ingekapseld in een gedoogconstructie, een toontje lager zou gaan zingen, kwam bedrogen uit. Hij schimpte, kwetste en verdeelde als altijd (zie kader) en volgens sommigen zelfs als nooit tevoren, wat bij SGP-voorman Van der Staaij de vraag opriep of er voor de PVV-leider überhaupt nog grenzen bestaan rond „fatsoen en wellevendheid.”

Met een initiatiefwet om via een referendum minaretten in Nederland te verbieden, tartte Wilders bewust het CDA, dat godsdienstvrijheid hoog in het vaandel draagt.

Wat het voor het CDA niet draaglijker maakte, was dat Pechtold geestdriftig handenvol zout strooide in de CDA-wond die sinds het congres van vorig jaar nog altijd open is en die in aanloop naar een nieuw congres van de christendemocraten komende maand alleen maar meer zal opspelen.

„Het bevalt goed, daar bij het CDA? Fijn hè, zo’n jaartje voluit op het orgel”, sarde de D66’er, refererend aan een bekende frase uit de brief van Ab Klink, die menig CDA’er –niet in de laatste plaats de ‘dissidenten’ Koppejan en Ferrier– er woensdagavond weer eens op zal hebben nageslagen.

Pechtold, opnieuw richting het CDA (dat met zetels in de peilingen een historisch dieptepunt heeft bereikt): „Gaat goed hè? Dat leegeten van de PVV? Die gedoogconstructie, een topformule! Hillen, Bleker, Verhagen, wát een meesterstrategen.”

Dat ook Wilders woensdag verdeeldheid zaaide, is helder. Of dat voor hem ook heersen betekent, valt te bezien. Het is de vraag of het CDA, dat tot verre van profiteert van de politieke constellatie, de beledigingen van de gedoogpartner nog lang zal willen slikken. Vier jaar lang jezelf „plaatsvervangend schamen”, zoals Van Haersma Buma zijn gevoel over het gedrag van Wilders en het aanhoudende getrommel en gegrinnik uit de PVV-bankjes verwoordde, is best heel lang.

Zeker nu het Griekenland-dossier met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid zal ontaarden in de noodzaak van nieuwe bezuinigingen of hervormingen, die beide met de PVV moeilijk te bereiken zullen zijn, prangt de vraag hoe lang CDA’ers nog geloofwaardig en in meerderheid zullen blijven zeggen „niet over de woorden van Wilders” te gaan. Of, zoals de VVD-lijn was, te stellen dat wat er woensdag gebeurde eigenlijk „niets nieuws” was.

Niet minder groot is echter de vraag hoe lang Cohen en zijn partij op Europagebied een kabinet op de been wil houden dat zich afhankelijk heeft gemaakt van de man die juist hén voortdurend tot op het bot tergt.

Duidelijk is dat het ‘orgelspel’ van Wilders en het geroffel vanuit de PVV-bankjes de komende dagen in beide partijen nog zal nagalmen.


Wilders gaat gewoon door

DEN HAAG – Van de parlementaire traditie om wellevend en hoffelijk met elkaar te debatteren, trok PVV’er Wilders zich weer niets aan. Hij zette zijn eigen traditie van schofferen onverdroten voort.

Racistische taal zou de PVV „natuurlijk niet gedogen”, sneerde Wilders tijdens de algemene beschouwingen in de richting van PvdA-Kamerlid Samsom. Die had gezegd dat Marokkanen „het etnisch monopolie hebben op overlast.” De PVV zoekt het, aldus Wilders, „zo kent u ons toch, meer in de nuance.”

Wilders zette inderdaad de van hem bekende lijn bij vorige grote debatten voort. Bijvoorbeeld door aan de lopende band zijn collega’s te schofferen. PvdA-leider Cohen zette hij weg als de „allergrootste gedoger” en de „bedrijfspoedel, het schoothondje” van het kabinet. PvdA-Kamerlid Albayrak maakte hij zwart door haar nichtje Nurten erbij te halen, directeur bij het in opspraak geraakte Centraal Orgaan opvang asielzoekers.

Bij de GroenLinksfractie –grotendeels afwezig tijdens een ingelast debat in het zomerreces– ging het „strandbelang” kennelijk boven het landsbelang. Kamer­lid Peters (die in een vorige baan haar vriend zou hebben bevoordeeld) „lag vermoedelijk ergens belangen te verstrengelen.”
Voor de „ketelmuziek” van de „laffe” D66-leider Pechtold toonde Wilders ternauwernood enige belangstelling. Desgevraagd wilde hij dan nog wel op de diens „diarree” ingaan door enkele vragen te beantwoorden over steun aan de „corrupte” Grieken.

Zoals gebruikelijk ging Wilders aan de haal met parlementaire gebruiken. Als het de gewoonte is de grootste oppositiepartij als eerste aan het woord te laten, zou „grote gedoger” Cohen zijn plaats op de sprekerslijst moeten afstaan aan SP’er Roemer, stelde hij. CDA’er Van Haersma Buma sprak hij niet aan met „de heer”, maar noemde hij „beste vriend.”

De islam kwam natuurlijk uitgebreid aan bod: de massa-immigratie („het slechtste dat Nederland ooit is overkomen”), moskeeën („haatpaleizen”) en asielzoekerscentra („bouwen in gebieden met de meeste linkse stemmers”).

Op verbetering hoeft de Kamer niet te hopen, zei Wilders nog aan het slot van zijn betoog. „Wij zullen het nooit anders doen.”


Thieme kan er ook wat van

DEN HAAG – Kamerleden moeten elkaar corrigeren als iemand tijdens een debat over de schreef gaat, zei Kamervoorzitter Verbeet donderdagmorgen op Radio 1.

Zij heeft sinds 2001 geen middel meer om in te grijpen als het uit de hand loopt.

Bij de algemene beschouwingen zijn „vervelende dingen gezegd”, erkende Verbeet. „Maar niet alleen door Wilders.”

PvdD-leider Thieme kan er ook wat van. Het kabinetsbeleid is „puur hardvochtig”, zei ze. „Hebzucht wordt aangewakkerd.” Bezuinigd wordt er „tot bloedens toe.”

De besparingen op uitgaven voor natuur noemde ze „misdadig” en „een vorm van staatsvandalisme die z’n weerga niet kent.” Mede mogelijk gemaakt door het CDA, dat rentmeesterschap als uitgangspunt heeft. „Hoor ik daar een haan drie keer kraaien?”

PvdA en GroenLinks zette ze weg als „slaafse, instant gedoogpartners.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer