Waarom Van Limpt tijdens zijn installatie als raadslid van de Socialistische Partij in Terneuzen dit voorjaar de plechtige woorden: „Zo waarlijk helpe mij God almachtig” uitsprak? „Ik heb een rooms-katholieke achtergrond”, is zijn eerste reactie.

Dit neemt niet weg dat Van Limpt weinig tot niets meer te maken wil hebben met wat het Vaticaan de rooms-katholieke leden voorschrijft. „Ik ben gelovig, maar niet praktiserend. Aan wat er in Rome allemaal wordt geregeld, heb ik geen boodschap. Als ik een gesprek met god wil hebben, doe ik dat in mijn hoofd. Daar heb ik de kerk niet voor nodig.”

Wat zijn hart zegt is goed, stelt de fractievoorzitter van de SP. „Ik weet het verschil tussen goed en kwaad. Ik leef zoals mijn hart me ingeeft en dan is het goed.”

Mede door zijn achtergrond heeft Van Limpt bij zijn installatie bewust gekozen voor de eed. „Ik ben opgevoed met de gedachte dat de eed beter is. Dan zweer je ergens op. Daarom heeft de eed voor mij meerwaarde. Ik wil niet zeggen dat de belofte helemaal vrijblijvend is, maar de eed komt op mij een stuk sterker over.”

Dat de meeste SP-raadsleden bij hun installatie in de gemeenteraad kiezen voor de belofte, doet volgens Van Limpt niets af aan zijn eigen keuze. „Ieder raadslid kiest op grond van zijn persoonlijke overtuiging voor de eed of de belofte. De partij oefent ook geen enkele druk uit om te kiezen voor de belofte. Ieder raadslid is autonoom genoeg om te kiezen of hij de eed of de belofte wil afleggen. Ik heb daar ook verder geen oordeel over.”

Hoe het komt dat de Socialistische Partij het minste aantal raadsleden heeft dat voor de eed kiest, weet Van Limpt niet. „Dat neem ik voor kennisgeving aan. Ik ga me daar ook niet druk over maken.”

Eed of belofte: het is voor Van Limpt eigenlijk geen enkele issue. Hoewel, bij de installatie van de wethouders in Terneuzen viel het de SP’er wel op dat de meeste wethouders voor het afleggen van de belofte kozen. „Ik vroeg me toen af waarom ze niet voor de eed kozen. Maar ja, het is hun keuze en wie ben ik om dat te bekritiseren?”

Wat voor waarde heeft de eed voor Van Limpt in de raadspraktijk? „Ik draag de eed steeds bij me. Zo voel ik dat ik de eed steeds moet waarmaken en dat ik moet doen wat in mijn vermogen ligt om voor alle burgers een menswaardig bestaan te realiseren. Beloftes worden vaak gebroken. Wat dat betreft is een eed voor mij heilig.”