ROTTERDAM a/b Orion – Het boegwater spat hoog op. De Orion ploegt door de haven van Rotterdam richting open zee. Het Loodswezen beschikt sinds woensdag over een nieuwe generatie loodsboten. „De beste ter wereld.”
De dubbele waterjets van de Orion zuigen het nat van de Nieuwe Waterweg op en spugen het kolkend en schuimend weer uit. De twee 1300 pk sterke Caterpillardiesels stuwen het vaartuig vooruit, de opvarenden achteruit.
De haven van Rotterdam schiet voorbij. Links Botlek, rechts Hoek van Holland. Aan bakboord passeert een imposant containerschip, volgeladen met honderden stalen dozen. De Willem van Oranje van Boskalis, een sleephopperzuiger, schuift aan stuurboord langs.
Het Loodswezen –470 registerloodsen, 23 vaartuigen, 160 miljoen euro omzet– is actief in de Nederlandse havens en de Vlaamse havens aan de Schelde. Elk jaar navigeren de loodsen alleen in Rotterdam al een dikke 90.000 zeeschepen de haven in en uit. Volcontinu, 24 uur per dag, zeven dagen in de week.
Een zeeschip kan niet wachten, snelheid is daarom geboden. De ”jetaangedreven tenders” verplaatsen de loodsen met een vaart van 28 knopen (ruim 50 km/u) naar de zeeschepen om hen over te laten stappen. „Wij veroorzaken daarbij zo’n 100.000 gecontroleerde aanvaringen per jaar”, legt marketingmanager Tjeerd van der Voorn van het Loodswezen uit.
De maritieme organisatie nam gisteren drie nieuwe loodsboten in gebruik, ter vervanging van vijf oude. De namen Aquila, Orion en Draco zijn afgeleid van sterrenbeelden. De vrouw van burgemeester Aboutaleb mocht een fles tegen de boeg kapot gooien. Het glas blijkt echter net zo sterk als het schip, geeft geen krimp en verdwijnt ongeschonden in het woelige water.
Ontspannen stuurt de schipper z’n tender met een joystick door de haven. De aluminium tenders –28 meter lang, 6,8 meter breed– staan hun mannetje. Ook met golven van een paar meter bij zware storm. De boot biedt plaats aan drie bemanningsleden en twaalf loodsen.
De supersnelle schepen zijn voorzien van de nieuwste milieuvriendelijke technieken. Een soort katalysator filtert schadelijke stoffen vrijwel volledig uit de uitlaatgassen. De kosten van deze „nageschakelde techniek” bedragen zo’n 500.000 euro per stuk. Door plaatsing van deze installatie aan boord is het schip 2 meter langer geworden.
De Zwitserse vinding, beproefd op locomotieven, wordt voor het eerst ingezet op loodsboten. De maritieme sector kijkt belangstellend toe, vertelt vlootmanager Jan Schlepers. De techniek moet zich nog bewijzen op volle zee. „Het havenbedrijf zegt: Als het functioneert onder de extreme omstandigheden waarin jullie werken, werkt het overal.”
De drie loodsvaartuigen zijn voor 12 miljoen euro gebouwd door Kvichak Marine Industries in Seattle. De keus van het Nederlands Loodswezen voor een Amerikaans schip van Engels ontwerp is verklaarbaar, legt Schlepers uit. „De Amerikanen zijn eind jaren 90 in Europa geweest om onze tenders te bekijken. Vervolgens hebben zij dit concept overgenomen, maar hebben het doorontwikkeld.” Verder was de dollar gunstig.
De order voor de Amerikanen betekent overigens niet dat de Nederlandse scheepsbouw helemaal buiten de boot valt. Het Loodswezen overweegt om nieuwe tenders onder licentie op een Nederlandse werf te laten bouwen.
Bovendien is het Loodswezen nog niet klaar met de vervanging van zijn vloot. „Wij laten op dit moment in het noorden van het land drie stationsschepen bouwen van elk 81 meter.”
Voorlopig is het Loodswezen dik tevreden met de drie nieuwe tenders. „De Amerikanen hebben beloofd de beste loodsboot ter wereld te zullen bouwen.” De toezegging is waargemaakt, vindt Schlepers. „Voor ons is dit de beste loodsboot.”