De laatste uren van het kabinet-Balkenende IV waren zinderend. De ChristenUnie speelde een bemiddelende rol en bij de PvdA ontbrak de politieke wil om eruit te komen. Een reconstructie, gebaseerd op informatie van betrouwbare bronnen in Den Haag.
De ministerraad van vrijdag 19 februari start wat later dan normaal. De bewindslieden hebben eerst in partijverband hun wekelijkse overleg; het BPO, het bewindspersonenoverleg. Normaal gebeurt dat op donderdagavond, maar nu kon dat niet vanwege een urenlang durend debat in de Kamer, vooruitlopend op het kabinetsoverleg. Na het BPO op vrijdagmorgen steken premier Balkenende en de vicepremiers Bos en Rouvoet nog even de hoofden bij elkaar.
De bijeenkomst van de voltallige ministerraad start om halftwaalf in de ochtend enigszins feestelijk. Minister Van Middelkoop (ChristenUnie) was op zondag 14 februari 61 jaar geworden en daarom trakteert hij zijn collega’s.
Maar ieder weet dat de zaak op scherp staat. Vicepremier en PvdA-leider Bos verklaarde woensdag na afloop van een overleg met de meest betrokken bewindslieden dat hij „onverkort wil vasthouden aan de belofte aan de kiezer” om uiterlijk eind 2010 uit Uruzgan terug te trekken. Dat standpunt herhaalde hij namens het PvdA-smaldeel diezelfde avond in Utrecht tijdens een partijbijeenkomst. Het kabinet zou daar vrijdag al toe moeten besluiten. CDA en ChristenUnie reageren geïrriteerd. Zij houden vast aan de gemaakte afspraak in de brief die 9 februari naar de Kamer is gegaan. Daarin staat dat het kabinet het verzoek van de NAVO voor vertraagde terugtrekking van de troepen onderzoekt, evenals andere opties.
Om kwart voor twaalf, een kwartiertje later dan gepland, begint de ministerraad. Op de plenaire agenda van de voltallige ministerraad staan enkele minder spannende onderwerpen: enkele benoemingen, voorstellen voor lastenverlichting op het gebied van milieu. De bewindspersonen gaan daar soepel doorheen.
Kroketten
Na een lunch met soep en kroketten start de ministerraad tegen tweeën het debat over Uruzgan. Premier Balkenende begint met een terugblik op de ontstane politieke situatie en het Kamerdebat van donderdagavond en -nacht. Tijdens dat debat herhaalde Bos –na druk vanuit de oppositie– zijn standpunten die hij woensdag in Utrecht naar voren had gebracht. Balkenende zegt dat de eenheid van het kabinetsbeleid door het optreden van Bos in de Kamer in het geding is en dat het vertrouwen dient te worden hersteld.
Bos is het daarmee eens, zegt hij. Vervolgens wijst hij er handig op dat de eenheid van het kabinetsbeleid het beste tot uitdrukking komt door vast te houden aan het kabinetsbesluit van 2007 om uiterlijk in 2010 uit Afghanistan te vertrekken.
Vicepremier Rouvoet bepleit een besluit dat kan rekenen op een breed politiek draagvlak. Daarmee biedt hij een opening richting PvdA: Een breed draagvlak kan niet anders betekenen dan een voorstel voor een missie buiten Uruzgan.
Al in de eerste ronde staan CDA en PvdA diametraal tegenover elkaar. Het CDA-smaldeel houdt vast aan het oorspronkelijke kabinetsbesluit, verwoord in een brief van 9 februari. De PvdA wil het NAVO-verzoek afwijzen en wel tijdens de vergadering die nu gaande is.
Na een schorsing komt er een tweede ronde waarin Balkenende probeert naar de toekomst te kijken. Uitgangspunt voor hem is de brief van 9 februari. Hij vindt dat de PvdA overvraagt door nu uit te spreken dat het NAVO-verzoek geen optie is.
De onderlinge sfeer is om te snijden. Minister Donner van Sociale Zaken (CDA) roept de PvdA op om over de eigen schaduw heen te stappen. Minister Van der Laan voor Wonen, Wijken en Integratie (PvdA) vraagt wanneer het CDA daartoe bereid is. Minister Van der Hoeven van Economische Zaken (CDA) zegt dat de PvdA haar visie op wil leggen aan het gehele kabinet.
Na enkele schorsingen waarin de ministers in kleine groepjes bij elkaar komen, is het tijd voor een diner: een Chinese rijsttafel. Na het diner gaan de beraadslagingen door, maar CDA en PvdA blijven bij hun standpunten.
Minister Van Middelkoop van Defensie doet tegen middernacht een tussenvoorstel. Hij zal zijn best gaan doen om voor 1 maart een voorstel bij het kabinet in te dienen voor een activiteit buiten Uruzgan. Dat betekent hard werken, want er ligt nog helemaal niets.
Balkenende bespreekt de tekst van het voorstel eerst met Rouvoet, daarna op aandringen van Rouvoet ook met Bos. De strekking ervan is dat het kabinet op basis van de eerder genomen besluiten –waarbij geen enkele optie is uitgesloten– de verantwoordelijke ministers opdraagt op zo kort mogelijke termijn –zo mogelijk voor 1 maart– een oplossing voor te stellen die voor het gehele kabinet aanvaardbaar is.
Daarmee willen CDA en ChristenUnie recht doen aan het oorspronkelijke kabinetsbesluit uit de brief van 9 februari. Dat is voor de twee christelijke partijen een voorwaarde. Dat zorgt voor eenheid in het kabinetsbeleid. Balkenende benadrukt dat het PvdA-smaldeel daar in een eerder stadium mee akkoord ging.
Als tegemoetkoming aan de PvdA staat in het voorstel dat de oplossing voor het gehéle kabinet aanvaardbaar moet zijn, dus ook voor de sociaaldemocraten. Daarmee spreekt het kabinet impliciet uit dat het NAVO-verzoek niet zal worden ingewilligd. Niet Bos, maar PvdA-fractievoorzitter Hamer kan dat dan wereldkundig maken. Net voor de gemeenteraadverkiezingen zal het definitieve besluit vallen dat in lijn is met het PvdA-standpunt, namelijk een trainingsmissie buiten Uruzgan.
Bos vindt de tegemoetkoming onvoldoende. Het doet geen recht aan zijn oorspronkelijk doel dat het kabinet rechtstreeks uitspreekt dat het NAVO-verzoek wordt afgewezen en dat er deze dag een besluit moet vallen. Maar in een beslissend bilateraal overleg met Balkenende en Rouvoet geeft de PvdA-leider zijn mening niet: „Je zult er goed over hebben nagedacht, Jan Peter. Ik geef mijn mening in de ministerraad.”
Onvermijdelijk
Bij de ChristenUnie beseft men op dat moment dat de PvdA niet meer geïnteresseerd is in een voorstel waar zij mee kan instemmen en dat dit het einde betekent van het kabinet.
Rond kwart over drie ’s nacht komt de voltallige ministerraad weer bij elkaar. Dan formuleert Balkenende het eindvoorstel dat hij samen met Rouvoet heeft opgesteld en brengt het in stemming. De meerderheid is voor, maar alle PvdA-ministers tegen. Iedereen beseft dat het voorbij is. De meesten blijven rustig. Sommigen vallen elkaar in de armen en enkelen pinken een traantje weg.
Inhoudelijk heeft de PvdA haar zin gekregen, de huidige missie loopt af en krijgt geen vervolg, maar de prijs die de PvdA betaalt is hoog, zo zegt een ingewijde: „Dit betekent jaren oppositie.”