Wie voor het eerst bij de Loozensche Linie een kijkje neemt, kan zich niet voorstellen dat hier tussen 1800 en 1810 een militair complex was gelegerd. Op het terrein vallen vooral de zwarte voetpaden en de hoge uitkijktoren op. Boven op de toren wordt het allemaal wat duidelijker. Aarden wallen op een eiland naast de Vecht vormen een zogenaamd bastion. Een wachthuisje herinnert aan de Fransen die er jarenlang de wacht hielden.

Marga Oosterveld van het waterschap Velt en Vecht haast zich om het een en ander uit de doeken te doen. „Van 1795 tot 1801 was Nederland een onderdeel van de Franse Republiek. Napoleon was bang voor een inval van de Pruisen. Hij liet daarom een verdedigingslinie bouwen langs de Duitse grens. De vestingstad Coevorden en Fort de Haandrik waren daar onderdeel van.”

De Fransen maakten zo veel mogelijk gebruik van het landschap. Zo lagen er tussen Hardenberg en Gramsbergen veel moerassen. De oeverwal van de Vecht vormde de enige begaanbare weg van Ommen naar Coevorden. Halverweg die weg, bij Loozen, lag een meander, een bocht in de rivier de Vecht. Door een extra gleuf te graven ontstond er een eiland. Van de uitgegraven grond maakten de Fransen op het eiland een bastion met aarden wallen. Het deed tien jaar dienst. Geen Pruisische vijand liet zich zien.

In de vorige eeuw werd de Vecht steeds meer gekanaliseerd. De grote bochten gingen eruit, ook bij Loozen. De meander groeide weer dicht. Totdat in 2005 het waterschap Velt en Vecht er zijn oog op liet vallen. Oosterveld: „Af en toe moet de Vecht behoorlijk veel regenwater afvoeren. Dat komt bij Zwolle in de IJssel en draagt bij aan een hoge waterstand bij bijvoorbeeld Kampen. Hoe meer water we in de Vecht kunnen herbergen, hoe beter.”

Door de oude meander weer aan te sluiten op de Vecht en een overstroombaar gebied te maken, creëerde het waterschap een extra wateropslag van 100.000 kubieke meter.

Maar dat is niet het enige. Oosterveld: „We hebben eigenlijk vijf functies in de Loozensche Linie verenigd. Naast het bergen van water is dat het zichtbaar maken van de cultuurhistorie door het bastion en de andere verdedigingswerken te renoveren. Daarnaast is er meer natuur omdat een deel van het oude moeras is teruggekomen.”

De meest bijzondere functie van het gebied heeft te maken met de naastgelegen zorgboerderij De Zwieseborg. Oosterveld: „Daar kunnen bijvoorbeeld gezinnen met een gehandicapt kind logeren. De ouders staan met de caravan op de minicamping, het gehandicapte kind slaapt in de zorgkamer.” Regelmatig overnachten er ook groepen gehandicapten in de Zwieseborg. Zij kunnen de rolstoelvriendelijke paden door de Loozensche Linie gebruiken voor een mooie wandeling. De uitkijktoren is met een lift bereikbaar, voor het eiland is er een elektrisch pontje waar ook rolstoelen op kunnen. Door deze aanpassingen is het gebied aantrekkelijk voor mindervalide recreanten. Oosterveld: „Tijdens de kerstdagen hadden we hier een open dag. Het was gigantisch druk.”

Zaterdag verwacht de woordvoerster van het recreatieschap nog meer bezoekers. Franse en geallieerde troepen spelen tussen 12.00 en 14.30 uur een veldslag na. Bezoekers kunnen door het bivak lopen om het soldatenleven ten tijde van Napoleon van dichtbij te zien.