Van Middelkoop voor legale oorlogsvoering
Nederlands militairen in Afghanistan mogen nooit bezwijken voor de verleiding om onaanvaardbare strijdmethoden van de tegenstander over te nemen.
Dat zei minister Van Middelkoop van Defensie maandagmorgen tijdens het symposium ”De rechtvaardige oorlog, vroeger en nu”, georganiseerd door de Vereniging van Christen Historici.
De bewindsman sprak daar over de betekenis van het begrip rechtvaardige oorlog voor de huidige militaire praktijk. Hij reageerde op critici die stellen dat de missie van de NAVO en Nederland in Afghanistan kansloos is, als men niet dezelfde strijdwijze gebruikt als de tegenstander.
Zo betoogt krijgshistoricus Ronald de Graaf in het Historisch Nieuwsblad dat de Nederlanders in Uruzgan „veel te netjes” opereren. Van Middelkoop pleit er daarentegen voor het humanitaire oorlogsrecht „zo gewetensvol mogelijk” toe te passen.
Volgens de minister bestaat het gevaar dat het Westen in counterinsurgency-campagnes de methoden van de tegenstander overneemt. „Dat kan bijvoorbeeld het geval zijn bij het toepassen van onaanvaardbare verhoormethoden. Dit verschijnsel is bekend uit de militaire geschiedenis, onder meer tijdens oorlogen in de koloniën en tijdens de Algerijnse oorlog. (…) Voor die verleiding mogen wij echter nooit bezwijken en dat doen onze militairen ook niet. De verleiding is een oude: in tijd van oorlog zwijgen de wetten. Echter, wat vroeger immoreel was is het nu ook.”
Tijdens zijn betoog werpt Van Middelkoop de vraag op wat het antwoord dan moet zijn als door de tegenstander „de regels van het humanitaire oorlogsrecht welbewust worden geschonden”. „Kunnen we winnen en zo ja hoe? Ik stel voorop dat een overwinning geen militaire overwinning is. We hebben gewonnen als de Afghaanse overheid in staat is zelf het land te besturen. Wij hoeven de laatste IED (Improvised Explosive Device, geïmproviseerd explosief, red.) niet onschadelijk te maken. Dat doen de Afghanen straks zelf wel. Om dat te bereiken passen we zowel nationaal als internationaal een geïntegreerd beleid toe. Dat noemen we in Nederland 3 D: Diplomacy, Defence and Development. En dat alles lukt nooit als Westerse strijdmachten het oorlogsrecht maar aan hun laars lappen.”
In een interview met de GPD-bladen zei de minister maandagmorgen ook dat in tijden van oorlog niet alles geoorloofd en mogelijk is. „Geweld gebruiken is in sommige situaties onvermijdelijk en legitiem, maar vervolgens moet je proberen het zo gedisciplineerd mogelijk toe te passen, proportioneel en onderscheid makend. Dat is een enorme uitdaging.”
De taliban in Afghanistan lokken Nederlandse militairen uit hun eigen regels te schenden, aldus Van Middelkoop. Ze doen dat bijvoorbeeld door zich achter onschuldige burgers te verschuilen. Die komen daardoor soms bij vuurgevechten om het leven.
De bewindsman wil de inlichtingencapaciteit van de Nederlanders in Uruzgan vergroten en vaker commando’s inzetten. Hij hoopt zo beter onderscheid te kunnen maken „tussen boef en burger” om onschuldige burgers te ontzien. De commando’s opereren in kleine groepjes en fungeren als „klassieke verspieders die inlichtingen verzamelen.”