Peking schroeft hulpverlening op
De Chinese autoriteiten schroeven de hulpverlening in de zwaar door een aardbeving getroffen provincie Sichuan drastisch op. Het aantal militairen dat noodhulp en reddingswerk verricht, wordt bijna verdubbeld en de autoriteiten zetten tientallen extra helikopters en droppings in om noodhulp in het rampgebied te krijgen, meldden staatsmedia donderdag.
„Leven is het kostbaarste bezit, we zijn het aan de mensen en de geschiedenis verschuldigd”, aldus de premier. „We moeten doen wat we kunnen”, stelde premier Wen Jiabao woensdag toen hij de extra inzet van manschappen en materieel wereldkundig maakte.
De 50.000 militairen die al actief zijn in het gebied krijgen versterking van nog eens 30.000 man. Negentig extra helikopters moeten voor een betere ontsluiting van het rampgebied zorgen. Veel wegen zijn geblokkeerd, waardoor de distributie van noodhulp ernstig wordt belemmerd. In het getroffen gebied waren twintig helikopters actief die hulpgoederen over het gebied verspreidden.
Door de beving met een kracht van 7,9 op de schaal van Richter zijn zeker 20.000 mensen omgekomen. Het dodental zal naar verwachting nog veel verder oplopen. Tienduizenden mensen liggen volgens de autoriteiten nog onder het puin. De hoop om hen er levend onder vandaan te krijgen, wordt met de dag kleiner.
China accepteerde donderdag nog wel een aanbod van Japan om gespecialiseerde reddingswerkers naar het rampgebied te sturen. Japan is het eerste land dat toestemming krijgt van Peking om het gebied in te gaan en reddingswerkers in te zetten. Een eerder aanbod van Australië werd afgewezen.
Steeds meer aandacht gaat ondertussen uit naar het helpen van de overlevenden. De autoriteiten hebben grootschalige voedseldroppings gepland voor het getroffen gebied. Voedsel, water en kleding zullen worden afgeworpen boven de zwaarstgetroffen regio’s. Slecht weer gooit daarbij evenwel roet in het eten. Naschokken belemmeren verdere distributie van hulp over de grond.
Peking trekt 250 miljoen yuan (23 miljoen euro) extra uit voor hulp. Het bedrag komt boven op de reeds vrijgemaakte 1,1 miljard yuan. Particulieren hebben eveneens miljoenen gedoneerd voor het rampgebied. In Shanghai, Peking en Guangzhou doneren mensen bloed en kleding voor Sichuan. Ook Taiwan draagt zijn steentje bij met vliegtuigladingen aan hulpgoederen.
Reddingswerkers hebben vijftig uur na de verwoestende aardbeving in Midden-China twee vrouwen levend onder het puin vandaan gehaald. Een van hen is acht maanden zwanger. Dit hebben de plaatselijke autoriteiten woensdag bekendgemaakt.
De vrouwen werden op een hoogte van 6 meter gevonden in een hoop van betonnen platen en ander puin, de restanten van het gebouw dat onder hen instortte. De reddingsactie was vanwege het instortingsgevaar een hachelijke onderneming. Na hun redding oogden de vrouwen geschrokken, maar niet ernstig gewond.
De aardbeving in het zuidelijk deel van Midden-China heeft niet alleen steden, dorpen en infrastructuur verwoest, maar ook waterstromen verplaatst of gestremd. „We hebben dringend geologische experts nodig om proefnemingen te doen en reddingsplannen te maken”, zei een topfunctionaris van de communistische partij, Li Hao, in mediaberichten.
In het noorden van het district Qinchuan bijvoorbeeld zijn twee rivieren geblokkeerd en vormen hierdoor plotseling een groot meer. Dat kan op den duur leiden tot gevaarlijke aardverschuivingen in de omgeving.
Ook stuwdammen in rivieren zijn beschadigd geraakt en staan plaatselijk onder een gevaarlijk hoge druk. De Zipingpudam bij de zwaar getroffen stad Dujiangyan dreigde woensdag zelfs door te breken, maar in de avond was het gevaar geweken.
Een groot aantal militairen heeft scheuren in de wand gedicht. Ook is de druk op het bouwwerk weggehaald door water uit het stuwmeer te pompen, meldde het Chinese staatspersbureau Xinhua. Er werd groot alarm geslagen toen boven aan de wand scheuren werden ontdekt van 10 centimeter breed. Bij een damdoorbraak zou de stad met zeker 600.000 inwoners overstromen.
Een Duitse journalist is donderdag in het door een aardbeving getroffen gebied in China opgepakt en vastgezet door de militairen, omdat zijn veiligheid volgens het leger niet gegarandeerd kan worden. Dat heeft verslaggever Henrik Bork telefonisch laten weten aan het Duitse persbureau DPA in Peking.
Bork kwam woensdag na een voettocht van acht uur in de door een aardbeving getroffen provincie Sichuan aan. In de plaats Yingxiu, in het district Wenchuan, werden zijn spullen en computer afgepakt en werd hij vastgezet. Tweeduizend Chinese journalisten kunnen echter ongehinderd hun gang gaan in de regio, aldus Bork, die voor zover bekend de enige buitenlandse journalist is in de regio.