Binnenland
Netelenbos deed niets met informatie fraude

In de bouwfraudezaak was het donderdag de dag van de verbazing. Allereerst bij oud-PvdA-kamerlid Van Gijzel. Waarom had het vorige kabinet nooit iets gedaan met zijn hint dat het in de bouwwereld goed mis was? Maar ook de commissie-Vos was verbaasd. Waarom onthulde Netelenbos, oud-minister van Verkeer, pas donderdag dat zij al in oktober 2001 met de Groningse bouwer Koop had gesproken?

Netelenbos. - Foto ANP
Netelenbos. - Foto ANP

Na een rij van ondernemers, ambtenaren en accountants hoorde de parlementaire commissie bouwfraude donderdag voor het eerst landelijke politici. Oud-PvdA-kamerlid Van Gijzel en zijn partijgenote Netelenbos, tot voor kort minister van Verkeer en Waterstaat, werden aan de tand gevoeld.

Van Gijzel zat er ontspannen bij. Geen wonder: de ”Bijlmer-boy”, die er in het verleden alles aan had gedaan de Bijlmerramp tot op de bodem uit te zoeken, had ook in de bouwfraudezaak gewoon zijn werk gedaan. Daar nog even verslag van doen, ging hem gemakkelijk af.

Ja, al vrij lang voor de beruchte Zembla-uitzending op 9 november 2001, waarin klokkenluider Bos de bouwwereld op zijn kop zette, was Van Gijzel op de hoogte van het bestaan van de schaduwboekhouding. Ook zat hij al langere tijd, samen met CDA-kamerlid Leers, boven op de fraudezaak van de Schipholtunnel. Twee zaken die, dat had hij al snel door, veel met elkaar te maken hadden en van groot maatschappelijk belang waren.

Maar hij kwam er bij de politiek niet doorheen. Op 18 mei 2001 sprak hij er toenmalig minister van Justitie Korthals op aan. Ook Netelenbos probeerde hij ervan te overtuigen dat het hier om een gewichtige zaak ging, een bom die, als je er niet voorzichtig mee omging, zomaar kon ontploffen. Op donderdag 8 november waarschuwde hij zijn partijgenote nog één keer: „Het was in de vergaderzaal van de Tweede Kamer. Ik zei: Tineke, morgen komt Zembla met een grote onthulling. Reageer nu niet afhoudend of ontkennend, want het gaat ook om jouw ambtenaren.”

Van Gijzel kreeg nul op het request. „De minister reageerde hard en zei: Dat jij je voor dat soort uitzendingen leent! Het is een canard, echt, het stelt niets voor. Ga maar vragen bij mijn directeur-generaal Prins.”

Het PvdA-kamerlid werd er onzeker van. Had hij zich dan toch vergist? Had hij een bok geschoten door in het Zembla-programma, dat de volgende dag zou worden uitgezonden, de bouwfraude „misschien wel de grootste fraudezaak ooit” te noemen? Stond de schaduwboekhouding op gelijke hoogte met de vervalste Hitler-dagboeken van Der Spiegel? Toch maar even met Prins gaan praten. „Ook Prins bagatelliseerde alles. Bos was een rancuneuze werknemer en verder was er niets aan de hand. Hoe hij wist dat de hele zaak niets voorstelde, vroeg ik hem. Hij antwoordde dat hij het aan Koop had gevraagd! Dat was het enige wat hij zei.”

Ook binnen zijn eigen fractie liep Van Gijzel tegen een muur op. „De opvatting van mijn fractievoorzitter was: Wij gaan over deze zaak geen ministers in problemen brengen. Van iemand die het weten kan, heb ik gehoord dat Netelenbos tegen Melkert gezegd heeft: Je moet Van Gijzel stoppen.” De PvdA-leider deed dat adequaat. Hij ontnam de medialieveling het woordvoerderschap, waarop Van Gijzel bedankte als kamerlid.

Na dit relaas stond Netelenbos donderdag meteen op achterstand. Maar de oud-minister had, zoals gewoonlijk, haar woordje wel klaar. Ja, Van Gijzel had haar op 8 november inderdaad aangesproken. „Maar dat was op een heel ongelukkig moment: in de pauze van het debat over mijn begroting. Ik had wel wat anders aan mijn hoofd.”

Het woord ”canard” had zij toen niet gebruikt. „Ik heb wel gezegd: Pas op! Ik kende de heer Van Gijzel namelijk al langer.”

Maar waarom had zij niets gedaan met de signalen die Van Gijzel -ook al vóór 8 november- naar haar had uitgezonden? Eenvoudig te verklaren, vond Netelenbos. „Van Gijzel zei: We zijn nú toch iets op het spoor! Heel vreselijk. Maar ik mocht het vervolgens niet zien. Daar kan ik niets mee. Dat is dan een zaak voor het openbaar ministerie.”

Dat de oud-bewindsvrouw nu pas onthulde dat zij op 11 oktober 2001 de Groningse multimiljonair Koop op haar ministerie had ontvangen, vond de commissie-Vos merkwaardig en irritant, maar Netelenbos zelf heel gewoon. „Koop had zelf om dat gesprek gevraagd. Hij wilde blijkbaar zijn naam zuiveren. Het ging om een arbeidsconflict met een werknemer. Veel gedoe.” Netelenbos heeft met de gegevens uit dat gesprek niets gedaan. „Zoiets hoor je aan. Je hebt als minister wel meer te doen.”

Met kracht wierp de oud-minister het verwijt van zich dat zij in eigen persoon, direct na de Zembla-uitzending, het OM onder druk had gezet om in de zaak van de Schipholtunnel-fraude tot een schikking te komen. Deze suggestie werd gistermorgen door Van Gijzel op tafel gelegd, maar er door Netelenbos resoluut weer afgeschoven. „Dat is niet waar. Ik was minister van Verkeer en Waterstaat en alleen voor dat departement verantwoordelijk.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer