Augustinus als gids voor deze tijd
KAMPEN - Augustinus schreef zijn magistrale werk ”De Stad Gods” toen Rome viel. In 2001 vielen de Twin Towers en schudden de grote rijken opnieuw op hun grondvesten. Volgens dr. Akke van der Kooi is Augustinus sindsdien weer in. Reden om een tweedaags symposium aan de kerkvader te wijden, donderdag en vrijdag in Kampen.
De jaarlijkse Noordmansstudiedag is dit keer geplaatst in de bredere context van hedendaagse bezinning op de betekenis van de theologie van Augustinus (354-430). Het thema van het tweedaagse congres luidt ”Augustinus en Noordmans in de spanning tussen moderniteit en postmoderniteit”.
Volgens dr. Van de Kooi, voorzitter van de Stichting dr. O. Noordmans en docent aan de Theologische Universiteit Kampen (ThUK), ligt de relevantie van de kerkvader vooral in het feit dat zijn christelijk denken zich uitkristalliseerde in een niet-christelijke omgeving. Dat verbindt hem met Noordmans, die een boekje over Augustinus schreef waarin hij een voorstel deed de christelijke identiteit opnieuw te overwegen.
Noordmans schreef zijn Augustinusboekje in een crisistijd, ten overstaan van het ontwaken van een nieuw heidendom. In het voorwoord bij de tweede druk van zijn boek (1952) schreef hij dat wij sinds 1933 „nog veel dichter gekomen zijn bij een situatie die overeenkomt met die waaruit Augustinus’ hoofdwerk (”De civitate Dei”) geboren werd.”
Mentale moeheid
De kerkvader trekt in brede kring belangstelling, aldus Van der Kooi. „In de klassieke benadering is Augustinus de samenballing van de belangrijkste geloofsuitspraken. Maar ook postmodern georiënteerde mensen spreekt Augustinus aan vanwege diens worsteling om in eigen tijd gelovig te zijn. Hij is iemand die helpt het gesloten rationele denken te doorbreken. De secularisatie is momenteel zo ver doorgeschoten dat mensen het christendom moeten doordenken. Augustinus is voor hen een gids in deze toestand van mentale moeheid.”
Voor het symposium werken theologen van verschillende universiteiten samen (Leuven, Utrecht, Kampen). Ingezet wordt met een historische bijdrage (prof. dr. Willemien Otten, Utrecht) over Augustinus’ rol in identiteit en vorming van christelijke gemeenschappen. Tegen die achtergrond wordt, via een kritische bespreking van vormen van klassiek en postmodern augustinisme verkend, hoe Augustinus vandaag kan worden gelezen (prof. dr. Lieven Boeve; drs. Tom Jacobs, Leuven). Dr. Matthias Smalbrugge gaat in op de vraag wat de actuele betekenis kan zijn van Augustinus’ mensbeeld.
Morgen, op de tweede dag van het symposium, staan bijdragen van prof. dr. Mathijs Lamberigts (Leuven) en drs. Arwin van Wilgenburg (Utrecht) op het programma. De laatste spreekt over Noordmans’ Augustinusinterpretatie in het licht van de Augustinusreceptie in de Nederlandse 20e-eeuwse theologie.
Daarna wordt het gesprek van Noordmans met Augustinus verhelderd door een gezamenlijke bijdrage van prof. dr. Gerrit Neven (Kampen) en dr. Van der Kooi over respectievelijk Noordmans’ Augustinusmonografie en zijn lezing van de ”Confessiones”.