Raad van State negatief over uitbreiding van verbod op taakstraf
Een wetsvoorstel om geweld tegen hulpverleners altijd te bestraffen met een celstraf krijgt flinke kritiek van de Raad van State. In een advies wijst de raad erop dat het voorstel weliswaar begrijpelijk is en dat geweld tegen bijvoorbeeld politiemensen, brandweer en ambulancemedewerkers ernstig is, maar dat er meerdere negatieve effecten aan zitten. Het voorstel komt uit de koker van de Tweede Kamerleden Joost Eerdmans (JA21) en Dilan Yeşilgöz (VVD).
Er bestaat al een verbod voor rechters om een taakstraf op te leggen als er sprake is geweest van een ernstig gewelds- of zedenmisdrijf. Het initiatiefwetsvoorstel van JA21 en VVD wil dat dit verbod wordt uitgebreid naar hulpverleners. De adviseur van de regering vindt onder meer dat dit de vrijheid van rechters beperkt om een passende straf op te leggen. Zo zou de rechter ook een celstraf moeten opleggen bij een mishandeling waarbij geen pijn of letsel is ontstaan. Ook kan een rechter bijvoorbeeld niet meer meewegen dat een dader in paniek raakte en agressief werd, omdat een familielid in gevaar was. Ook in deze gevallen moet dan altijd een celstraf volgen, volgens het initiatiefwetsvoorstel.
Een ander negatief gevolg is dat het Openbaar Ministerie (OM) in deze situaties geen strafbeschikking meer kan opleggen, omdat de rechter er dan altijd aan te pas moet komen. Het OM kan lichtere zaken nu zelf afdoen met een taakstraf of een boete en wil dat juist vaker doen. De Raad van State wijst erop dat mensen na een taakstraf minder vaak opnieuw de fout in gaan. Bovendien duurt het langer voordat een zaak voor de rechter komt en duurt het ook lang voordat de straf kan worden uitgezeten door het cellentekort.