BuitenlandSchotland

Even een pauze voor het Schotse nationalisme

Het is stil rond de Schotse onafhankelijkheid, ruim tien jaar na het referendum hierover. Maar het nationalisme is nooit verdwenen en zal vroeg of laat zijn gezicht weer laten zien. Een nieuwe stemming staat voorlopig echter niet op de agenda.

22 April 2025 06:38Leestijd 6 minuten
De Schotse nationalist laat af en toe van zich horen, zoals bij deze betoging tegen ”Londens bestuur” in 2023. beeld EPA, Robert Perry
De Schotse nationalist laat af en toe van zich horen, zoals bij deze betoging tegen ”Londens bestuur” in 2023. beeld EPA, Robert Perry

De tram zoeft ongestoord door Edinburgh. Terwijl auto’s, bussen en taxi’s van stoplicht naar stoplicht hobbelen, rijdt de tram in 55 minuten vanaf het vliegveld, aan de westkant buiten de stad, naar het havengebied Leith in het noorden. Het ritje geeft een uitstekende blik op de Schotse hoofdstad, met natuurlijk als hoogtepunt Edinburgh Castle, dat trots op een berg in het middeleeuwse centrum ligt.

Voor veel steden is een tram een alledaags ding. Maar niet in Edinburgh. Na de oorlog koos de stad voor de bus als openbaar vervoer en doekte de tramlijnen op. Maar zoals in elke grote stad liep ook in Edinburgh het verkeer volledig vast. De tram kon daarvoor een oplossing bieden.

Het miljoenenproject werd een van de meest zichtbare besluiten van het zelfstandige Schots parlement dat in 1999 werd ingesteld. En daarmee ook een paradepaardje van de Schotse nationalisten. Met als boodschap: hoe zelfstandiger Schotland is, hoe beter uw openbaar vervoer.

Quebec

Het verhaal is mooi, maar de werkelijkheid is ingewikkelder. Tijdens de tramrit van 19 kilometer is één keer een Yes-poster te zien, een herinnering aan het referendum over een zelfstandig Schotland in september 2014. Het onderwerp is dus zo goed als weg uit het straatbeeld. In 2014 koos een minderheid van 45 procent van de Schotten voor onafhankelijkheid van Groot-Brittannië.

Toch blijft die minderheid een bedreiging, waarschuwt dr. Fraser McMillan, politicoloog van de Universiteit van Edinburgh. „De steun voor Schotse onafhankelijkheid ligt inmiddels rond de 50 procent. Maar deze bepaalt momenteel niet de keus in het stemhokje. Daar draait het sinds corona vooral om de gezondheidszorg.”

Dr. Fraser McMillan. beeld RD

McMillan houdt nauwkeurig bij wat de trends onder Schotse kiezers zijn. De voorkeur voor een Schotse staat blijkt onverwoestbaar. „Vroeg of laat komt dit onderwerp weer een keer terug”, zegt hij. „Ook in Quebec had men twee referenda nodig om de zaak definitief te beslissen, in 1980 en 1995.”

Kilt

Onvrede met de Britse unie is er al vanaf de oprichting ervan in 1707, verzekert prof. Ewen Cameron, historicus aan de Universiteit van Edinburgh. Maar het streven naar een zelfstandige staat is toch een heel nieuw ideaal. „Zelfs in de jaren 60 werden de nationalisten nog als rare mannen in kilt gezien. Maar vanaf eind jaren 80 werd het nationalisme ineens hip. Ook de media gingen het serieus nemen. En dat is gebleven.”

McMillan denkt niet dat een tweede referendum over Schotse onafhankelijkheid er snel zal zijn. De regering van de Schotse Nationale Partij (SNP) kan niet zelfstandig over zoiets besluiten. Het Britse parlement in Londen zal ermee moeten instemmen. En daar heeft de SNP vorig jaar juist enorm moeten inleveren. „Ze hadden daar eerder 48 van de 59 Schotse zetels, maar zakten in 2024 naar 9 zetels.”

De 39 zetels die de SNP in Schotland verloor, zijn ingepikt door Labour. Die partij deed het ook in andere Britse regio’s goed en zodoende nam Keir Starmer vorig jaar mei het premierschap over.

„In 1975 was de Europese Gemeenschap een ideaal van rechts, tegenwoordig van links”

Prof. Ewen Cameron

SNP en Labour vissen allebei in de vijver van de arbeiders. Er is echter één verschil, zegt McMillan. „Labour is tegen onafhankelijkheid. Overigens is de Labourregering van Starmer momenteel zeer onpopulair. Daar kan de SNP van profiteren. Dat kan de partij helpen in de aanloop naar de verkiezingen voor het Schotse parlement in 2026.”

Brexit

Ook Cameron verwacht een tweede referendum niet snel. „Na het brexitreferendum in 2016 heeft SNP geprobeerd van die nieuwe situatie te profiteren. Schotland stemde met 62 procent tegen brexit. Edinburgh was zelfs de meest EU-gezinde stad met 80 procent voor de Europese Unie. Schotland zou nu tegen zijn wil uit de EU worden getrokken. De SNP pleitte daarom voor een nieuw referendum over onafhankelijkheid. Maar dat argument overtuigde niet.”

Het Britse Hooggerechtshof in Londen wees in 2022 het verzoek uit Edinburgh om een referendum te mogen organiseren af. Reden: het Britse parlement in Westminster is soeverein en beslist over deze zaken.

Cameron ziet in de uitslagen van de brexitstemming trouwens ook een ironische kant. „In 1975 stemde Groot-Brittannië over aansluiting bij de Europese Gemeenschap. Europese integratie was toen iets van rechts en Schotland stemde dus tégen. In veertig jaar tijd is dat volledig omgedraaid. Het zijn nu de linkse partijen die sterk Europees gezind zijn.”

McMillan ziet meer overeenkomsten tussen brexit en Schotse onafhankelijkheid. „Brexit bracht –volkomen onbedoeld– een douanegrens met het Britse Noord-Ierland. Leidt Schotse zelfstandigheid ook tot grensregels tussen Engeland en Schotland? Dat raakt 78 procent van de Schotse handel. Dat zijn serieuze risico’s waar de meeste kiezers niet over nadenken.”

Iets anders wat open blijft is waar Schotland het geld vandaan wil halen. In 2014 rekende de SNP vooral met inkomsten uit olie. McMillan glimlacht daarbij; hij is afkomstig uit Aberdeen en kent de olie-industrie van dichtbij. „De voorstanders van onafhankelijkheid pleiten ook voor energietransitie. Het is dan wel ironisch als je calculeert met olie-opbrengsten.”

Pragmatisch

Van de huidige SNP-regering onder leiding van eerste minister John Swinney zijn weinig stappen te verwachten richting een tweede referendum. Cameron: „Hij leidt een zwakke minderheidsregering die heel pragmatisch opereert. Swinney hult zich over dit onderwerp in stilzwijgen.”

Dat kan ook verklaren waarom de SNP in het Schotse parlement niet inging op herhaalde verzoeken om aan dit artikel mee te werken.

„De Schotse politiek van de laatste dertig jaar laat zich samenvatten als bitterheid tegenover de Engelsen”

Dr. Fraser McMillan, politicoloog Universiteit van Edinburgh

McMillan: „Vandaag is de Schotse kiezer veel meer geïnteresseerd in praktische vragen zoals: kan ik mijn dokter binnen drie weken bezoeken zonder eerst vijftien keer te bellen? Zolang kiezers daarmee zitten, blijft een tweede referendum liggen.”

Bitterheid

Als Schotland ooit zelfstandig wordt, is het een klein land aan de rand van Europa, net als Ierland. Een beschaafd land, maar zeker geen grootmacht. Zonen en dochters van Schotse moeders zullen niet meer zo vaak in het Witte Huis komen als nu.

Ewen Cameron. beeld RD

Waarom toch die drang naar autonomie? Helemaal precies weten de beide academici dat niet. Cameron: „Het is duidelijk dat er een slachtoffernarratief speelt. Men voelt zich niet goed behandeld door de Engelsen.”

McMillan verwijst naar zijn eigen opvoeding. „Ik werd thuis grootgebracht met weerstand tegen premier Thatcher (de Conservatieve premier uit de jaren 80, EvV). In Schotland wordt veel politieke aversie aan de nieuwe generatie doorgegeven.

Ook de Schotse regering geeft graag Londen de schuld van alles wat fout gaat. De gedachte is dat de Engelsen Schotland zien als een verlengstuk van henzelf, maar niet als zelfstandig gebied. De Schotse politiek van de laatste dertig jaar laat zich redelijk samenvatten als bitterheid tegenover de Engelsen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl
Vond je dit artikel nuttig?

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer