VVD-Kamerlid Peter de Groot vroeg zijn partijgenoot Hermans in een debat of zij echt geen alternatieven ziet „waardoor dit sneller kan”. Hij vreest dat juist mensen met de zwaarste schades als gevolg van de vroegere steenkolenwinning in de provincie „minstens twee jaar moeten wachten voor zij aan de beurt zijn”.

Ook Wytske Postma van regeringspartij NSC wil weten of de minister nog kans ziet „de zaak te versnellen”. Zij stelde dat het herstel van mijnbouwschade in Limburg „telkens onderaan lijkt te staan bij de prioriteiten”, terwijl die belofte al jaren geleden is gedaan. Het is ruim een halve eeuw geleden dat de laatste kolenmijn dichtging.

Hermans benadrukte dat de schadeafhandeling „echt een complex proces” is. Zij zei heel graag te willen versnellen, maar: „ik wil geen beloftes doen die ik niet kan nakomen.” Zij weersprak dat er straks twee schadeloketten zijn met mogelijk verwarring tot gevolg, een vrees die eerder vanuit de regio klonk. Er komt één loket, waar mensen eerst alleen digitaal en later ook fysiek terechtkunnen.

Ook de linkse oppositie is bezorgd. Suzanne Kröger van GroenLinks-PvdA vindt het „echt heel moeilijk uit te leggen” dat mensen nog langer moeten wachten op schadeherstel. „Wil de minister mensen echt nog jaren laten bungelen?”

SP’er Sandra Beckerman vermoedt dat de kleinschalige proef voor zwaardere schades waar Hermans begin volgend jaar mee wil starten „vooral een vertragingstactiek” is. De minister sprak dat tegen. „Het is een manier om te komen tot een regeling die werkt.”

Ook het beperkte jaarbudget dat vanaf 2030 beschikbaar is voor het schadeloket, baart sommige partijen zorgen. „Als aanpassing nodig is, dan zullen we daar naar kijken”, beloofde Hermans.