Overheid zelf oorzaak van stagnerende fruitconsumptie
Nederlanders moeten gemiddeld niet één, maar twee stuks fruit per dag nuttigen vindt het Voedingscentrum. Dat is bijna een verdubbeling van de huidige fruitconsumptie. Sector en supermarkten zijn enthousiast, maar in de praktijk zijn er flinke hindernissen.

Fruit levert weinig calorieën en veel voedingsstoffen. Het is dus gezond, vermindert het risico op hart- en vaatziekten en verlaagt de kans op diabetes 2 en darm- en longkanker, aldus het Voedingscentrum. „Het advies is daarom om twee porties fruit per dag (200 gram = 73 kilo per jaar) te eten en dit niet te vervangen door sap. Daarin zitten namelijk veel suikers en minder vezels. Gemiddeld eten we in ons land 135 gram fruit per dag.” Te weinig voor een gezond voedingspatroon.
Producenten (telers) en retail (supermarkten) zijn bereid om het advies van de overheidsorganisatie (bekend van de schijf van vijf) handen en voeten te geven, vertellen woordvoerders. Grote vraag is echter: hoe dan? Want er zitten nogal wat addertjes onder het gras.
Productie verdubbelen
Frederik Bunt uit Slijk-Ewijk in de Betuwe is met 40 ha de grootste pruimenteler van ons land. Daarnaast is hij bestuurslid van de NFO, de Nederlandse Fruittelers Organisatie. „Als fruitsector denken we dat het mogelijk is om de productie te verdubbelen, maar de vraag is vooral: hoe krijg je de consument zo ver dat die meer fruit nuttigt? En er is nog een probleem. Het Voedingscentrum wil ook voedselzekerheid en zo min mogelijk impact op het milieu. Dat betekent dus meer teelt in eigen land en het eten van vooral seizoensfruit.”
Hoewel het fruitareaal in Nederland de laatste jaren is afgenomen van ongeveer 24.000 naar 19.000 hectaren, is door efficiëntere teeltmethoden -en dus minder arbeid- het rendement niet verminderd. „Maar stel dat je over enkele jaren een dubbele hoeveelheid fruit nodig hebt, dan moet je nu al beginnen. Het duurt namelijk vier jaar voordat een boom in productie komt. En dan wil een ondernemer wel zeker weten dat hij straks zijn oogst ook kwijt kan. Je moet dus nu een beslissing nemen, terwijl je niet weet of er een grotere hoeveelheid fruit geconsumeerd gaat worden. Ik wil best uitbreiden en investeren, maar dan moeten mensen wel meer pruimen gaan eten.”

Meer ruimte
En dan is er nog een probleem. Als de vraag naar fruit verdubbelt, dan is er ook meer ruimte nodig. Een kleine 10.000 ha extra verwacht Bunt. En dat zou betekenen dat grond voor akkerbouw en veeteelt een andere bestemming moet krijgen. Maar ook de overheid aast op diezelfde landerijen door in verband met de stikstofproblematiek boeren uit te kopen. „We moeten dus meer bieden dan het Rijk. Dat heeft als gevolg dat het fruit duurder wordt en daardoor wellicht minder geconsumeerd. Een tussenoplossing is minder export. Van 1 ha fruit kunnen 550 mensen eten. Dat zijn met het huidige areaal zo’n 9 miljoen mensen.”
Een derde uitdaging is het gebrek aan gekwalificeerde ondernemers bij een verdubbeling van de productie. „Dat is het probleem in sommige andere landen op dit moment. Met steun van de overheid hebben fruittelers daar flink kunnen uitbreiden. Bij boomkwekers in heel Europa werden vrijwel alle onderstammen opgekocht, maar door gebrek aan kennis vallen de opbrengsten dan tegen.
Gewasbescherming
Ook de overheid zelf neemt maatregelen die verdubbeling van de fruitproductie hindert. Zo wordt de regelgeving rond het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen steeds strenger. Tegelijkertijd neemt door klimaatverandering het probleem van ziekten en (dier)plagen toe. “Ook die onzekere toekomst zorgt er voor dat telers hun kruit droog houden. Het gevolg van een verbod op benodigde middelen zijn misoogsten en juist een halvering van de opbrengst. Op dit moment wordt er op proefstations veel onderzoek gedaan naar preventieve vormen van bestrijding, maar dat kost tijd. De wetgeving op dit terrein is inmiddels zo ingewikkeld geworden dat niemand er nog iets van begrijpt. Elke teler wil een gezond product met een zo klein mogelijke impact op het milieu. Vroeger was het voldoende als het eindproduct aan de norm voldeed. Nu bemoeit de overheid zich ook met het teeltproces.”

En dat Vadertje Staat bovendien met twee maten meet, zit de sector behoorlijk dwars. „Het is terecht dat de regering vindt dat ik mijn CO2-uitstoot moet compenseren. Maar mijn boomgaarden nemen meer stikstof en CO2 op dan ik zelf veroorzaak. En dat mag ik niet verrekenen.”
En als die Nederlander meer fruit moet gaan eten is dat ook een kwestie van opvoeden. Herhaling is de kracht van reclame. “Tijdens de coronacrisis zag je dat mensen gezonder gingen eten. Inmiddels is dat weer wat weggezakt. En het is ook een kwestie van een ander consumptiepatroon. Nederlanders eten haring. Belgen niet. Mijn pruimen kan ik ook niet in alle Europese landen kwijt.”
De belangrijkste schakel tussen teler en consument is de retail, vindt de Betuwse pruimenteler. „Zij kunnen het gedrag van de klant beïnvloeden door bijvoorbeeld tijdelijke kortingsacties of het promoten van fruit. De retailer moet de consument verleiden. Als die niet wil, houdt het op. De vraag bepaalt uiteindelijk het tempo van de groei.”
Bewust kiezen
„Bij Albert Heijn helpen we klanten bewust te kiezen voor een gezonde leefstijl”, vertelt Maud Burgers, manager externe communicatie, van deze supermarktketen. „Daarom maken we fruit aantrekkelijker en toegankelijker met een breed en betaalbaar aanbod. We brengen het structureel onder de aandacht, onder andere met campagnes als ‘Het lekkerste fruit’, waarin we seizoensproducten zoals appels, frambozen en snackfruit er extra uitlichten. Daarnaast bieden we innovatieve producten. Bijvoorbeeld de SPRANK-appel, een nieuwe appel die we samen met Nederlandse telers exclusief voor Albert Heijn hebben ontwikkeld. Ook zijn er handige producten zoals snackpartjes en voorgesneden fruit, zodat het makkelijker wordt om dit op elk moment van de dag te eten.”
Het Voedingscentrum wijst niet alleen op een gezonder voedingspatroon, maar dat dient vervolgens dan ook duurzaam te zijn. Daar is volop aandacht voor bij de grootgrutter, verzekert de woordvoerder. „Duurzaamheid is een belangrijk speerpunt in onze bedrijfsvoering. We halen ons fruit „zo dichtbij als mogelijk en zo ver weg als noodzakelijk”, waarbij de helft van ons fruit uit Nederland komt. We werken met vaste telers, hierdoor kunnen we duurzaam en efficiënt inkopen en tegelijkertijd zorgen voor een breed en kwalitatief goed aanbod. Daarnaast verminderen we plastic in verpakkingen, zetten we in op het tegengaan van voedselverspilling en helpen we klanten bewuste keuzes te maken, onder andere via de Nutri-Score en filters in de AH-app waarmee ze duurzamer en gezonder kunnen kiezen.”
Samenwerking
Meer lokaal/regionaal hardfruit als appels en peren of meer seizoensproducten, is dus een belangrijk aandachtspunt. Volgens AH is daar bij hen al ruim aandacht voor. „Wij werken nauw samen met Nederlandse fruittelers en bieden jaarrond zoveel mogelijk seizoensfruit van eigen bodem aan, zoals Hollandse appels, peren en aardbeien. Dankzij onze langdurige samenwerkingen met telers -soms al 60 jaar- kunnen we verantwoord en efficiënt inkopen en zorgen voor een gevarieerd aanbod, met een goede balans tussen lokaal en geïmporteerd fruit.
Meer fruit eten is een belangrijke stap naar een gezondere leefstijl. Wij blijven ons inzetten om fruit nog aantrekkelijker en makkelijker beschikbaar te maken, zodat klanten vaker voor fruit kiezen in hun dagelijkse eetpatroon in lijn met onze missie: Samen beter eten bereikbaar maken. Voor iedereen.”
Kinderfruit
Niet alleen de supermarktketens, maar ook plaatselijke retailers doen hun best om fruitconsumptie bij hun klanten te stimuleren. Zo ook eigenaar Coen Sperling van Jumbo in Ouddorp. „Bij de meeste supermarkten begint de winkel met de groente- en fruitafdeling. De consument wordt daardoor als eerste geconfronteerd met gezonde producten. Uiteraard zijn er elke week fruitartikelen in de aanbieding. Daarnaast bieden wij voor kleine kinderen gratis fruit aan. We hebben daar een speciaal meubel voor naast de weegschaal. Kinderen kunnen op die plek gratis een appel, mandarijn of banaan pakken.”

Ook het aspect duurzaamheid is voor Sperling belangrijk. „Maatschappelijk verantwoord ondernemen staat bij ons hoog in het vaandel. We zijn gecertificeerd met het zogenoemde SSK keurmerk voor duurzaam ondernemerschap. Onze supermarkt probeert zelf energie te besparen. Zo zijn wij niet meer aangesloten op het gasnetwerk en hebben we ruim 200 zonnepanelen op het dak liggen. Daarnaast zijn de meeste koelingen voorzien van glasdeuren. Wat betreft de producten verkopen we diverse fairtrade en biologische producten. Tevens verkopen we alleen vis met het MSC-keurmerk. Biologische producten zijn wat duurder dan de reguliere producten, dit remt helaas enigszins de verkoop.”
Campagne
Daarnaast is Jumbo een tijd geleden gestart met de campagne ”Van Dichtbij”. Onder dit motto probeert de organisatie zoveel mogelijk producten in te kopen in eigen land. „Zelf doen wij dat ook, denk aan winterpeen en aardappelen. Die komen uit Ouddorp. Verder verkopen wij bijvoorbeeld Flakkeese Eieren.”
Maar om een verdubbeling van fruitconsumptie voor elkaar te krijgen, moet er volgens de retailer uit Ouddorp nog veel gebeuren. „Natuurlijk zou het mooi zijn als we dat kunnen vergroten. Maar de overheid speelt hier ook een grote rol in. Verlaag bijvoorbeeld de btw op groente en fruit naar 0 procent. Ik denk dat dit echt stimulerend kan werken. Helemaal als de korting dan ook zichtbaar wordt op de kassabon.”