EU-landen snakken naar nieuwe terugkeerregels voor asielzoekers
België en Duitsland kijken reikhalzend uit naar nieuwe EU-regels voor het terugsturen van uitgeprocedeerde asielzoekers. Dat zeiden de ministers die verantwoordelijk zijn voor migratie bij aankomst in Brussel, waar zij woensdag overleggen over asiel en migratie. Zonder die regels kan volgens hen het nieuwe EU-migratiepact niet effectief zijn.
In het Europese asiel- en migratiepact hebben de EU-lidstaten strengere regels afgesproken voor de toelating, verdeling en opvang van asielzoekers. Het pact moet in juni 2026 van kracht worden. Regels voor het terugsturen zijn daarbuiten gelaten, tot onvrede van diverse lidstaten.
Eurocommissaris Magnus Brunner (Migratie) presenteert zijn voorstel voor nieuwe terugkeerregels volgende week, kondigde hij bij aankomst in Brussel aan. Hij liet nog niets los over de inhoud ervan.
De Belgische minister Anneleen Van Bossuyt (Asiel en Migratie) noemt nieuwe terugkeerregels „de sleutel van het Europese migratiebeleid”. Als uitgeprocedeerde asielzoekers niet sneller kunnen worden teruggestuurd, is het Europese strengere asielbeleid niet effectief, maar „slechts een loze belofte. Dat kunnen we ons niet veroorloven.”
„Een effectief terugkeersysteem op Europees niveau is onmisbaar voor ons”, zei de Duitse minister Nancy Faeser. „Terugkeerbesluiten moeten worden vereenvoudigd en sneller worden uitgevoerd”, voegde ze daaraan toe.
De EU heeft daarnaast meer opties nodig voor uitzetcentra waar uitgeprocedeerde asielzoekers moeten wachten op terugkeer naar hun land van herkomst, vindt de Duitse minister. Wat België betreft, zijn er geen taboes op „innovatieve oplossingen”, wat Brussels jargon is voor uitzetcentra buiten de EU.
De nieuwe Belgische regering wil, net als Nederland, het strengste asielbeleid ooit voeren.