De bewindspersoon heeft de organisatie „geen redelijke termijn geboden om maatregelen te treffen om de subsidiewijziging op te vangen", zo oordeelde de rechter. Bovendien voldoet het subsidiebesluit „niet aan de wettelijke vereisten". Daarom moet de minister VluchtelingenWerk tot eind april blijven subsidiëren.

Voor het juridisch begeleiden van asielzoekers rond hun asielaanvraag, kreeg VluchtelingenWerk in 2024 nog 34 miljoen euro. Dat budget bestond uit een begroot bedrag van ruim 12 miljoen euro, aangevuld met geld dat later werd betaald op basis van hoeveel asielzoekers de organisatie heeft geholpen. Faber besloot eind vorig jaar om zich voor het jaar 2025 aan het begrote bedrag van 13 miljoen euro te houden. Naar aanleiding daarvan stapte VluchtelingenWerk naar de rechter.