Onderzoek naar ongeoorloofd contact EBI-gedetineerden geheim
Een onderzoek naar ongeoorloofde contacten tussen gedetineerden in de Extra Beveiligde Inrichting (EBI) in Vught is vertrouwelijk en wordt niet openbaar gemaakt. Dat heeft de Inspectie Justitie en Veiligheid dinsdag laten weten over het interne onderzoek van de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI). De bevindingen zijn wel gedeeld met de directeur-generaal DJI bij het ministerie van Justitie en Veiligheid.
Aanleiding voor het onderzoek was een incident vorig jaar waarbij Marengo-hoofdverdachten Ridouan Taghi en Saïd R. door een fout van de bewaking kort contact met elkaar hadden. Dat gebeurde na een overplaatsing van Taghi binnen de EBI.
Kort daarna bracht advocaat Hakan Külcü naar buiten dat meerdere gedetineerden zo’n anderhalf jaar lang via de toiletten contact met elkaar hebben gehad. Külcü had vernomen dat de directie van de EBI op de hoogte was van de ongeoorloofde communicatiemogelijkheden. De toiletten zouden daarna „grondig” zijn aangepast. De DJI liet daarop in een reactie weten niet in te kunnen gaan op specifieke situaties vanwege de veiligheid in de EBI, maar dat „gedetineerden doorlopend zoeken naar mogelijkheden om contact te hebben met elkaar en de buitenwereld”.
De Inspectie Justitie en Veiligheid liet in september vorig jaar weten dat er als toezichthouder „intensief” is meegekeken bij het interne DJI-onderzoek. „De recente berichtgeving dat gedetineerden mogelijk contact met elkaar konden hebben via de waterkanalen van de toiletten, baart de inspectie zorgen”, aldus de inspectiedienst destijds.