LTO-bestuurder: Niemand gebaat bij onnodige paniek over MKZ
Nederlandse veehouders staan op scherp sinds in Duitsland mond-en-klauwzeer (MKZ) is uitgebroken. Toch is er geen reden voor paniek, zegt LTO-bestuurder en melkveehouder Dirk Bruins.
Bruins is voorzitter van LTO Noord, de belangenvereniging van boeren en tuinders boven de grote rivieren. Hij is ook woordvoerder MKZ voor de landelijke koepel LTO Nederland.
Het was zeker schrikken, toen vrijdagmiddag bekend werd dat de gevreesde besmettelijke dierziekte na 24 jaar afwezigheid weer in de Europese Unie is opgedoken. Maar Duitsland zit er bovenop en ook in Nederland zijn de noodzakelijke maatregelen genomen, vindt Bruins. Tot dinsdagochtend zijn nieuwe besmettingen uitgebleven.
Ruimingen
Op de bewuste boerderij in een dorpje vlakbij de hoofdstad Berlijn werden 14 waterbuffels gehouden, waarvan er drie besmet bleken. De dieren zijn geruimd. Maandag is uit voorzorg ook een nabijgelegen varkenshouderij geruimd, evenals een bedrijf met schapen en geiten dat hooi betrokken had van de besmette boerderij.
Ook geldt in de hele deelstaat Brandenburg een vervoersverbod voor evenhoevige dieren. Dat zijn dieren die gevoelig zijn voor MKZ: runderen, schapen, geiten en varkens, maar ook sommige dierentuindieren en wild als herten en wilde zwijnen.
Zaterdag werd uit onderzoek in opdracht van landbouwminister Femke Wiersma duidelijk dat de afgelopen zes weken ruim 3600 kalveren uit Brandenburg via verzamellocaties elders in Duitsland naar Nederland zijn gekomen. Deze dieren staan op ruim 125 vleeskalverbedrijven, verspreid over het land.
Minister Wiersma besloot daarop een afvoerverbod af te kondigen voor de hele vleeskalverhouderij: dieren mogen alleen nog rechtstreeks naar de slachterij worden vervoerd. Dit verbod geldt in ieder geval totdat alle betrokken vleeskalverhouderijen door de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) onderzocht zijn op mogelijke besmetting. Ook mogen vleeskalverhouders voorlopig geen bezoekers ontvangen.
2001
Bruins is betrokken bij het dagelijkse overleg tussen het ministerie, de NVWA en partijen in de sector. Maatregelen vergen een goede afweging, benadrukt hij. „Niemand is gebaat bij onnodige paniek. De MKZ zit achter Berlijn, tot nu toe gaat het om één geval. Aan de andere kant staat 2001 bij Nederlandse veehouders in het geheugen gegrift. Vooral bij ouderen breekt alleen al bij het horen van het woord MKZ het zweet uit.”
„Vooral bij ouderen breekt alleen al bij het horen van het woord MKZ het zweet uit” - Dirk Bruins, bestuurder LTO Nederland
In 2001 werd Nederland voor het laatst getroffen door de besmettelijke veeziekte. Grootschalige, merendeels preventieve ruimingen op zo’n 2500 veehouderijen kostten toen aan 260.000 dieren het leven. De ruimingen moesten verspreiding van het virus voorkomen, omdat inenten niet was toegestaan. Tegenwoordig staat de EU onder strenge voorwaarden zogeheten noodvaccinaties tegen MKZ en varkenspest toe, in beperkte zones rondom besmette bedrijven.
De Stichting Brancheorganisatie Kalversector heeft ook een tijdelijk, zogeheten opzetverbod ingesteld: kalverhouders mogen tot 19 januari geen nieuwe dieren naar hun bedrijf halen.
De organisatie van veehandelaren en -transporteurs Vee&Logistiek Nederland adviseert haar leden om tot en met zaterdag geen dieren te importeren uit Duitsland, geen dieren te verzamelen die gevoelig zijn voor MKZ en sowieso transporten van levende dieren „te minimaliseren”.
Niet alleen kalverhouders ondervinden de gevolgen van de huidige beperkingen. Bruins: „Kalveren van melkveehouders kunnen voorlopig niet naar vleeskalverbedrijven. Ook moeten transporten van ander vee superschoon verlopen. Verzamelplekken en veemarkten maken tijdelijk een pas op de plaats”, somt hij op.
Hoopgevend
Alles is erop gericht om onderling contact tussen dieren die gevoelig zijn voor MKZ, te voorkomen. „We moeten allemaal buitengewoon alert zijn. We weten dat het virus heel besmettelijk is”, zegt dierenarts Teus Kreuger, die voorzitter is van de LTO-vakgroep Kalverhouderij.
„Als er kalveren besmet zouden zijn, hadden we het allang gezien” - Teus Kreuger, dierenarts
Hij noemt het „hoopgevend” dat zich nog geen nieuwe uitbraken hebben voorgedaan. Verschijnselen van de ziekte duiken bij runderen en varkens meer en sneller op dan bij waterbuffels, weet hij. „Als er kalveren besmet zouden zijn, hadden we het allang gezien.”
Kreuger hoopt dat het onderzoek van de ruim 125 bedrijven met kalveren uit Brandenburg deze week afgerond kan worden. Als zich, in Duitsland of Nederland, geen nieuwe uitbraken voordoen, kunnen de huidige maatregelen weer vlot worden afgeschaald.
Het Friedrich Loeffler Institut, de Duitse evenknie van de NVWA, heeft inmiddels ontdekt dat het virus op het besmette bedrijf het serotype O betreft. Verwante MKZ-virussen komen voor in het Midden-Oosten en Azië. Hoe de ziekte in Duitsland is gekomen, is nog onbekend. Vaccinatie tegen serotype O is mogelijk, maar of dat gaat gebeuren moet de Duitse overheid beslissen.