Waarom ouders op deze scholen niet meer digitaal mogen meespieken
Het Jordan Montessori Lyceum in Zeist beperkt de toegang van schoolapps zoals Magister voor ouders. „Kinderen hebben het recht om een 1 te halen zonder dat hun ouders het meteen weten.”
Het is tien uur en de schoolbel rinkelt op het Jordan Montessori Lyceum in Zeist. Vlug rent een leerling naar binnen, haastig op zoek naar haar klaslokaal. Net op tijd, voordat haar ouders via het schooladministratiesysteem Magister een melding krijgen dat hun dochter te laat is.
Via deze schoolapp krijgen leerlingen en ouders inzicht in cijfers. Maar er wordt ook geregistreerd hoe vaak tieners te laat komen en of ze hun schoolboeken zijn vergeten. Dat meekijken van ouders heeft negatieve gevolgen voor leerlingen, ontdekte docent economie en bedrijfseconomie Stijn Uittenbogaard. Hij liet 500 leerlingen van zijn school een vragenlijst invullen en kwam erachter dat leerlingen van wie ouders vaak meekijken veel meer last hebben van prestatiedruk. Als proef kunnen ouders de cijfers daarom vanaf deze week twee maanden lang niet bekijken.
Verlammend
Als het aan Uittenbogaard ligt, worden daarna ook zaken als telaatmeldingen verborgen. „Het werkt voor kinderen verlammend als ouders alles in de gaten houden. Stel dat je een 3 haalt, dan wil je zelf kunnen bepalen wanneer je dat vertelt. Je vertelt het bijvoorbeeld pas als je daarna een 8 haalt voor een ander tentamen, zodat het wat minder erg lijkt. Nu kan dat niet.”
„Ik vind het fijner als ik gewoon zelf kan vertellen dat een toets niet goed is gegaan” - Sofia, leerling Jordan Montessori Lyceum Zeist
Uittenbogaards leerlingen Isabella en Sofia van 17 en Mats van 16 zijn blij met het besluit van school. De vader van Sofia had helemaal niet door dat zijn dochter prestatiedruk voelde doordat hij regelmatig een blik wierp op haar resultaten. „Ik vind het fijner als ik gewoon zelf kan vertellen dat een toets niet goed is gegaan. Hij had helemaal niet door dat het een negatief effect had.”
Schoolgenoot Mats heeft nu niet zo veel last van controlerende ouders. Dat was vorig jaar, toen hij is blijven zitten in 4 havo, wel anders. „Mijn moeder keek toen wel veel mee, omdat ze wilde dat ik over zou gaan. Soms vroeg ze waar een cijfer bleef en dan verzon ik dat ze het waren vergeten in te voeren. Maar dan had ik die toets helemaal niet gemaakt.” Nu gaat het weer goed. Mats wil zelf docent worden –of werken bij de politie, daar is hij nog niet helemaal over uit– en is gemotiveerd voor school. Hij heeft het idee dat zijn moeder nu ook veel minder vaak in Magister kijkt.
Wijzend vingertje
Op het Barlaeus Gymnasium in Amsterdam zijn ze verbaasd dat de school in Zeist de ouders van leerlingen überhaupt ooit toegang heeft gegeven tot Magister. Conrector Margriet Bosman heeft er bij de invoering van hun eigen schoolapp voor gepleit om de inloggegevens alleen aan leerlingen te geven. „Wij vinden dat een kind recht heeft op privacy. De middelbare school is er om fouten te maken. Om eruit gestuurd te worden. Om een 1 te halen zonder dat je ouders bij thuiskomst gelijk met een wijzend vingertje klaarstaan.”
„De middelbare school is er om een 1 te halen zonder dat je ouders bij thuiskomst gelijk met een wijzend vingertje klaarstaan” - Margriet Bosman, conrector Barlaeus Gymnasium Amsterdam
Dat beleid heeft Bosman naar eigen zeggen jarenlang „met hand en tand” moeten verdedigen op open dagen. Ouders vonden het maar ouderwets. „Het was vaak een issue. Wij zouden niet met de tijd meegaan, te traditioneel zijn. Het grappige is dat we nu toch gelijk krijgen. Steeds meer scholen draaien die toegang weer terug.”
Vinkjes
Onderwijskundige Barend Last, die scholen helpt met het inzetten van technologie, hoopt dat meer scholen het voorbeeld van het Barlaeus en het Jordan volgen. „Bij zo’n systeem als Magister staan die vinkjes waarbij de cijfers zichtbaar zijn vaak automatisch aan. De ontwikkelaars denken gewoon: scholen werken met cijfers, dus hoe handig is het als ouders die ook meteen kunnen zien? Over zo’n bijeffect als prestatiedruk wordt gewoon niet nagedacht. Het zijn geen onderwijskundigen die dat maken.”