Landen moeten meer maatregelen nemen en meer samenwerken om de doelstelling op het gebied van energie-efficiëntie te halen, vindt het Internationaal Energie Agentschap (IEA). Tijdens de klimaattop in Dubai vorig jaar stemden bijna tweehonderd landen in met het doel om de energie-efficiëntie te verdubbelen van 2 procent in 2022 naar 4 procent in 2030.
In het jaarlijkse rapport over de ontwikkelingen op het gebied van energie-efficiëntie in de wereld, stelt het IEA echter dat de wereldwijde energie-efficiëntie in 2024 met ongeveer 1 procent zal verbeteren. Dat is hetzelfde percentage als in 2023 en ongeveer de helft van het gemiddelde percentage tussen 2010 en 2019.
Energie-efficiëntie zorgt ervoor dat er minder energie nodig is om hetzelfde resultaat te behalen. Zo zorgen energiezuinige technische oplossingen zoals isolatie en verlichting op sensoren ervoor dat er minder energie wordt verbruikt. Volgens het IEA is het verbeteren van de efficiëntie van het energiegebruik van groot belang voor de overgang naar schonere energiebronnen omdat het de energiezekerheid verbetert, de energierekeningen voor consumenten verlaagt en de uitstoot van broeikasgassen vermindert.
Volgens het IEA boeken overheden wereldwijd wel voortgang op het gebied van energie-efficiëntie. Zo heeft de Europese Unie de regelgeving herzien om in 2050 een gebouwenbestand met nuluitstoot te bereiken en heeft China de normen voor apparaten herzien en de nationale doelstellingen voor efficiëntie versterkt. Ook hebben de Verenigde Staten de normen voor brandstofverbruik voor zware voertuigen aangescherpt. Om de doelstelling te halen moeten er volgens het IEA echter wereldwijd sneller nieuwe beleidsregels worden ingevoerd en moeten veel bestaande beleidsregels worden aangescherpt.
„Gelukkig zijn de beleidsregels en technologieën om de efficiëntievoortgang te versnellen vandaag de dag direct beschikbaar en zetten veel overheden belangrijke stappen voorwaarts. Wat we nu hopen te zien, is snellere en sterkere beleidsreacties over de hele wereld”, zegt IEA-topman Fatih Birol in het rapport voorafgaand aan de nieuwe klimaattop in Azerbeidzjan.