De NAVO-landen kunnen beter samenwerken met Japan, Zuid-Korea, Nieuw-Zeeland en Australië om nieuwe technologieën te ontwikkelen en de militaire industrie uit te breiden. Dat heeft NAVO-chef Mark Rutte gezegd aan de vooravond van een tweedaagse bijeenkomst in Brussel met de ministers van Defensie van de 32 NAVO-landen.
De samenwerking van de NAVO met „gelijkgezinde landen” in Azië en rond de Stille Oceaan bestaat al langer. Maar donderdag zijn ze voor het eerst als gast aanwezig op een NAVO-ministersvergadering in Brussel.
Volgens Rutte is nauwere samenwerking nodig om een sterk signaal af te geven aan landen als „China, Iran en Noord-Korea, die de Russische agressieoorlog voeden”.
Op de vergadering van de defensieministers spreken de 32 NAVO-ministers met hun collega’s uit Japan, Zuid-Korea, Nieuw-Zeeland en Australië ook over gezamenlijke steun aan Oekraïne en over hoe om te gaan met desinformatie en cyberaanvallen.
De uitnodiging aan de vier „is niet tegen China gericht of tegen welk ander land in de wereld dan ook”, zei Rutte. „Maar het is duidelijk dat China een bepalende factor is in wat er in Oekraïne gebeurt, omdat het land de sancties tegen Rusland omzeilt met goederen die Rusland ook voor militaire doelen kan gebruiken.”