De extra bezuiniging op ontwikkelingshulp is een van de weinige besluiten in de Miljoenennota waar NSC tegen protesteert. Geen van de andere regeringspartijen liet woensdag tijdens de eerste dag van de Algemene Financiële Beschouwingen (AFB) blijken concrete bezwaren te hebben tegen de begroting die op Prinsjesdag is gepresenteerd.

Dat NSC haar ongenoegen laat blijken over de aanvullende bezuiniging op ontwikkelingshulp heeft alles te maken met de afspraken tussen PVV, VVD, NSC en BBB. In het hoofdlijnenakkoord zijn de partijen een bezuiniging van 2,4 miljard euro op ontwikkelingshulp overeengekomen. In de begroting voor volgend jaar heeft het kabinet, in aanvulling op deze afspraak, een extra bezuiniging ingeboekt.

„Wij hebben onze zegen gegeven voor de Miljoenennota 2025, maar niet voor de jaren daarna” - Tjebbe van Oostenbruggen, Tweede Kamerlid NSC

NSC-Kamerlid Van Oostenbruggen maakte tijdens het debat duidelijk dat dit besluit voor zijn fractie als een volslagen verrassing kwam. „Voor de helderheid: het is niet aan bod gekomen tijdens de augustusbesluitvorming (besluitvorming over de begroting, HK). Het is ook daarbuiten niet besproken met onze fractie”, zei hij.

De extra bezuiniging op ontwikkelingshulp is een technische kwestie, maar daarmee niet minder belangrijk. Het gaat op de lange termijn om miljarden euro’s. In de achterliggende vijftig jaar conformeerden achtereenvolgende kabinetten zich aan de afspraak om het budget voor ontwikkelingshulp mee te laten groeien met de omvang van de economie. Om precies te zijn zou het Nederlandse budget voor ontwikkelingshulp op de lange termijn moeten uitkomen op 0,7 procent van het bruto nationaal inkomen (bni).

„Hulp aan weeskinderen, het slaan van waterputten, het aanpakken van allerlei ziektes in verre landen: dat is wat er gebeurt met geld voor ontwikkelingshulp” - André Flach, Tweede Kamerlid SGP

Het kabinet heeft echter besloten deze ‘koppeling’ tussen de groei van de economie en het budget voor ontwikkelingshulp los te laten. Dat levert een besparing op van 300 tot 400 miljoen euro per jaar. Over de periode 2024 tot en met 2029 gaat het om opgeteld 2 miljard euro.

Zegen

NSC-Kamerlid Van Oostenbruggen sluit niet uit dat hij initiatieven vanuit de Tweede Kamer zal steunen in een poging om deze extra bezuiniging ongedaan te maken. „Wij hebben u onze zegen gegeven voor de Miljoenennota 2025, maar niet om het basispad (budget voor ontwikkelingshulp, HK) voor de jaren daarna op deze wijze aan te passen”, zei hij.

CU-Kamerlid Grinwis meldde zich daarop direct bij de interruptiemicrofoon voor boter bij de vis. Hij riep Van Oostenbruggen op een motie van de ChristenUnie te steunen. Daarin verzoekt de partij de regering om de extra bezuiniging op ontwikkelingshulp terug te draaien. Ook de handtekeningen van de fractievoorzitters van de SGP, D66, CDA, Volt en GL/PvdA staan onder de motie, waar op een later moment over gestemd zal worden.

Van Oostenbruggen laat nog boven de markt hangen of hij het initiatief van de oppositie zal gaan steunen. De NSC’er wil eerst de reactie van minister Heinen (Financiën) afwachten. „NSC is een partij die voor ”afspraak is afspraak” staat. Ergens vinden wij het selectief shoppen in afspraken dan wat ingewikkeld”, besloot Van Oostenbruggen zijn antwoord.

Eerder tijdens het debat kaartte ook SGP-Kamerlid Flach het thema ontwikkelingshulp aan. Hij deed dat in reactie op uitspraken van PVV-Kamerlid Van Dijck, die zijn tevredenheid over de bezuiniging van 2,4 miljard euro op ontwikkelingshulp niet onder stoelen of banken stak.

„Hulp aan weeskinderen, het slaan van waterputten, het aanpakken van allerlei ziektes in verre landen. Dat is wat er gebeurt met geld voor ontwikkelingshulp. Ik hoor de heer Van Dijck net vol trots zeggen dat het de meest historische ombuiging op ontwikkelingshulp is, terwijl dit geld naar heel kwetsbare mensen gaat. Als ik dat dan koppel aan het strengste asielbeleid ooit – houdt de liefde van de PVV voor de kwetsbare medemens dan echt op bij de Nederlandse grens?” vroeg Flach zijn collega.

Donderdag vervolgt de Tweede Kamer de Algemene Financiële Beschouwingen.