Zimbabwe gaat tweehonderd olifanten afmaken door een ongekende droogte die tot voedseltekorten in het land heeft geleid. De maatregel moet het ook mogelijk maken de groeiende populatie van de dieren aan te pakken, zei de Zimbabwaanse Wildlife Authority.
Het jagen op olifanten voor voedsel heeft geleid tot kritiek. Niet alleen om ethische redenen, maar ook omdat de dieren een grote trekpleister voor toeristen zijn. „De overheid moet duurzamere, milieuvriendelijke methoden hebben om met droogte om te gaan,” zei Farai Maguwu, directeur van het Centre for Natural Resource Governance. „Nu loopt ze het risico dat toeristen om ethische redenen niet meer komen. De olifanten zijn levend winstgevender dan dood.”
De olifanten zullen worden bejaagd in gebieden waar ze in aanraking komen met mensen. Een van die gebieden is Hwange, de thuisbasis van het grootste natuurreservaat van Zimbabwe, ZimParks. Dankzij beschermingsinspanningen leven er 65.000 olifanten in Hwange, meer dan vier keer de capaciteit, zei ZimParks-directeur Fulton Mangwanya.
Zimbabwe riep in april de noodtoestand uit om uitzonderlijke droogte. Buurland Namibië zei eerder deze maand dat het al 160 wilde dieren had gedood in een geplande afschot van meer dan 700 dieren, waaronder 83 olifanten, om de ergste droogte in decennia het hoofd te bieden.
Er leven in Zimbabwe naar schatting 100.000 olifanten, na Botswana de grootste olifantenpopulatie ter wereld. Zimbabwe heeft voor het laatst olifanten afgeschoten in 1988.
Volgens schattingen van de VN leeft ongeveer 42 procent van de Zimbabwanen in armoede. De autoriteiten zeggen dat ongeveer 6 miljoen mensen voedselhulp nodig zullen hebben van november tot maart, wanneer voedsel het schaarst is.
