Chris bezoekt evangelist Van Setten in België: „Ik vond mezelf helemaal geen type om evangelist te worden”
Het is 63 kilometer fietsen van Gent naar Bijbelpost De Bron in Merksem. In theorie zou dat in een kleine drie uur te fietsen zijn, en zouden Robert en ik dus op de afgesproken tijd bij evangelist Arie van Setten kunnen zijn. Maar dan moeten er geen obstakels op de route liggen. Die liggen er wel.
Als het bezoek aan de evangelisatiepost in Gent is afgerond, is het zaak dat Robert –een vriend en tijdelijke reisgenoot– en ik zo snel mogelijk de reis naar Antwerpen aanvangen. Om vijf voor halfelf tillen we de fietsen van de drager die achter op Roberts Toyota is bevestigd.
In die auto ligt ook allerlei andere bagage voor de komende dagen en nachten: schone kleding, toiletartikelen, veel voedsel, paperassen, allerlei apparatuur. Die bagage brengt Marwim Schultz –een tijdelijke collega, of: stagiair– van evangelisatiepost naar evangelisatiepost. Het is voor mij namelijk niet te doen om alle spullen op de bagagedrager mee te nemen.
„Het wegdek is ook niet bepaald rustgevend; het is een lappendeken met wat gaten en af en toe een strookje kasseien”
Terwijl ik een polo met RD-logo aantrek, vult Robert de tas die onderweg meegaat met proviand en accu’s. Die zijn nodig voor de camera die op mijn stuur meerijdt om wat audiovisueel bewijsmateriaal te verzamelen.
Om halfelf precies fietsen we weg. De fietsnavigatie op mijn stuur vertelt dat we aan het einde van de straat rechts moeten, in noordelijke richting. Dat doen we. En meteen zitten we in de drukte, met veel zebrapaden en bestelbusjes. Het wegdek is ook niet bepaald rustgevend; het is een lappendeken met wat gaten en af en toe een strookje kasseien.
Met zo’n 23 kilometer per uur trappen we behendig door de drukke stad. Met drukte valt om te gaan; met een haperende fietscomputer niet. Steeds als we te dicht langs een hoog gebouw rijden, valt de gps-verbinding even uit. En voor die eindelijk weer is opgekrabbeld, is mijn geduld op. Dus raadplegen we Google Maps regelmatig.
Buiten het drukke centrum gaat het beter, en mogen we vaak vele kilometers op dezelfde weg blijven. Tot aan de stad Lokeren loopt de route vrijwel parallel aan een kaarsrechte spoorlijn.
We hebben de intensieve bebouwing nog maar net achter ons gelaten als de navigatie ons beveelt een klein grindpad langs het spoor in te slaan. Dat pad gaat langzaam over in een zanderige weg, die even verderop evolueert tot een grasstrook. En die leidt ons naar een recent ingezaaide akker. Een paar bandensporen aan de rand van de akker maken duidelijk dat we niet de eersten zijn die deze route rijden, maar het voelt toch een tikje illegaal. „Misschien mag dit wel in België”, hoor ik mezelf tegen Robert zeggen. „Ja, heel bijzonder”, reageert hij droogjes.
Aan het einde van de akker gaat de route over grind verder, en even later is de ondergrond van asfalt. We zitten nu op een ellenlange fietssnelweg richting Antwerpen.
Transpireren
In Lokeren pauzeren we even. Het vochtgehalte op peil brengen is hard nodig, want we trappen flink door, de zon schijnt en het is iets boven de 20 graden. Transpireren lukt dus wel.
„„De Heere gaf in mijn hart liefde tot het Belgische volk, zonder dat ik dat volk goed kende”” - Arie van Setten, evangelist in Merksem
Met Marwim spreken we telefonisch af ergens in Sint-Niklaas te gaan lunchen. Om halfeen treffen we elkaar. Enigszins vermoeid en verhit nemen Robert en ik plaats in de auto, om daar een stelletje Italiaanse bollen met kipfilet te verschalken.
Na de lunch trappen we in allerijl verder. Het is nog anderhalf uur fietsen naar de post in het Antwerpse stadsdistrict Merksem, en we hadden met evangelist Arie van Setten afgesproken dat we om halftwee bij hem zouden zijn. Dat zal op z’n vroegst een uur later worden, vrees ik. Dus onderweg bel ik even om te laten weten dat onze fietsen wat vertraging hebben.
Omdat de wind meestentijds in onze rug blaast, schieten we toch aardig op. Om tien over twee zijn we in Antwerpen en stuiten we op de Schelde. Volgens de navigatie moeten we die rivier oversteken, maar een brug is nergens te bekennen. Zou hij recent afgebroken zijn? We fietsen bedremmeld langs de waterkant.
Een briljante ingeving doet ons aan een tunnel denken. En ineens snappen we waarom we zojuist mensen een gebouw in zagen fietsen. We volgen hun voorbeeld, en het pand blijkt inderdaad de ingangshal van de bijna antieke Sint-Annatunnel te zijn. Twee oude, steile, houten roltrappen brengen Robert en mij zo’n 32 meter onder de grond.
In de bijna 600 meter lange tunnel is het druk; fietsers en voetgangers passeren elkaar in wisselende tempo’s. Kleine, venijnige hobbeltjes voorkomen dat er met een tweewieler al te veel vaart gemaakt kan worden. Sowieso zorgt deze oversteek voor oponthoud. Een paar minuten over halfdrie fietsen we pas de Jaak de Boeckstraat in, waar Bijbelpost De Bron aan staat. Arie van Setten (61) staat ons bij de ingang op te wachten. „Zet de fietsen maar even binnen, anders is je tocht meteen afgelopen”, zegt de evangelist na een hartelijke begroeting.
„Naast de ingang hangen platen met Bijbelse taferelen. Onder andere een waarop de wijzen uit het oosten zich over een landkaart buigen”
Binnen wachten koffie en Zeeuwse bolussen ons op. „Zeeland is onze achterban”, duidt Van Setten, die ook ouderling in de gereformeerde gemeente van Rilland-Bath is. Over de betrokkenheid van de gemeenten heeft hij niet te klagen. „Natuurlijk, de ene gemeente ligt het evangelisatiewerk meer dan de andere, maar wat betreft financiën en vrijwilligers worden we goed geholpen.”
Deze dinsdagmiddag zijn er twee vrijwilligers actief in de kringloopwinkel die bij de post hoort. Ze komen echter niet uit Zeeland, maar uit Antwerpen. „Aydin en Delphine zijn ook vaste bezoekers van de samenkomsten op zondag”, vertelt Van Setten. „Dat is natuurlijk het mooiste, als het door de mensen zelf wordt geregeld.”
Wie de kringloopwinkel binnenstapt, heeft meteen door dat hij ook een Bijbelpost inloopt. Naast de ingang hangen platen met Bijbelse taferelen. Onder andere een waarop de wijzen uit het oosten zich over een landkaart buigen. In de winkel zelf staat een gedeelte van een grote kast vol met Bijbels in allerlei talen.
„Door de winkel proberen we de drempel zo laag mogelijk te maken”, legt Van Setten uit. En dat lukt. „We krijgen hier allerlei soorten mensen over de vloer. Zijn ze binnen, dan doen we ons best om een praatje te maken, een relatie op te bouwen. Uiteindelijk is alles erop gericht om de mensen in aanraking met de Bijbel te brengen.”
Dat die inspanningen vrucht dragen, blijkt uit het feit dat er iedere zondag zo’n dertig vaste bezoekers komen. „En we hebben momenteel ook drie belijdeniscatechisanten. Die zijn dankzij het werk op de post betrokken geraakt op Gods Woord.”
Politie
Voordat Van Setten als evangelist in Merksem kwam, werkte hij ruim vijftien jaar bij de politie. Vervolgens ging hij aan de slag bij de economische controledienst, de opsporingsdienst van het ministerie van Binnenlandse Zaken. Hij was er onder andere opleidingsmanager. „Daarvoor haalde ik mijn didactisch aantekening en managementpapieren. Toen zat m’n rugzakje vol en zei de Heere dat ik evangelist moest worden.”
Dat hij niet altijd boeven zou vangen, dat voelde Van Setten al aan. „Ik wist: dit is het uiteindelijk niet. Maar wat dan wel? Ik vond mezelf helemaal geen type om evangelist te worden.”
Toch roept de Heere hem, met deze woorden uit 2 Timotheüs 4: „Doe het werk van een evangelist; maak dat men van uw dienst ten volle verzekerd zij.”
Op 1 september 2003 wordt de toenmalige inwoner van Zwijndrecht benoemd als evangelist. Er zijn bij zijn aanstelling twee posten van de Gereformeerde Gemeenten vacant: die in Alkmaar en die in Merksem. Met zijn vrouw bezoekt Van Setten beide posten. „Toen we in Merksem kwamen, wist ik direct: hier moet ik zijn. De Heere gaf in mijn hart liefde tot het Belgische volk, zonder dat ik dat volk goed kende.”
In de afgelopen twintig jaar beleefde de evangelist vreugdevolle momenten: „Vooral als je aan het leven van iemand die niet kerkelijk is opgegroeid ziet dat het Woord kracht doet.”
Maar er waren ook veel verdrietige gebeurtenissen: „Schrijnend was bijvoorbeeld dat iemand die hier al jarenlang kwam en zelfs tijdens de samenkomsten uit de Bijbel voorlas, ineens met alles brak. Ook familieleden leverden hun Bijbels in. Als je nu op sociale media ziet hoe ze leven… Dat raakt me. Teleurstellingen horen erbij, maar toch geeft het verdriet, omdat je weet: het kan niet zo, die mensen hebben nog steeds een ziel voor de eeuwigheid.”
Stromende regen
De ervaren Van Setten heeft veel te vertellen (waarvan in de video meer te beluisteren is) en geeft een uitgebreide rondleiding. Maar de klok weet ook van geen ophouden. Dus maak ik me rond vier uur haastig klaar om verder te fietsen, richting Tilburg. Door de stromende regen.