BuitenlandBuitenlandse zaken

Spoken zien ze, al die wolvenhaters

Leden van inheemse volken in Afrika vertelden mij dat ze geregeld geesten zien. „Daar zijn wij Nederlanders te nuchter voor”, was dan steevast mijn reactie.

17 June 2024 17:11
Het beeld van een huilende wolf. beeld pichost.me
Het beeld van een huilende wolf. beeld pichost.me

Maar sinds ik in Nederland over wolven hoor praten, betwijfel ik of Nederlanders wel zo redelijk zijn. Niet zo lang geleden kruiste een wolf mijn pad. Het eerste wat opviel was zijn schuwheid. Ik zag hem denken: wegwezen! Toch is de publieke opinie deze: de wolf is voor mensen gevaarlijk. Dat de meeste van deze ‘deskundigen’ nog nooit een wolf tegenkwamen, doet er kennelijk niet toe.  Ik vind: ze zien spoken.

„De mens is een wolf voor zijn medemens”

Wat is hier aan de hand? Zomaar een citaat van de Amerikaanse filosoof James Smith (uit: “How (not) to be secular: reading Charles Taylor”). „We live in the twilight of both gods and idols. But their ghosts have refused to depart”. Vrij vertaald: De geesten laten ons westerlingen niet met rust.  „Haunting Immanence” speelt ons parten, aldus Smith: Het spookt nog steeds binnen ons gesloten wereldbeeld.

Als het om die wolven gaat, stel ik liever de leugen van het liberale mensbeeld aan de kaak. Omdat dit uitgaat van de autonome, redelijke, vrije mens. Dus al lees je geen boek of krant, doe je niets liever dan feesten en zuipen, je wordt geacht een autonoom, redelijk en wijs mens te zijn. En om die reden moet je vooral vinden wat je vindt, voelt, kiest en stemt.

Het was de 17e-eeuwse filosoof John Locke, een van de grondleggers van het liberale denken, die mijn ogen hiervoor opende. Uitgangspunt voor zijn politieke ideeën is (is!) de natuurstaat van de mens als een vrij, welwillend en redelijk wezen. Je hoeft geen christen te zijn om dit als naïef optimistisch te bekritiseren. Zo was Lockes tijd- en vakgenoot Thomas Hobbes bepaald geen christen. Toch schetst hij in zijn ”Leviathan” een somber beeld van die natuurstaat: „Homo homini lupus est”, de mens is (ook hier: ís) een wolf voor zijn medemens. Een andere typering: „Warre of every man against every man.” Kauw even op dat gitzwarte warre (war, oorlog). Het schijnt een populaire jongensnaam in Duitsland te zijn, bij Hobbes is het een latente staat van haat, angst en vrees die een samenleving te gronde richt als er niet wordt ingegrepen.

Ik vind bij veel Nederlanders en andere Europeanen iets terug van de mens zoals Hobbes die tekent. Wantrouwen en verdachtmakingen alom, gemeenschapszin is tanende. Wat ik vooral ernstig vind is dat deze Hobbesiaanse grimmigheid  goedkeuring én energie krijgt uit de leugen van het optimistische Lockeaanse zelfbeeld. Twee typen natuurstaat tot één gifmengsel vermengd en dat het Europese brein verziekt. Dat kan niet goed aflopen. De uitslag van de EP-verkiezingen bevestigde mijn vrees. Want die ademde, nee die brieste: warre.

rd.nl/buza

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer