Het aantal cruiseschepen dat de Nederlandse havens binnenvaart neemt jaarlijks toe. Vooral Rotterdam is een populaire pleisterplaats. Maar er zijn bezwaren, vooral vanwege de uitstoot van de vakantievaartuigen.
Het zijn net drijvende flatgebouwen. Cruiseschepen weten Nederland, en vooral Rotterdam, steeds vaker te vinden. In 2023 waren er 115 zogenaamde ”cruise calls”, aanmerende cruiseschepen, in de havenstad. De kolossale plezierschepen –met hun nu nog zwarte rook uitbrakende schoorstenen– zijn voor de één een lucratieve zaak en voor de ander een doorn in het oog. Dat laatste is vooral bij Bauke Visser het geval. Hij is hoogleraar economie aan de Erasmus Universiteit Rotterdam en eigenaar van de kritische website over de cruisevaart havenstad.org.
Cruisemaatschappijen stappen mondjesmaat over op een duurzamer alternatief voor de zware fossiele brandstof waar de schepen op varen, stelt Visser. Maar veel mogelijkheden zijn er niet. „Er zijn twee manieren om ervoor te zorgen dat de uitstoot van de schepen lager wordt: of je gaat op veel schonere brandstof varen, of je blijft varen op de minder dure zware stookolie en zet een filter op het schip.”
De meeste cruiseschepen varen op zware stookolie. Dat is een dikke, stroperige, zwarte vloeistof, en is veel goedkoper dan bijvoorbeeld diesel. Bij de verbranding van zware stookolie komt koolstofdioxide, stikstofoxide en zwaveloxide vrij. Deze stoffen zijn schadelijk voor het milieu. En daarmee zijn de schepen een doorn in het oog van milieuorganisaties.
„Eén cruiseschip stoot in een jaar evenveel methaan uit als tienduizend koeien” - Koepelorganisatie Transport & Environment
Volgens hoogleraar Visser kiezen de meeste rederijen ervoor om een filter in het schip te bouwen. Dat filter, ook wel een scrubber genoemd, verlaagt de hoeveelheid zwavel in de uitstoot. „Dan hebben de cruisemaatschappijen één keer een investering, in plaats van de constante hogere prijs van duurzamere brandstof.”
Koeien
Sommige rederijen stappen over op LNG (vloeibaar aardgas). Maar volgens Transport & Environment (T&E), een Europese koepelorganisatie die zich richt op het verduurzamen van transport en vervoer, is deze brandstof niet de oplossing voor vervuilende cruiseschepen. „LNG is verre van groen”, stelt de organisatie. „Zoals elke fossiele brandstof stoot ook deze bij verbranding CO2 uit. En schepen die op LNG varen, stoten ook rechtstreeks methaangas uit. Eén cruiseschip stoot in een jaar evenveel methaan uit als 10.500 koeien.”
Als het alleen gaat om luchtvervuiling is LNG volgens T&E wel beter dan zware stookolie. Maar vanwege de hoge methaanuitstoot is het vloeibare gas minstens zo schadelijk voor het klimaat als de traditionele brandstof voor cruiseschepen. Methaan is een broeikasgas en draagt bij aan de opwarming van de aarde. De organisatie zegt dat varen op groene waterstof de meest duurzame vorm van cruisevaren zou zijn.
Rotterdam
Een andere optie om duurzaamheid bij cruiseschepen te bevorderen is walstroom. Hierbij worden schepen die in de haven liggen aan een stroomnet op het vasteland verbonden. De motoren hoeven dan niet stationair te blijven draaien om de voorzieningen op het schip actief te houden.
De gemeente Rotterdam zegt vanaf eind 2024 een walstroominstallatie in gebruik te kunnen nemen. In het centrum van Rotterdam, vlak bij de Erasmusbrug, is een cruisehaven, de Wilhelminapier. Wekelijks meren hier cruiseschepen aan, of varen uit. De gemeente wil met walstroom de stank- en geluidsoverlast die de schepen veroorzaken, wegnemen.
Walstroom is de enige vorm van verduurzaming die Rotterdam realiseert, zegt woordvoerder Leon Stooker van de gemeente. „Maar het is een groot project en we zijn er heel trots op”, vertelt hij. Volgens de gemeente hangt vergroening van alle zeeschepen af van het internationale speelveld. „De complexiteit om dit goed in internationaal verband te organiseren speelt overigens niet alleen voor de cruise-, maar ook voor de containervaart en de andere zeeschepen.”
Opbrengsten
Rotterdam wil de cruisevaart niet kwijt uit de stad. Volgens de gemeente levert deze vorm van toerisme de stad veel op. De woordvoerder geeft aan „dat het voor de financiën van de stad van belang is dat er minimaal meer dan honderd cruiseschepen per jaar aanmeren”. Er zijn wel economische voordelen, zegt hij. „Onderzoeksbureau Ginder schatte eerder in opdracht van de gemeente Rotterdam dat het bestedingseffect in de regio Rotterdam voor een bezoek van een gemiddeld cruiseschip van 3000 passagiers in totaal tussen de 780.000 euro en de 860.000 euro bedraagt.”
Volgens de gemeente leveren passagiers die de stad bezoeken genoeg geld op om de cruisevaart rendabel te houden. Bovendien zouden scheepswerven in de omgeving meeprofiteren. „Wij zien als gemeente Rotterdam dus toegevoegde waarde in de stijging van het aantal aanmerende cruises voor de stad”, zegt woordvoerder Stooker.
„Het gaat om het schip, de rest is decor” - Bauke Visser, hoogleraar economie
Maar daar kijkt hoogleraar economie Visser anders tegenaan. „Als je de bruto-omzet van onderzoeksbureau Ginder neemt, dan blijft er 60.000 euro nettowinst over. Daar moet de milieuschade dan nog van af en alle investeringen die gedaan zijn. Uiteindelijk kom je zo in de min uit. Dat blijkt uit eigen onderzoek en berekeningen”, zegt hij.
Volgens de hoogleraar is bovendien de omzet aan boord belangrijk voor cruiseschepen, niet de uitgaven in de stad waar aangemeerd wordt. „Ze willen de mensen verleiden om in een Japans of Italiaans restaurant aan boord te gaan eten of mee te gaan met een excursie aan land die door het schip is georganiseerd. Daar maken ze winst op. Het laatste wat ze willen is dat de mensen hun geld uitgeven op de wal. Het gaat om het schip, de rest is decor”, stelt hij.