De Russen rukken op. Oekraïne verliest terrein. De vooruitzichten aan het front zijn niet rooskleurig. Een grootschalig Russisch offensief dreigt.
Het beeld van de oorlog in Oekraïne is al wekenlang ongeveer hetzelfde. Over de gehele linie maken Russische eenheden kleine vorderingen. Ten koste van zeer zware verliezen. De terreinwinst beperkt zich tot honderd meter, soms een paar honderd meter. De Russen vorderen. Langzaam, maar gestaag.
Het tij is gekeerd. Rusland is in het offensief, Oekraïne in het defensief. „De Russen weten het initiatief naar zich toe te trekken”, analyseert brigadegeneraal Han Bouwmeester, hoogleraar militair-operationele wetenschappen van de Nederlandse Defensieacademie (NLDA).
De Russische vorderingen zijn zichtbaar langs het hele front, constateert ook luitenant-kolonel b.d. Patrick Bolder van het Haagse Centrum voor Strategische Studies (HCSS). „Van Kreminna in het noordoosten tot Vuhledar in het zuidoosten.” Toch lukt het de Russen vooralsnog niet om een doorbraak aan het front te forceren. Oekraïne bouwt sterke verdedigingslinies met tankgrachten, mijnenvelden en loopgraven.
De tijd dat Oekraïne de ontwikkelingen op het slagveld dicteerde, is voorbij. Het tegenoffensief van het Oekraïense leger van afgelopen zomer is vastgelopen op de sterke, driedubbele verdedigingslinies van de Russen. De missie van Kyiv om de verbinding via land (de zogeheten landbrug) tussen Rusland en de Krim te doorbreken, is niet gelukt.
Ernstige tekorten
Oekraïne lijdt steeds ernstiger onder tekorten aan manschappen, munitie en materieel. „Veel toegezegd materieel uit het Westen is nog altijd niet aangekomen in Oekraïne”, constateren defensiespecialisten Bolder en Bouwmeester.
De munitietekorten aan het front worden steeds nijpender. Oekraïense eenheden beschikken nog maar over beperkte hoeveelheden 152 en 155 millimetergranaten voor het uitschakelen van Russische doelen op 30 tot 40 kilometer afstand. „De verhouding Oekraïense en Russische granaten is 1 : 5 of 1 : 10”, zegt Bolder. Door de tekorten kan Oekraïne de Russen steeds minder onder vuur nemen.
„De Russen nemen door de verzwakte Oekraïense luchtafweer meer risico in de lucht” - Han Bouwmeester, brigadegeneraal
Extra complicatie daarbij is dat het Russische leger met steeds kleinere eenheden opereert aan het front – te klein voor Oekraïne om z’n schaarse granaten aan te verspillen. De logge, starre Russische strijdkrachten blijken zich aan te kunnen passen aan de omstandigheden aan het front.
De Russen boeken echter ook terreinwinst dankzij een strategische terugtrekking van hun tegenstander. De Oekraïense legerleiding kiest ervoor niet elke loopgraaf of elke bossage op het slagveld te verdedigen ten koste van schaarse manschappen en middelen. Oekraïne neemt daarbij enige Russische vooruitgang voor lief.
Glijbommen
Grote impact op de ontwikkelingen op het slagveld hebben zware Russische FAB 1500-bommen. Voorheen wierpen de Russen deze stokoude, ‘domme’ glij- of zweefbommen af met jachtvliegtuigen in de hoop dat ze ergens een doel zouden raken. De Russische luchtmacht bouwt deze bommen met gps en uitklapbare vleugeltjes om tot ‘slimme’ bommen die hun doel vanaf grote hoogte op 70 kilometer afstand nauwkeurig kunnen raken. Eenvoudig, goedkoop en effectief.
De Oekraïense luchtafweer is niet in staat deze compacte, slecht zichtbare, geluidloze bommen te traceren en uit de lucht te schieten. Luchtverdediging gericht op het detecteren van motoren via infrarooddetectie werkt niet, omdat glijbommen niet over motoren beschikken.
Bovendien kampt Oekraïne met grote tekorten aan luchtafweersystemen om het immense land te verdedigen tegen het uiteenlopende scala aan Russische drones, glijbommen en kruisraketten. De Oekraïense gas-, water- en lichtbedrijven lijden zwaar onder de gerichte aanvallen van de Russen.
Niet alleen op de grond, maar ook in de lucht keert het tij. „Rusland heeft geleidelijk aan luchtoverwicht weten te creëren”, zegt Bolder. „De Russen nemen door de verzwakte Oekraïense luchtafweer meer risico in de lucht”, stelt Bouwmeester. Niet zonder reden smeekt Volodymyr Zelensky het Westen om extra luchtafweer. Oekraïne verliest de oorlog als de VS een militair steunpakket van 60 miljard niet verstrekt, zei de Oekraïense president zondag nog.
Lichtpuntje
Ondanks de sombere situatie op de grond en in de lucht, ziet defensiedeskundige Bolder lichtpuntjes op zee. Oekraïne heeft de afgelopen maanden successen geboekt door verschillende Russische oorlogsschepen tot zinken te brengen. „Op de Zwarte Zee heeft Oekraïne de overhand en verdrijft het de Russische vloot. De Oekraïners kunnen daardoor weer graan exporteren via een route vlak onder de kust van Roemenië en Bulgarije, twee NAVO-landen. Voor Rusland is het daardoor te risicovol de vrachtschepen aan te vallen.”
Een andere opsteker voor Oekraïne zijn de succesvolle droneaanvallen op militaire vliegvelden en de energiesector in Rusland. Met enige regelmaat weet het leger olieraffinaderijen en olieopslagplaatsen in brand te schieten. Vaak diep in Rusland, op vele honderden kilometers van de grens met Oekraïne. Door de aanhoudende aanvallen op de olie-industrie is Moskou gedwongen olie en gas te importeren uit Kazachstan.
Nieuwe fase
De recente ontwikkelingen te land, ter zee en in de lucht zijn slechts een voorbode van een nieuwe fase in de oorlog. Rusland bereidt zich voor op een grootschalig offensief. Mogelijk aan het eind van het voorjaar of het begin van de zomer, vermoeden Bolder en Bouwmeester. „Kyiv maakt zich grote zorgen. Generaal Oleksandr Syrsky moet zijn troepen hergroeperen en de verdediging aan het front ijlings versterken”, legt generaal Bouwmeester uit.
Op welke plek de Russen hun offensief starten, durven de twee defensie-experts niet te zeggen. Charkiv in het noordoosten en Cherson in het zuidoosten lijken grote kans te maken. Het Russische leger neemt de afgelopen weken Charkiv zwaar onder vuur en trekt daar grote troepenconcentraties samen. Toch wil dat niet zeggen dat juist daar het offensief ook plaatsvindt. Misleiding van de vijand is nu eenmaal een belangrijk instrument in een oorlog.
Bolder en Bouwmeester zijn ervan overtuigd dat Rusland zich met het offensief richt op het veroveren van de provincies Loehansk en Donetsk in het oosten en Zaporizja en Cherson in het zuiden. „Moskou heeft namelijk nog geen van de vier oblasten helemaal in bezit.”
Niet vlekkeloos
Om de strijd vol te houden moeten verschillende westerse initiatieven Oekraïne aan meer wapens en munitie helpen. Vlekkeloos verloopt dat echter niet. „Het is een handjevol dit en een handjevol dat”, zegt Bouwmeester. Tsjechië heeft bijvoorbeeld 1 miljoen granaten toegezegd; mogelijk voor 2 miljard euro aangekocht in Marokko, Pakistan of Zuid-Afrika. De eerste levering zou volgens berichten deze maand kunnen arriveren. „Ik heb nog niet gehoord dat ze er al zijn”, zegt Bolder.
De Ramsteingroep, een cluster van ruim vijftig landen dat Oekraïne steunt, werkt onder leiding van het VK en Letland aan de levering van 1 miljoen drones. De onbemande toestellen moeten binnen een jaar beschikbaar zijn. „Oekraïne kan daarmee hoofdkwartieren, munitiedepots en logistieke centra diep achter de vijandelijke linies uitschakelen”, legt Bouwmeester uit.
„Oekraïne moet oppassen niet z’n eigen jachtvliegtuigen uit de lucht te schieten” - Patrick Bolder, luitenant-kolonel b.d.
Verder zit Oekraïne nog altijd met smart te wachten op F-16’s van bondgenoten. De opleidingen van gevechtspiloten zijn in volle gang. „Oekraïne kan de F-16’s nog niet inzetten als aanvalswapen, maar moet ze gebruiken om gaten in de luchtverdediging te dichten”, zegt Bouwmeester. Een probleem is de inzet van de jachtvliegtuigen in combinatie met westerse luchtafweersystemen als de Patriot, legt Bolder uit. „Daarbij moeten ze oppassen dat de luchtverdediging geen eigen jachtvliegtuigen neerhaalt.”
Niet kansloos
De vooruitzichten voor Oekraïne zijn somber. De tekorten aan mensen, materieel en munitie hebben een negatieve invloed op het moreel van militairen, zegt Bolder. Toch is Oekraïne „niet kansloos”, denkt Bouwmeester, die benadrukt dat munitietekorten snel opgelost moeten worden.
Gevechtskracht bestaat uit drie componenten, legt de hoogleraar militair-operationele wetenschappen uit. Een leger moet beschikken over voldoende middelen, goede strategische plannen en gemotiveerde manschappen. „De morele component van de militairen is erg belangrijk, die moeten we niet onderschatten. Oekraïne is daarbij in het voordeel ten opzichte van Rusland. Voor Oekraïners staat er echt iets op het spel.”