BinnenlandChristenen voor Israël

„Christen moet anders zijn in kritiek op Israël”

Ophef over het uitnodigen van een Israëlische influencer, kritiek op steun aan Joodse kolonisten, negatieve publiciteit. Stichting Christenen voor Israël (CvI) ligt dezer dagen onder vuur, maar uitte zelf ook flinke kritiek op Nederlandse media – inclusief de christelijke. „Ook nieuwsgaring moet je doen vanuit het goede zoeken voor Israël.”

Richard Donk en Johannes Visscher
16 March 2024 10:18Gewijzigd op 18 March 2024 15:02
Israëlische vrouwen rouwen bij een gedenkplaats in het zuiden van Israël voor de slachtoffers van de aanslagen van 7 oktober. beeld AFP, Michael Blum
Israëlische vrouwen rouwen bij een gedenkplaats in het zuiden van Israël voor de slachtoffers van de aanslagen van 7 oktober. beeld AFP, Michael Blum

Het stapelde zich op, vatten Frank van Oordt, directeur van Christenen voor Israël, en Sara van Oordt, hoofd communicatie –geen echtelieden–, de commotie van de afgelopen weken kort samen in hun kantoor in Nijkerk. De ophef spitste zich vooral toe op de uitnodiging van Hananya Naftali. De Israëlische influencer en voormalig adviseur van premier Benjamin Netanyahu staat bekend om zijn stevige uitspraken over Palestijnen. In diverse media werden de omstreden opvattingen van Naftali beschreven, waaronder in het Reformatorisch Dagblad. Het leidde tot een aantal afzeggingen van instanties, die hem bij nader inzien geen podium wilden bieden. CvI reageerde geprikkeld.

Jullie kritiek spitste zich onder andere toe op een omstreden tweet, die aan Naftali werd toegeschreven, maar volgens hem door Iran is gefabriceerd. De media kunnen niet bewijzen dat Naftali die plaatste, maar kan hij hard maken dat Teheran erachter zit?

Sara laat foto’s op haar telefoon zien, waaruit volgens Naftali blijkt dat de gewraakte opname –een foto van vermoorde Palestijnse baby’s, met als onderschrift ”De wereld zou ons moeten bedanken voor het vernietigen van deze kleine tijdbommen”, is gemanipuleerd. „Zijn reactie is dat hij deze tweet nooit heeft geplaatst, maar iemand in Iran dit heeft gepost en op diverse louche websites heeft verspreid. Maar ja, bewijs dat maar eens. Zo’n valse tweet gaat vervolgens een eigen leven leiden. De bewijslast ligt niet bij hem, maar bij de journalistiek die aan waarheidsvinding moet doen.”

Op een niet-verwijderde post op het X-account van Naftali is te zien is hoe twee mensen vanuit de lucht gedood worden. „Het Israëlische leger stuurt twee Hamasstrijders naar hun 72 maagden. Bye bye”, luidt het bijschrift. Hoe kijken jullie daar tegenaan?

Sara: „Dat is inderdaad een nogal cynisch grapje. Maar het is wel de jihadistische werkelijkheid waarin deze terroristen geloven.”

Frank: „Door alle artikelen ontstaat de indruk dat Naftali een extreem iemand is. Hij is een goede verdediger van Israël. Dat doet hij niet altijd met woorden die ik zou gebruiken. De avonden die wij organiseren zijn discussieavonden, waarop mensen kritische vragen kunnen stellen. Dus het is niet zo dat we hem maar laten praten.”

U stelt dat velen zich keren tegen Israël. Klopt dat? De belangrijkste politicus van dit moment, Wilders, staat bijvoorbeeld vierkant achter Israël.

20191497.JPG
Sara van Oordt. beeld Family7

Sara: „In een land als Nederland is onder een flink deel van de bevolking nog redelijke steun voor Israël. Maar in VN-verband ligt Israël voortdurend onder vuur.” Frank: „Binnen een week na het bloedbad op 7 oktober waren er demonstraties tegen Israël. Dat werden er steeds meer. Denk ook aan het trieste gebeuren bij de opening van het Holocaustmuseum zondag in Amsterdam. Hoe die duizenden mensen schreeuwden, was bedreigend. Ik denk ook aan de foto waarop een Holocaustoverlevende met zijn achterkleinkind langs die schreeuwende demonstranten loopt. Dat zijn beelden die me doen denken aan de periode in de geschiedenis waar het Holocaustmuseum juist aandacht aan besteedt. Het antisemitisme is de afgelopen maanden enorm gegroeid. Dat is onwerkelijk en zorgwekkend. De geest is uit de fles. Zie die er maar weer in te krijgen.”

U opende ook de aanval op christelijke media. Waarom?

Frank: „Ik noem het liever verdedigen tegen onwaarheden die gepubliceerd zijn. Ik zie het niet als een aanval. De relaties met christelijke media zijn ons te dierbaar.”

Jullie reactie riep een beetje de sfeer op dat christelijke media ook niet meer deugen als het om berichtgeving over Israël gaat.

Frank: „Ik snap dat media een andere rol hebben dan individuele christenen. Ik denk dat je als christen geroepen bent om Israël te zegenen en te beseffen dat Israël nog steeds een bijzondere plaats bij God heeft. Het dilemma van christelijke media snap ik heel goed, want je moet ook gewoon aan feitelijke nieuwsgaring doen. Maar ik vind dat je dan toch het goede moet zoeken voor Israël.”

Is er vanuit die christelijke houding ook ruimte voor kritiek, of op zijn minst nuance?

Sara: „Natuurlijk mag je kritiek hebben. Dat gebeurt in Israël zelf ook. En op een nogal stevige manier. Maar het gaat mis als het bestaansrecht van Israël ter discussie wordt gesteld of ontkend. Daar moet je als christen anders in zijn.”

Welke kritiek mag je hebben?

Frank: „Ik heb zelf bijvoorbeeld moeite met de felle manier waarop Israëliërs soms met elkaar omgaan en hoe het er in de Knesset aan toegaat. Dat vind ik niet grappig meer en ik zou me daarvoor schamen als ik Israëliër was. Dat ze zo fel zijn op elkaar, zag ik vooral in de periode voor de oorlog. Toen het land zo verdeeld was over haar politiek leiderschap.”

Inmiddels zijn er volgens Hamas zo’n 30.000 Gazanen omgekomen door militair ingrijpen van Israël. Kunt u zich voorstellen dat ook christenen redeneren: de balans is zoek, is dit rechtvaardig?

Sara: „Dat zijn heel relevante vragen.”

Frank: „En ze mogen ook gesteld worden. Elk kind dat sterft is verschrikkelijk. Elke dode is erg. Relatief kan het aantal burgerslachtoffers in Gaza nog meevallen, vergeleken met bijvoorbeeld het Amerikaanse optreden tegen IS.”

Is de balans zoek?

20191498.JPG
Frank van Oordt. beeld CvI

Frank: „Dat is een zorg die ik de hele tijd heb. Maar ik vind niet dat Israël te ver gaat. Als Israël nu stopt, gaat Hamas door. Dan wil Hamas 7 oktober herhalen. De terreurorganisatie moet definitief uitgeschakeld worden. Ik ben wel blij met berichten dat Israël in bijvoorbeeld Rafah heel gericht de Hamasleiders wil uitschakelen.”
Sara: „Wat ik disproportioneel vind, is dat Israëlische gijzelaars na vijf maanden nog steeds vast zitten. Laat die mensen los. Voor één Israëlische gijzelaar zouden tientallen Palestijnse gevangenen moeten worden vrijgelaten. Dat is pas buiten proportie.”

In een paar maanden tijd zouden nog nooit zo veel kinderen zijn omgekomen als in Gaza, kwam onlangs in het nieuws.

Frank: „Ik heb dat ook gelezen. Het is moeilijk om de feiten vast te stellen. Hoeveel kindsoldaten zijn daarbij geweest? Bekend is dat Hamas veel kindsoldaten inzet.”
Sara: „Los daarvan, is het vreselijk dat die kinderen omkomen. Het is niet zo dat Israël daar voor z’n lol mensen uitmoordt. Als Hamas zich verschuilt onder scholen en moskeeën en zelfs onder gebouwen van de VN hun wapendepots verbergt, gaat Israël die militaire faciliteiten bombarderen. Als mensen dan vervolgens Israël de schuld geven van het grote aantal burgerslachtoffers, denk ik: sorry hoor, dit is de omgekeerde wereld.”

NRC Handelsblad stelde pas vast dat ongeveer 35 procent van de gebouwen in Gaza is beschadigd. Gaat Israël dan niet te ver?

Frank: „Laten we er vanuit gaan dat dat cijfer klopt. Ik stel vast dat Israël vaak helpt om gebombardeerde gebieden weer op te bouwen. Wat me ook raakt: vanuit verwoest gebied ziet Hamas nog steeds kans om raketten op Israël af te vuren.”

Sara: „Gaza meet zo’n 50 bij 6 kilometer. In dat dichtbevolkte gebied heeft het Israëlische leger honderden kilometers aan tunnels ontdekt. Die tunnels wil Israël vernietigen.”
Frank: „Daar heeft Hamas miljarden in gestoken. Als de Palestijnen in Gaza het gedoneerde geld hadden besteed aan de opbouw van hun economie, was Gaza nu bij wijze van spreken het Singapore van het Midden-Oosten geweest.”
Sara: „Een heel cynisch moment, kort na 7 oktober, vond ik een uitspraak van een Hamasleider. Die zei: „Wij zijn helemaal niet verantwoordelijk voor scholenbouw. Daar zorgen de VN voor”. Hamas voelt zich niet verantwoordelijk voor de eigen bevolking. Ze voeren de jihad. Al twintig jaar.”

De redenering is nogal eens dat Israël met zijn offensief alleen maar meer haat kweekt onder Palestijnen en de volgende generatie terroristen opleidt, vanaf de wieg.

Sara: „Ik vind dat eerlijk gezegd onzin. Palestijnse kinderen worden vooral op scholen geïndoctrineerd. Ze leren dat Joden apen en varkens zijn. Het ultieme doel voor de kinderen is, zo krijgen ze te horen, het ontvangen van 72 maagden in het hiernamaals. Die jarenlange indoctrinatie zorgt voor radicalisering.”

Behalve op Gaza, is de aandacht ook op de Westelijke Jordaanoever –of Judea en Samaria– gericht. Er is kritiek op het feit dat jullie Joodse kolonisten daar steunen.

Frank: „Judea en Samaria is natuurlijk de Bijbelse naam. De Westelijke Jordaanoever is de naam die Jordanië eraan heeft gegeven. Maar als je in Hebron bent, dan heeft die plaats niet zoveel met de westelijke oever van de rivier de Jordaan te maken, want de stad ligt midden in het bergland van Judea.

In het gebied hebben altijd Joden geleefd. En los daarvan is het voor ons het Bijbelse hartland. Daar hebben Abraham, Izak en Jakob gewoond. Daar hebben de tabernakel en de tempel gestaan.

In 1967 is het terug in Israëlische handen gekomen. Jordanië wil het niet meer hebben. Dus ja, Judea en Samaria worden door de internationale gemeenschap gezien als bezet gebied, maar aan wie zouden ze het terug moeten geven? Dat is de discussie en daarom spreken wij over betwist gebied. Wij steunen Joden die in het gebied wonen dat in de Oslo Akkoorden onder Israëlisch beheer staat.”

Rabbijn Lody van de Kamp haalde onlangs nogal uit naar jullie. CvI voedt het conflict door er een religieuze dimensie aan te geven; dat is levensgevaarlijk, zei hij. Wat vindt u daarvan?

Sara: „Van de Kamp mag zelf weten wat hij van iets vindt. Daar moeten wij niet op reageren, denk ik. Voor heel veel Joden in Judea en Samaria zijn die Bijbelse argumenten juist de motivatie om daar te gaan wonen. Omdat ze het land van de Heere God hebben gekregen.”

Dan blijft de vraag of het gevaarlijk is om het conflict in religieus perspectief te plaatsen.

Frank: „Ik denk dat je ergens anders moet beginnen. Voor ons is het een Bijbels gegeven dat God Zijn volk naar het land terugbrengt. Daarmee sluit je een politieke discussie uit. Maar je kunt ook veilig stellen dat er volgens het internationaal recht discussie over de status van Judea en Samaria is. En daarom noemen wij het betwiste gebieden.”

Maar juridische en Bijbelse argumenten sluiten elkaar dan toch uit?

Frank: „Die discussie moet je dus niet tegelijk voeren. Enerzijds is er de plaats van Judea en Samaria in onze Bijbelse visie. Aan de andere kant mag Israël volgens het internationaal recht bepaalde dingen wel en niet doen en moet het zich aan de regels houden.”

Als je met een religieuze blik naar het conflict kijkt, betekent dat dan ook dat de oplossing op het religieuze vlak ligt?

Frank: „Een mooie vraag, met een niet zo makkelijk antwoord. Als christen denk ik dat het altijd op bekering aankomt. Die begint bij onszelf. Je moet van de haat bekeerd worden, wil je die niet meer hebben. Dat geldt voor extremisten van Hamas, maar ook voor Joden die Arabieren het licht in de ogen niet gunnen. Er moet verzoening plaatsvinden. Als je het politiek en juridisch beziet, snap ik de wanhoop die de wereld heeft. Daarom bid ik dagelijks of de Heere God vrede zal brengen. Als christenen zeggen we dat het niet zal kunnen gebeuren zonder de Vredevorst. Daarom hebben we ook veel hoop.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer