BuitenlandOorlog Israël
Steun aan Israël voor jonge evangelical VS niet meer vanzelfsprekend

Dat de evangelicals in de Verenigde Staten nog steeds de ruggengraat vormen van de Amerikaanse steun aan Israël staat buiten kijf. Maar binnen evangelicale kringen is er wel sprake van een verschuiving. Met name onder evangelicale jongeren is de steun voor Israël niet meer vanzelfsprekend.

Het Israëlische Iron Domesysteem haalt raketten uit Gaza neer. beeld AFP, Mahmud Hams
Het Israëlische Iron Domesysteem haalt raketten uit Gaza neer. beeld AFP, Mahmud Hams

De voormalige ambassadeur van Israël in de Verenigde Staten, Ron Dreher, raadde begin dit jaar zijn regering aan zich minder druk te maken over de mening van de Amerikaanse joden en zich meer te concentreren op orthodoxe christenen. „Joden zijn kritischer over ons dan evangelicale christenen.” David Friedman, die namens de regering-Trump ambassadeur was in Jeruzalem, stemde daarmee in. „Evangelische christenen steunen Israël veel hartstochtelijker dan de Joodse gemeenschap in Amerika.”

Trouw aan het Joodse volk is voor de meeste Amerikaanse evangelicals ook nu geen punt van discussie. Dat blijkt onder andere uit recent onderzoek van LifeWay Research. Dat wijst uit dat 73 procent van de evangelicals in de VS vierkant achter Israël staat.

Afgelopen zondag zei de predikant Jared Wellman tijdens een dienst in de Tate Spings Baptist Church in Arlington (Texas): „Neutraliteit is geen optie.” Hij duidde de recente aanval van Hamas als de zoveelste poging in de geschiedenis om het Joodse volk van de kaart te vegen. „De vijandschap jegens de kinderen van Abraham was voor het eerst zichtbaar in Egypte, later deed Haman een poging om het volk te vernietigen, onder de Romeinen waren de Joden niet veilig en we weten wat de nazi’s deden. De terreuraanslag van Hamas is het nieuwe hoofdstuk in deze satanische pogingen om het volk te verdelgen.”

Vorige week tekenden meer dan negentig kerkelijke voormannen, voor een groot deel behorend tot de Zuidelijke Baptisten, een evangelische verklaring ter ondersteuning van Israël. Daarin werd zonder enig voorbehoud steun aan het Joodse volk uitgesproken. In de brief staat: „Sinds de oprichting van de moderne staat Israël in 1948 heeft Israël te maken gehad met talloze aanvallen, invallen en schendingen van zijn nationale soevereiniteit. Het Joodse volk heeft lange tijd genocidale pogingen doorstaan om hen uit te roeien en de Joodse staat te vernietigen. Deze antisemitische, dodelijke ideologieën en terroristische acties moeten bestreden worden.”

Overigens maken de briefschrijvers zich niet alleen zorgen over het lot van de Joden. Er wordt ook opgeroepen tot voorbede voor en zorg jegens de Palestijnen. „Wij roepen alle christenen dringend op te bidden voor de redding en vrede van het volk van Israël en van Palestina.”

De sympathie voor Israël heeft een groot draagvlak bij Amerikaanse evangelicals. Dat blijkt onder andere uit het grote ledental, ongeveer 11 miljoen, van de organisatie Christians United for Israël, die in 1992 werd opgericht door John Hagee. Hoewel deze Texaanse televisiepredikant zelf omstreden visies heeft –zoals dat Hitler half-Joods was– slaagde hij er wel in om met zijn organisatie grote invloed uit te oefenen op Republikeinse politici. Mede onder invloed van deze lobbygroep verplaatste Donald Trump de Amerikaanse ambassade naar Jeruzalem.

Het is niet het enige voorbeeld van de invloed die christelijke vrienden van Israël hebben op de Republikeinse partij. Trumps minister van Buitenlandse Zaken, Mike Pompeo, erkende destijds na gesprekken met pro-Israëlevangelicals dat de staat Israël legitiem nederzettingen heeft gevestigd op de Westelijke Jordaanoever. Dat verdedigde hij zonder omwegen. „Israël is geen bezettingsmacht. Als evangelisch christen ben ik er door mijn lezing van de Bijbel van overtuigd dat dit land, nu drieduizend jaar later, ondanks de ontkenning van zo velen, het rechtmatige thuisland van het Joodse volk is”. Hij was ook de eerste Amerikaanse minister die Joodse nederzettingen bezocht. Recent zei Pompeo nog dat Israël een Bijbelse claim op het gehele land Palestina heeft.

Graham

Wie echter denkt dat de steun van evangelicals voor Israël er altijd is geweest, zit ernaast. Anders dan in Europa was er na de Tweede Wereldoorlog in de VS weinig aandacht voor het lot van de Joden. De verschrikkingen van het nazibewind zeiden de Amerikanen ook veel minder dan Europeanen die op hun eigen continent de Jodenvervolging hadden meegemaakt. Amerikaanse theologen hadden geen oog voor de bijzondere positie die de kinderen van Abraham in de geschiedenis hebben. Het duurde ook een jaar voordat de VS de staat Israël officieel erkenden.

De eerste die zich onomwonden voor steun aan het Joodse volk uitsprak, was de bekende evangelist Billy Graham. Weliswaar liet hij zich begin jaren zeventig negatief in een gesprek met president Nixon negatief over de Joden uit, maar in volgende jaren toonde hij zich een vriend van het volk van Abraham. Hij was het die bij de Jom Kipoeroorlog van 173 als een van de eerste evangelicals pleitte voor hulp aan Israël. Hij oefende daartoe ook druk uit op president Nixon. Andere evangelicals hielden zich bij dat conflict stil.

Het was juist deze opstelling van Graham die in volgende jaren de stoot gaf tot een pro-Israëlbeweging onder de Amerikaanse evangelicale groepen. Met name de fundamentalistische beweging en bij Pinkstergroepen namen daarbij het voortouw.

Van bijna doorslaggevende betekenis was daarbij de groeiende overtuiging dat de eindtijd was aangebroken en dat het volk Israël daarin een allesbeslissende rol speelt. Die overtuiging leeft nog. Blijkens een onderzoek van het bureau Pew Reseach gelooft 60 procent van de evangelicals dat de mensheid in het laatste der dagen is aangekomen. Vier op de vijf Amerikaanse evangelicals ziet nu de stichting van de staat Israël en de terugkeer van miljoenen Joden naar dat land als vervulling van de Bijbelse profetie.

Maar de eindtijdgedachte is niet het enige motief voor evangelicals om Israël te steunen. De Amerikaanse religiewetenschapper Daniel Hummel constateert in zijn nieuwe studie ”Covenant Brothers” naast deze eschatologische overweging een nieuwe stroming onder de evangelicale vrienden van Israël. „De liefde tot het Joodse volk is bij deze tweede groep vooral gebaseerd op de belofte van God aan Abraham uit Genesis 12: Ik zal zegenen die u zegenen, en vervloeken die u vloekt. Ze nemen heel letterlijk wat God tegen hier tegen Abraham zegt. Zij zien Abraham als vertegenwoordiger van het Joodse volk, en dus lezen zij die passage dat de manier om zelf zegeningen van God te verwerven is door het Joodse volk te zegenen. Zij interpreteren dat als steun voor de staat Israël”, aldus Hummel.

Hij stelt dat deze gedachte vooral heeft postgevat bij pinkstergelovigen. „Die vervullen een dominante rol binnen de organisatie Christians United for Israël en andere christelijke zionistische groeperingen die in Washington lobbyen.”

Volgens Hummels is dat een koerswijziging. „De mannen die in de jaren tachtig van de vorige eeuw Israël steunden waren juist kritisch op die gedachte dat je een bijzondere zegen kon krijgen als je pro-Israël was. Zij werden toen vooral gedreven door de overtuiging dat Israël Gods volk is.”

Zorgwekkend

Naast deze verschuiving ziet Hummel op termijn ook de steun bij evangelicals voor Israël afkalven. „Er is een generatieverschil. Bij jongere evangelicals is er veel minder support voor Israël. Zij hebben meer sympathie voor de Palestijnen (overigens niet voor Hamas) of nemen zelfs de moeite niet zich in de kwestie te verdiepen. Het hele conflict raakt hun niet. Dat kan over tien tot vijftien jaar een enorme verandering teweegbrengen in de manier waarop we over evangelische christenen en Israël praten”, zegt Hummel.

Zijn indruk wordt bevestigd door een onderzoek van de University of North Carolina. Dat wijst uit dat tussen 2018 en 2021 de steun voor Israël bij jongere evangelicals daalde van 75 naar 34 procent. Daar staat tegenover dat onder deze groep de wens om de Palestijnen te helpen in diezelfde periode steeg van 28 naar 40 procent. Hummel noemt deze verschuiving „zorgwekkend.”

Gevraagd naar een verklaring voor die daling, wijst Hummel naar de reserve die jongere evangelicals hebben jegens de politiek van Donald Trump. „Zij hebben grote moeite met zijn optreden in het algemeen en stonden en staan kritisch tegenover elke handeling van hem. Omdat juist hij tijdens zijn presidentschap zich zeer verbond aan de pro-Israëllobby hebben jongeren zich onder andere op dat punt van hem gedistantieerd. Men zou kunnen zeggen dat ze met het badwater het kind hebben weggegooid.”

Illustratief is volgens Hummel dat juist president Biden, die nu een duidelijke pro-Israëlpolitiek volgt, bij deze evangelicale jongeren meer waardering krijgt. „Je zou kunnen zeggen dat de politieke verdeeldheid onder de evangelicals over Israël loopt via de polarisatie rondom de man in het Witte Huis.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer