Aad van Kranenburg wordt graag opgescherpt door de brede traditie van de kerk
Elf jaar lang was Aad van Kranenburg zendeling in Indonesië. Op Java kreeg hij van Hollandse jezuïeten eens het verzameld werk van de kerkvader Augustinus. „Het zijn de enige onvervangbare boeken die ik nu in huis heb.”
Van Kranenburg (1962) woont tegenwoordig in de groene wijk Onderdijks aan de zuidkant van Kampen, op een steenworp afstand van de IJssel. De Pieter Zandt scholengemeenschap, waar Kranenburg klassieke talen doceert, ligt iets verder noordwaarts, op fietsafstand. „Van 1990 tot 2002 werkte ik voor de Gereformeerde Gemeenten als zendeling in Papoea-Nieuw-Guinea”, vertelt Van Kranenbrug in zijn woonkamer met ruim gesorteerde boekenkasten. „Ik gaf les aan de Bijbelschool in Pass Valley. Toen we met ons gezin terugkeerden naar Nederland kreeg ik de vraag of ik Grieks en Latijn wilde gaan geven op de Pieter Zandt. De studie van die talen heb ik toen zelf ook weer opgepakt. Ik vind het mooi om in mijn lessen het werk van bijvoorbeeld Homerus te verbinden met klassieke werken uit de christelijke cultuur.”
Juist omdat hij in theologisch opzicht dicht bij de Bijbel wil blijven, legt Van Kranenburg zijn opvattingen graag naast de mening van anderen. „Ons hart is bedrieglijk, we kunnen onszelf maar al te gemakkelijk voor de gek houden. Het is goed om te blijven onderzoeken, in het vertrouwen dat God het zegent.”
Het typeert Van Kranenburg dat hij onbevangen de breedte en de diepte zoekt. De schrijvers die hem vormden variëren van Augustinus tot John Owen en van ds. Vreugdenhil tot dr. J.G. Woelderink. „Ik sta voluit achter de gereformeerde leer, maar de Kerk is groter dan ons eigen kerkje van dit moment. Het kan heel leerzaam zijn om je te verdiepen in de bredere geloofs- traditie. Dat mensen soms van het lezen van bepaalde boeken worden afgehouden, is naar mijn idee wat rooms.”
www.rd.nl/uitdeboekenkast