„Het was een prachtige Prinsjesdag”, zegt Oscar Meijer (61) uit Amersfoort, niet lang nadat de koninklijke familie op het bordes van Paleis Noordeinde in Den Haag is verschenen. Meijer, gehuld in de kleuren rood, wit, blauw en oranje, is een onversneden Oranjeveteraan. Hij is volgehangen met broches met daarop foto’s van koninklijke hoogheden. Zoals de vroegere koninginnen Beatrix en Juliana, maar ook stadhouder-koning Willem III.

Een kleine veertig keer, jaar na jaar, toog Meijer al naar de hofstad om Prinsjesdag mee te maken. Waarom? „Het is de franje van Oranje. Ik geloof nog steeds in het samenbindende element van het Huis van Oranje. Sommige media roepen zo vaak dat koning Willem-Alexander het verkeerd doet. Ja, hij maakte een fout door in coronatijd naar Griekenland op vakantie te gaan. Maar laten we hem een kans geven.”

Ontevreden

Ja, Meijer hoorde dat er dinsdagmiddag vanuit het publiek bij Paleis Noordeinde boegeroep klonk toen rond 14.15 uur de koninklijke familie de mensenmassa vanaf het balkon toezwaaide. Ook vorig jaar tijdens Prinsjesdag werden de Oranjes geconfronteerd met een ontevreden publiek. „Nee, dat boegeroep hoorde ik tien jaar geleden niet.” Toch is de Amersfoorter ervan overtuigd dat het Huis van Oranje wel wat kan hebben. „Het gaat goed komen. Dat is geen kwestie van blind vertrouwen. Maar een zaak van vertrouwen gebaseerd op een band van 400 jaar die we met het Huis van Oranje hebben. Dat snoer moet je niet verbreken.”

Liefhebbers van grandeur en ceremonie halen deze winderige Prinsjesdag in Den Haag hun hart op. Musici in uniform slaan op de trom en blazen de trompet. Militairen salueren, de hoeven van talloze paarden klakken op de keien. En natuurlijk passeert de Glazen Koets met het koninklijke echtpaar en prinses Amalia. In een ander rijtuig zwaait prinses Alexia, vergezeld van prins Constantijn en prinses Laurentien, naar de rijen publiek achter de dranghekken. „Mooie meid”, zegt een vrouw over Alexia, die dit jaar voor het eerst meerijdt met de koninklijke toer door de binnenstad van Den Haag.

Hartenwens

Voor de 73-jarige Truus Oude Luttikhuis uit het Twentse Tubbergen wordt deze dinsdag een „hartenwens” vervuld. Ze is, samen met schoondochter Marloes, voor het eerst van haar leven live bij een Prinsjesdag. Oude Luttikhuis heeft er graag een autorit van twee uur voor over. „Ik vind het prachtig hier te zijn. Ik ben koningsgezind en zit bij dit soort festiviteiten altijd aan de tv gekluisterd. Maar ik wilde de koninklijke familie een keer in het echt zien. Dat we een koningshuis hebben, maakt deel uit van een mooie traditie.”

Ook Cecile Verouden heeft een flinke reis („met een vip-bus”) achter de rug. Met andere personeelsleden van een ziekenhuis uit Heerlen is ze naar Den Haag gekomen. „Ik vind zo’n Prinsjesdag superleuk”, zegt de vrouw. „Ik volg op tv hoe de prinsessen zich ontwikkelen.” De vrouw geniet van de sfeer in de hofstad. „De rijtoer, de mensen met hoedjes.” Minder fraai vindt ze dat de politie massaal op de been is. „Die strenge veiligheidsmaatregelen horen triest genoeg ook bij de sfeer van Prinsjesdag.” Niet de hele bus met Heerlense ziekenhuismedewerkers gebruikte het dagje Den Haag om de royals te bewonderen. „Eentje is bijvoorbeeld gaan uitwaaien op het strand van Scheveningen.”

Jos Bouman, die vlak bij Paleis Noordeinde achter de dranghekken staat, kreeg waardering voor de Oranjes „met de paplepel ingegoten.” Haar al lang overleden vader schreef het boek ”Op en om Oranjes troon”. Opgegroeid in de regio Den Haag was ze samen met haar moeder geregeld getuige van de plechtigheden op Prinsjesdag. „Deze dag geeft mij een goed gevoel en herinnert me aan fijne herinneringen uit mijn jeugd.” Nu woont ze in Den Dolder. „Als het ware bij ons om de hoek staat Paleis Soestdijk. Leuk is dat.”

Staphorst

Als vanouds is ook deze Prinsjesdag een flinke groep vrouwen in Staphorster klederdracht van de partij. Aan de Lange Voorhout, een van de meest statige straten van Den Haag, zit de in dracht gestoken Klaasje (71) op een stoeltje. „Ik denk dat ik hier voor de dertiende keer ben.” Ze voelt liefde voor het Koningshuis. „Ik vind het mooi koning Willem-Alexander, koning Máxima en hun kinderen te volgen.”

Verschillende klassen van christelijke basisscholen laten zich deze Prinsjesdag in Den Haag zien. Zo zijn zeventig kinderen van de Rehobothschool uit Moerkapelle present. De scholieren hebben in het publiek prins Pieter-Christiaan, zoon van Pieter van Vollenhoven, ontdekt. Pieter-Christiaan deelt grif handtekeningen uit.

„Op Prinsjesdag merk je iets van de samenbindende factor die het Koningshuis heeft”, zegt Martijn Roggeveen, docent op de Rehobothschool. „De Oranjes zijn er voor iedereen. Ongeacht wie je bent en waar je vandaan komt.”

De school koppelt het uitje naar Den Haag aan lessen over staatsinrichting. „We gebruiken het lespakket De Derde Kamer van ProDemos, het ”Huis voor democratie en rechtstaat”. Kinderen leren bijvoorbeeld iets over de rol van de koning en hoe een wet ontstaat.”

De scholieren keken uit naar het uitstapje naar de hofstad. „Van tevoren zijn we met ze naar McDonald’s gegaan. Ze konden kiezen uit een ijsje of een hamburger.”