Hoewel hij een hondenmens is, heeft hij twee katten: een orthodoxe en een methodistische. „Die orthodoxe heeft niemand nodig. Maar met die methodist valt nog wel te praten”, vertelt de Bulgaarse predikant Daniel Topalski. Recent maakte hij een kerkscheuring mee in zijn eigen kerk: de United Methodist Church. Daar maakt hij minder graag een grapje over.
Topalski was vorige week op uitnodiging van zendingsorganisatie GZB in Nederland. Hij groeide op in Pleven, een stad in het noorden van Bulgarije. „Ik kom niet uit een christelijke familie. Maar via mijn opa, die kok was in een orthodox seminarie, kreeg ik weleens wat christelijke lectuur onder ogen. Ik ben een nieuwsgierig mens, dus ik las dat. In 1991, in het laatste jaar van mijn middelbare school, kwam ik in contact met christenen en bezocht voor het eerst een pinksterkerk. De eenvoudige boodschap van berouw, bekering en redding raakte me. Het was geen grootse transformatie in die zin dat er zich iets totaal nieuws aan mij openbaarde. Maar die boodschap was wel alles wat ik nodig had.”
In 1991 is het land Bulgarije twee jaar vrij van het officiële communistische regime. „Het was in ons land niet zo’n Wende. De mensen die eerder aan de macht waren, trokken achter de schermen nog steeds aan de touwtjes.”
Onder de communistische regering was de druk op christenen zwaar en groot. „Veel voorgangers kregen te maken met rechtszaken. Die waren alleen maar pro forma. Vooraf was al duidelijk wat de straf was voor priesters of protestantse voorgangers, en dat was niet zelden vijftien jaar gevangenis.”
Die pressie zorgde ervoor dat orthodoxe grootmoeders in het geheim hun kleinkinderen lieten dopen, ergens in een dorpje achteraf, vertelt Topalski. „Hun ouders wisten het niet en de kinderen konden het niet navertellen. Maar in de doop is God actief, het is een weg waarin genade komt. Hoe, dat kan niemand zeggen. Daar kun je op z’n best een gedicht over schrijven, als je een heel goede dichter bent.”
Kruis bewaard
In Bulgarije is de Orthodoxe Kerk de oudste kerk met de meeste macht. Daarnaast waren vanaf de 19e eeuw methodistenzendelingen actief. Zij stichtten vooral in het noorden van Bulgarije gemeenten. Hun kerken werden gebouwd in de centra van verschillende steden. „Zo ook in Pleven, mijn geboortestad. Toen in 1944 de communisten aan de macht kwamen in Bulgarije, braken ze veel methodistenkerken meteen af of gaven de gebouwen een andere bestemming. Maar de methodistenkerk in Pleven mocht blijven bestaan omdat daar Georgi Dimitrov, minister-president en partijleider van de communisten, getrouwd was. Ook het kruis van de kerk werd bewaard. Onder het communisme werd de kerk in Pleven staatseigendom en werd ze gebruikt voor een poppentheater.”
Topalski treedt na zijn bekering toe tot de methodistenkerk. Hij studeert rechten en wordt actief als juridisch adviseur voor de kerk. In die functie weet hij de methodistenkerk van Pleven „terug te winnen”, zodat ze weer gebruikt wordt waarvoor ze bestemd is: de dienst aan God.
Naast zijn juridische werk is hij in die periode actief als lekenprediker. Hij besluit om theologie te gaan studeren. Zijn opleiding volgt hij aan een orthodox seminarie in Bulgarije. Daarnaast volgt hij een opleiding op afstand aan de methodistenacademie in Duitsland. In 2011 wordt hij bevestigd tot predikant. Ook is hij vanaf dat jaar superintendent van de Verenigde Methodistenkerk in Bulgarije, in de methodistische hiërarchie een functie onder de bisschop.
Neerbuigend
Het is geen voor de hand liggende keuze om in Bulgarije methodist te worden, vertelt Topalski. „Het is een kleine kerk in ons land. Protestants worden is hier sowieso een exotische keuze. En je hebt helemaal wat uit te leggen wanneer je vertelt dat je methodist bent.” Tijdens zijn studie aan het orthodoxe seminarie ervoer hij soms de neerbuigende houding van de orthodoxen ten opzichte van andere kerken. „Een docent zei: „Oecumenische samenkomsten die door protestanten georganiseerd worden zijn grappig. Zij betalen ervoor om zich door ons te laten bekritiseren.”
Wat de Bulgaar aanspreekt in de methodistenbeweging is de betrokkenheid op de samenleving, juist ook op armen. „Bij de orthodoxe kerken moet jij naar de priester komen. Bij de methodisten komt de voorganger naar jou. Het is de praktische vroomheid die we beoefenen, ook in onze bediening onder de Roma. Het beste wat we voor hen kunnen doen is kerken stichten binnen hun gemeenschappen. Die hebben een heel opbouwende functie.”
De avondmaalspraktijk van de methodistenbeweging vindt Topalski waardevol. „Het heilig avondmaal is Gods genademiddel dat Hij gebruikt om ons heiliger te maken. John Wesley bediende het drie tot vijf keer per week. In onze gemeenten is het elke zondag heilig avondmaal. De samenkomsten zijn niet alleen bediening van het Woord, maar van Woord én tafel.”
Topalski staat nu aan het hoofd van de Bulgaarse methodistenkerken. Die hebben op papier 1250 leden, maar in werkelijkheid bezoeken meer mensen de diensten. „Dat getal zegt niet zo veel. Het communisme heeft mensen huiverig gemaakt voor lidmaatschap; ze associëren het met scheidslijnen en gevaar.” Er zijn in Bulgarije 24 gemeenten en 18 voorgangers, van wie er drie met emeritaat zijn.
„Diep inzicht”
Wereldwijd ervaren traditionele gemeenten binnen de United Methodist Church in de achterliggende jaren steeds minder ruimte voor hun klassieke opvattingen over het huwelijk. In 2019 wordt tijdens een belangrijke vergadering gestemd voor verscherping van het verbod op het huwelijk van mensen van hetzelfde geslacht. Dat is tegen de verwachting van de liberale flank in, die niet instemt met de verscherping. De traditionele gemeenten besluiten de UMC te verlaten en verenigen zich in de Global Methodist Church (GMC).
De Bulgaarse gemeenten gaan in 2022 als geheel over naar de Global Methodist Church. Topalski: „Waar de homoseksuele praktijk in de UMC eerst oogluikend werd toegestaan, moest ze de laatste jaren gevierd gaan worden.” Ironisch: „Sommige mensen met een diep inzicht in de Schrift zagen ineens dat de kerk er duizenden jaren naast heeft gezeten.”
Scheuring
In Bulgarije, waar alle gemeenten zich afscheiden van de UMC, betekent de overgang naar de GMC concreet dat de methodistenkerken veel inkomsten verliezen en eigendommen moeten verkopen. Als voorbeeld van de pijn die dat op sommige punten doet, noemt Topalski de verkoop van de pastorie van de methodistengemeente in Pleven. „Het was het huis waar mijn vrouw en ik gewoond hebben, de gemeente waar we getrouwd zijn.”
„Ja, het was een moeilijk jaar”, verzucht Topalski. „Maar het zou pijnlijker zijn geweest om in de UMC te blijven en compromissen te sluiten. Het huwelijk is een scheppingsgegeven. Het is het DNA van de kerk. Dat mogen we niet prijsgeven. Gelukkig ervaren we wereldwijd steun van onze broeders en zusters uit de Global Methodist Church.”
Niet arm
Topalski en de andere Bulgaarse methodistenvoorgangers staan nu voor de taak om nieuwe bronnen van inkomsten te zoeken voor het behoud van hun gebouwen en het onderhouden van de predikanten. Dat is een hele omslag, die niet alleen over financiën gaat. „Onze Bulgaarse gemeenten hadden nooit het gevoel van verantwoordelijkheid, van ownership. Lang dachten we dat we arm waren. Maar God geeft ieder wat nodig is om een godzalig leven te leiden. We moeten ons focussen op wat we hebben, niet op wat we nodig hebben. God zal voorzien.”
In dit proces gaat Topalski ook graag te rade bij de grondlegger van de methodistenkerken, John Wesley. „Hij had een drieslag: „God werkt zodat jij kunt werken.” „God werkt, dus jij moet werken.” „Als jij niet werkt, zal God stoppen met werken.”” Topalski slaat daarom graag de hand aan de ploeg. „We kennen het verhaal van de weduwe met twee penninkjes. Ook met beperkte middelen zullen we Hem blijven dienen.”