Finse aanklager scherp in de aanval tegen Räsänen
Beledigend, minachtend en vernederend. Dat zijn de typeringen van de Finse aanklager donderdagochtend in het hoger beroep in de zaak-Räsänen.
De aanklagers stelden beroep in nadat Päivi Räsänen vorig jaar op alle aanklachten werd vrijgesproken. Het christelijke parlementslid is aangeklaagd vanwege belediging van homoseksuelen. Mede-aangeklaagd is de lutherse bisschop Juhana Pohjola, die in 2004 een brochure van Räsänen uitgaf over huwelijk en seksualiteit vanuit Bijbels perspectief.
Aanleiding voor de strafklacht tegen Räsänen was een post op Twitter en Facebook, waarin ze in 2019 de Evangelisch-Lutherse Kerk van Finland bekritiseerde om de steun aan de Gay Pride. Ze publiceerde daar een foto bij van Romeinen 1 vers 24-27, waarin homoseksuele daden „schandelijk” worden genoemd.
Kwetsbaar
De rechtszaak in 2022 leidde tot vrijspraak op alle punten. Donderdagochtend zette aanklager Anu Mantila scherper dan eerder de aanval in. Het is de opdracht van de staat, zei ze, om de „menselijke waardigheid” van iedereen te beschermen. Juist kwetsbare groepen, zoals seksuele minderheden, hebben recht op bescherming.
Mantila weersprak het verwijt van Räsänen en haar medestanders dat ze uitspraken uit hun verband rukt. „Als je alle uitspraken achter elkaar plaatst, is het duidelijk dat ze denigrerend zijn tegenover homoseksuelen. Het veroordelen van homoseksuele handelingen veroordeelt homoseksuelen als mens.”
Ze doelt vooral op de bewering in de brochure waarin de homoseksuele praktijk zondig wordt genoemd. „Dat betekent dus dat je er niet trots op moet zijn, maar dat je je ervoor moet schamen.” Juist omdat het „gezag van God” op de achtergrond van religieuze taal staat, is de vernedering van zo’n uitspraak extra diep. De bewering dat homoseksuelen „met liefde en respect” moeten worden bejegend, wordt hiermee krachteloos.
Ze verwijt Räsänen dat ze van de Finse kerk vraagt de heteroseksuele leefwijze aan te wijzen als de Bijbelse. „Dit betekent dat ze de Bijbel boven de Finse wet plaatst.” Volgens de aanklager geldt in Finland alleen de nationale wetgeving, en geen religieus boek.
Inferieur
Het is een misverstand, zegt de aanklager, dat gelovigen alles mogen zeggen als ze maar naar de Bijbel verwijzen. „Het citeren van de Bijbel is niet verboden. Maar het beledigen van kwetsbare groepen wel.”
Räsänens advocaat, Matti Sankamo, stoorde zich aan de verkeerde weergave van de uitspraken. „Räsänen heeft nooit gezegd dat homoseksuelen inferieur zijn aan heteroseksuelen. Dit gaat de kant van liegen op. Zij heeft niets van dit alles gezegd.”
Wel zei hij dat de brochure inhoudelijk en wetenschappelijk verouderd is. Het parlementslid zou nu voorzichtiger zijn met te zeggen dat homoseksualiteit een afwijking in de ontwikkeling is.”
Räsänen werd donderdagochtend bij de rechtbank in Helsinki opgevangen door demonstrerende medestanders. Ook krijgt de zaak veel aandacht van de media. De zitting loopt door tot vrijdag.