Kerk & religieKerst
Zaaien in het Drentse land

In de winkelstraat van Emmen werd begin deze maand kringloopwinkel en activiteitencentrum ”Bij de tijd” opnieuw in gebruik genomen. De winkel is tweemaal zo groot geworden.

beeld RD, Anton Dommerholt
beeld RD, Anton Dommerholt

Een grijze woensdag in december, 11.00 uur in de ochtend. Op Hoofdstraat 88 is ”Bij de tijd” gevestigd. De winkel behoort tot de plaatselijke evangelisatiepost van de Gereformeerde Gemeenten. Aan de overkant van de straat verkoopt Magic Lounge tattoes en piercings. Naast de voordeur van ”Bij de tijd” staat een rijtje tweedehandsfietsen aan een kabel. Ze zijn te koop. De prijsjes zitten op de stang onder het zadel geplakt. Op de winkelruit staat ”Ontmoetingsplek voor jong en oud”.

”Bij de tijd” staat vol met spullen. Aan stangen en op knaapjes hangt tweedehandskleding. In rekken staat serviesgoed. Boeken staan op de planken. Er zijn beeldschermen en toetsenborden, stereoapparaten en stofzuigers, lampen en vloerkleden, stoelen en tafels, jassen en dassen, schilderijen en gereedschap.

Dankbaar mens

Halverwege de winkel bevindt zich de spreekkamer van evangelist Cees van Drunen. Op zijn bureau ligt de Bijbel open bij Lukas 2. Boven de deur hangt in hout uitgesneden de tekst ”Wentel uw weg op den Heere, en vertrouw op Hem, Hij zal het maken”.

Met kringloopwinkel ”Bij de tijd” gaat het goed, zegt Van Drunen. „Dit is het resultaat van veel vrijwilligerswerk, van goede samenwerking en onderlinge verbondenheid. Dit is een goed team. Ik ben van mezelf niet zo’n dankbaar mens, maar het is een zegen zoals het met de winkel gaat.”

”Bij de tijd” is een winkel met meerwaarde, zegt Van Drunen. „Het gaat hier niet om spullen en niet om geld. De winkel is bij uitstek een middel om mensen binnen te krijgen. Via de winkel hebben we al heel veel Bijbels in vele talen mogen weggeven. Uiteindelijk gaat het toch vooral daar om, om het Woord bij de mensen te brengen. In Emmen wonen zo’n 100.000 mensen en de meesten weten niet dat ze een ziel voor de eeuwigheid hebben. Voor Kerst zijn ze allemaal wel te porren, maar dat het met Kerst gaat om Jezus Die naar deze lage aarde gekomen is, daar hebben ze geen boodschap aan.”

Ondeugend

Gisteren vroeg een bezoekster nog aan Van Drunen waarom hij de kerk en de Bijbel zo belangrijk vindt. „Ik heb gezegd: Omdat ik niet deug. En omdat u niet deugt. Maar God heeft met Kerst een Woord voor ondeugende mensen. En daar zou ik nu zo graag eens even met u over willen praten.”

Van Drunen (64) evangeliseert bijna dertig jaar in Emmen. „Toen ik voor de eerste keer naar Emmen reed, ben ik onderweg wel twee keer uitgestapt om op de kaart te kijken waar we toch terecht zouden komen. Het was alsof we de wereld uitreden. Het leek wel buitenland. De meeste kerkmensen uit het westen hebben hier niets te zoeken, maar ik heb hier van de Heere een plekje gekregen. Dat had ik niet gezocht en dit is niet van mezelf. God heeft mij hier geroepen om aan de einden van het land aan mensen die van niets weten te vertellen dat ze een nieuw hart nodig hebben, om afgedwaalde schapen weer bij de kudde te brengen. Dat kan ik niet. Ik ben onbekwaam. Dat geeft ook niet, want het is Gods werk.”

Evangeliseren is ook werk met veel teleurstellingen, zegt Van Drunen. „Soms denk je iemand gevangen te hebben in het visnet, en dan zwemmen ze er weer uit. Maar ze liepen ook al bij de Zaligmaker weg. Jezus zei toen tot Zijn discipelen: „Zouden jullie ook maar niet weggaan?” Soms ben je in dit werk teleurgesteld, maar de grootste teleurstelling ben ik zelf, want we zijn allemaal van God afgeweken. Ik ook. Als God niet de Getrouwe was, nou, dan konden wij het hier in Emmen wel schudden.”

Zegen en vrucht

Wat zou Van Drunen nu bereikt hebben in al die dertig jaren? Van Drunen, in korte zinnen, staccato en afgemeten: „Ik heb nog nooit iemand bekeerd. Wat gelukkig, hè, dat ik dat niet hoef te doen. Maar ik ben hier niet voor niets geweest. Dan zou ik God tekort doen. Er was zegen. Er is vrucht. Ik zie hier ritselingen van het werk van de Geest. Soms hoor je wat de boodschap van vrije genade met iemand gedaan heeft. Dan zie je dat iemand voor het eerst van zijn leven zijn handen vouwt. Of voor het eerst in de Bijbel leest. Wonderlijk toch. De Heere zal ermee doen wat Hem behaagt.”

Evangeliseren is niet discussiëren, zegt de evangelist. „Dat doen de mensen in de kerken, redetwisten over zware dogmatiek, wie er nu gelijk heeft over dit en over dat. Dat hoeven wij dus niet over te gaan doen. We laten het Woord spreken, zaaien het goede zaad uit en bidden om vrucht. De mensen in Emmen weten onderhand wel wie ik ben, dat ik meestal wat te zeuren heb, maar ze weten ook dat ze altijd bij mij terecht kunnen. Vroeger ging ik de straat op, op zoek naar mensen. Nu komen de mensen van de straat de winkel binnen. Zo lang als ik gezond mag blijven, hoop ik wat mee te mogen helpen aan de bouw van het Koninkrijk van God.”

Luisterend oor

In de winkel wordt het gaandeweg drukker. Vrijwilligers vullen de schappen bij, schenken koffie, lenen een luisterend oor aan deze en gene of delen een folder uit.

Een oudere bezoekster rommelt wat tussen de kledingrekken. Weet ze ook dat dit een kringloopwinkel van de kerk is? „Daar heb ik niets op tegen”, zegt ze. „Dit is een mooie winkel.” En die kerk? „Ik ben ermee opgevoed, maar ben ’m uit het oog verloren. Het is nu eenmaal zo gelopen in mijn leven.”

Mist ze het niet, de kerk, het geloof, de Bijbel, God? Ze hapert en aarzelt en zegt dan: „Ik voel me in de steek gelaten.”

Ach. In de steek gelaten, door God, of door de kerk, door de mensen van de kerk? „Tja, zeg ’t maar. Ik ben er niet door verzuurd, maar, ik doe er gewoon niets meer mee, met het geloof. Ik denk dat ’t ook wel zonder kan.”

In de spreekkamer zit Joke Averesch aan de koffie. Ze is getrouwd, moeder van vier kinderen en komt uit de gereformeerde gemeente Rijssen-Noord. Als vrijwilliger is ze het eerste aanspreekpunt van de kringloopwinkel.

Tijd en energie

Wat motiveert haar om drie dagen in de maand van Rijssen naar Emmen te komen? „Ik ben er voor gevraagd. Het kwam op mijn weg. Het is leuk werk, maar het is vooral de moeite waard om hier mijn tijd aan te besteden. Dit is evangelisatiewerk en dat mag tijd en energie kosten.”

Mevrouw Averesch zorgt voor de bevoorrading van de winkel. „Ik houd de voorraden bij en zie er op toe dat er iedere dag genoeg vrijwilligers zijn. Zonder onze vrijwilligers zou dit niet kunnen. Deze winkel is een grote klus. We hebben niet voor niets zo’n honderd vrijwilligers.”

Joke Averesch houdt ook graag een praatje met bezoekers. „Deze winkel gaat uit van de evangelisatiepost. Pas zei een bezoeker tegen mij: „Dit is Gods winkel.” Nou ja, zo zouden wij het misschien niet zeggen, maar de mensen weten dus echt wel waarom wij dit werk doen. Bezoekers moeten in contact gebracht worden met de boodschap van de Bijbel. Dat kan ook door gewoon vriendelijk en behulpzaam te zijn, door iemand koffie aan te bieden. Het is niet mijn werk om te evangeliseren. Ik hoef geen lange verhalen te vertellen, maar mag er wel mijn steentje aan bijdragen.”

Griekse yoghurt

In een van de activiteitenruimten zitten acht Emmer vrouwen aan de maaltijd, een broodje, een soepje, een sapje. Na het toetje (Griekse yoghurt) leest Van Drunen het Kerstevangelie uit Lukas 2: „En het geschiedde in diezelve dagen…” tot en met „… en zij baarde haar eerstgeboren Zoon en wond Hem in doeken en legde Hem neder in de kribbe, omdat voor henlieden geen plaats was in de herberg.”

Wie was dat nu, die eerstgeboren Zoon, vraagt Van Drunen aan de acht vrouwen. „Hij is de grote Schepper van hemel en van aarde. Hij is Mens geworden onder de mensen. Hem hebben we nodig. We hebben een Zaligmaker nodig. Hij is gekomen om te zoeken en zalig te maken wat verloren ligt, wat buiten God is, wat zonder God leeft, misschien wel voor jullie. Dat is Kerst.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer