De twee gemeenten lopen al langer achter op hun taakstelling voor de huisvesting van statushouders. Stichtse Vecht heeft een achterstand sinds januari 2020 en Amersfoort sinds januari 2024. Voor de gemeente Amersfoort is de achterstand inmiddels opgelopen tot 216 vergunninghouders en voor de gemeente Stichtse Vecht tot 109. De provincie meldt dat met beide gemeenten de afgelopen jaren gesprekken zijn gevoerd over de achterstanden, maar dat die nog niet tot het gewenste resultaat hebben geleid.

Voordat Gedeputeerde Staten definitief besluiten zelf huisvesting voor de statushouders te regelen, krijgen de gemeenten nog de gelegenheid een lijst met huisvestingsdoelstellingen aan te leveren. Daarmee moeten de gemeenten aangeven hoeveel mensen zij per maand gaan huisvesten om de achterstand in ieder geval niet verder te laten oplopen. Ook moeten Stichtse Vecht en Amersfoort duidelijk maken hoe ze die achterstanden uiteindelijk volledig gaan wegwerken.

De provincie Utrecht heeft tot dusver geen huisvesting voor statushouders hoeven regelen op kosten van gemeenten.