Nierstichting: heel wrang dat nierpatiënten donororgaan misliepen
Het is „heel wrang” en „heel erg” dat zeker twaalf Nederlanders een donornier zijn misgelopen door een mislukte software-update bij de organisatie die over de transplantaties gaat. Dat zegt Mariette Kraayvanger, die zich voor de Nierstichting bezighoudt met donaties en transplantaties. Twee van de twaalf mensen hebben alsnog een nieuwe nier gekregen. Kraayvanger hoopt dat er voor de anderen ook snel een nier beschikbaar komt.
De fout zit bij de Europese organisatie die de toewijzing van donororganen aan patiënten regelt. Tussen juli en oktober vorig jaar hebben 56 patiënten in zeven landen, onder wie dus twaalf Nederlanders, geen aanbod van een beschikbare nier ontvangen terwijl ze er wel een hadden moeten krijgen.
Volgens Kraayvanger moeten nierpatiënten gemiddeld tweeënhalf jaar wachten op een nieuw orgaan. „Maar dit ging ook nog eens om een groep patiënten met veel antistoffen. Zij wachten veel langer. Het is heel moeilijk om voor hen een geschikt orgaan te vinden.”
De gevolgen daarvan zijn nog niet in te schatten, maar Kraayvanger vraagt zich af „wanneer er voor deze patiënten een nieuwe nier beschikbaar komt. Dat kan lang duren het is de vraag of die nog wel op tijd komt.”
Zonder donornier moeten patiënten meerdere keren per week aan de dialyse. Kraayvanger: „Daar word je niet beter van. Het is overleven in plaats van leven. En hoe langer je moet wachten, hoe slechter je conditie wordt. Met een donornier heb je meer mogelijkheden om weer een echt leven te leiden.”
In Nederland staan ongeveer 1000 mensen op de wachtlijst voor een donornier. Dat is meer dan bij andere organen. Daarnaast staan meer dan 2000 mensen ‘inactief’ op de wachtlijst. Sommigen van hen zitten nog in de beoordeling. Het kan ook zijn dat hun situatie goed genoeg is en dat ze nog geen orgaan nodig hebben, maar het zou ook kunnen dat hun toestand juist zodanig is verslechterd dat ze een transplantatie mogelijk niet aankunnen.