Rechter past vergunning Chemours op heel wat punten aan
De rechter heeft de vergunning van chemiebedrijf Chemours uit Dordrecht op veel punten aangepast. Dat gebeurde deels op verzoek van het bedrijf, dat om een voorlopige voorziening had gevraagd. De rechter heeft daarin bepaald aan welke voorschriften de PFAS-producent zich moet houden tot de beroepszaak over de vergunning van Chemours is behandeld.
PFAS zijn door de mens gemaakte chemische stoffen met water-, vet- en vuilafstotende eigenschappen, gebruikt in producten zoals anti-aanbakpannen, regenkleding en blusschuim. Ze breken niet af in het milieu en kunnen schadelijk zijn voor gezondheid en ecosystemen.
De provincie Zuid-Holland publiceerde in 2022 een zogeheten revisievergunning, een grote update van de ‘hoofdvergunning’ van Chemours uit 2013. Dit document gaat over alle milieuaspecten waaraan de kunststoffenproducent zich moet houden. Chemours tekende beroep aan tegen die herziening, overigens net als netbeheerder Stedin, waterschap Hollandse Delta en de drinkwaterbedrijven Oasen en Evides. De beroepszaak wordt naar verwachting dit najaar behandeld; de uitspraak is dan begin 2026.
Chemours verzet zich op heel wat punten tegen de strenge aanpak van de provincie. De voorzieningenrechter heeft nu bepaald welke voorschriften wel al in werking treden en welke voorlopig geschorst worden. Op de zitting van 12 december ‘onderhandelden’ de advocaten van beide partijen over de formulering van bepaalde voorschriften. De rechter heeft nu besluiten genomen over deze voorschriften en over de punten waar ze er niet uit kwamen. Zo moet Chemours voor 1 maart informatie verstrekken over de beschikbaarheid van nieuwe meetmethoden en detectiegrenzen voor PFAS-verbindingen.
De provincie Zuid-Holland zegt met haar advocaat de uitspraak „grondig” door te nemen om de gevolgen goed in beeld te krijgen; Chemours heeft nog niet gereageerd. Beide partijen troffen elkaar de afgelopen jaren regelmatig in de rechtbank. Het bedrijf, dat in het verleden grote hoeveelheden PFAS uitstootte en daarmee de omgeving vervuilde, vocht onder meer aangescherpte vergunningseisen aan en ook dreigende boetes (last onder dwangsom) voor de uitstoot van onvergunde stoffen.
Begin deze week legde de provincie Chemours weer een last onder dwangsom op, omdat het bedrijf een stof loost waar het (nog) geen vergunning voor heeft. Chemours moet nog besluiten of het zich hierbij neerlegt of in beroep gaat.