Vroegere kerkje gereformeerde gemeente Wierden verbouwd tot woonhuis: ,,Dit is emotie"
Het gebouwtje is tien meter lang, zeven meter breed en bood plaats aan zo’n negentig bezoekers. Maar de kerkgangers zijn verdwenen, de kerkbanken ook. Het kerkje wordt verbouwd tot woonhuis.
De gereformeerde gemeente van Wierden is verhuisd naar een ruimere kerk in Aadorp, een dorpje iets buiten Wierden. Het oude kerkje aan de Vriezenveenseweg is verkocht aan Douwe Voortman en Amancé Malawauw-Voortman. Ze gaan er een woonhuis van maken.
Amancé staat in de lege kerkruimte rond te kijken en zegt: „Dit is ons woonhuis-in-wording. Er moet nog wel een hoop gebeuren.”
De hangzolder, waar het orgel van Jan Hoogenes stond, moet nog worden gesloopt. Het instrument is meeverhuisd naar Aadorp. Achter de rug van de organist hing jarenlang een mooie tekst aan de muur: ”Hoe lief’lijk, hoe vol heilgenot, o Heer’, der legerscharen God, zijn mij Uw huis en tempelzangen.” Die woorden zijn verdwenen. De doopvont en de lezenaar zijn ook weg. De preekstoel is meegegaan naar Aadorp. Verloren en overbodig hangt het klankbord nog aan de muur.
Kaal en afgebikt
In een hoek liggen zeven lampenbollen op de grond. Iets verderop staat een bezem. Tegen de muur leunen twee witte tuinstoelen. Aan het plafond wiebelt een naakte gloeilamp heen en weer. De wanden zijn kaal en afgebikt. Op de vloer ligt een hoopje losse schroeven.
Amancé zegt dat het niet de bedoeling was dat ze een klushuis zouden kopen. „’t Is wel een klushuis geworden. Dit is geen instapklare woning. Hier moet nog ontzettend veel geklust worden.”
Hij: „Het komt wel goed. Deze maand begint de aannemer. Het zou fijn zijn als we er rond de Kerst in kunnen. We hebben één voordeel: het gebouwtje staat er al. We kunnen aan de slag.”
Douwe en Amancé hadden al meerdere woningen bezichtigd. Maar het kwartje wilde maar niet vallen. Hij was de eerste die op dit kerkje verliefd werd: „Ik viel voor de knipvoegen, voor de toogramen en de karakteristieke voorgevel met het jaartal 1918 in Romeinse cijfers er nog op.” Bij haar duurde het iets langer: „Het is zo’n groot project. Maar als Douwe er vertrouwen in heeft, dan heb ik dat ook. Het leven gaat niet altijd zoals je het gepland had.”
Psalmenbord
Het oude psalmbord staat nog in de kerkzaal. Amancé, lid van de Moluks-Evangelische Kerk, heeft het weer in gebruik genomen. Ze heeft er een paar van haar geliefde liederen op vermeld, zoals Psalm 86 vers 6 en lied 488, de verzen 1, 2 en 3. Ook de datum van de laatste kerkdienst van de gereformeerde gemeente staat erop vermeld: 7 juli 2024. Ze zegt: „Dat bord gaan we straks in de huiskamer weer ophangen.” Douwe: „We hebben ook twee kerkbanken mogen houden. Daar gaan we straks op zitten.”
Beiden willen graag dat zichtbaar blijft dat dit een kerkje was. Douwe: „Ik ben niet gelovig opgevoed, maar heb er wel respect voor. Normen en waarden zijn in de samenleving van groot belang.”
Amancé: „Gelukkig is het kerkje niet gesloopt. Dit is geschiedenis. Dit is emotie. Hier hebben mensen vreugde beleefd, verdriet gedeeld. Hier zijn mensen in het hart geraakt. We gaan dit met respect bewonen.”
Vrede mee
Ouderling J. G. Bolier, preses van de gereformeerde gemeente Wierden-Aadorp, heeft meer dan veertig jaar in het kerkje gekerkt. Zo’n 37 jaar is hij al ambtsdrager, eerst diaken, later ouderling. Wat vindt hij ervan dat het gebouwtje verkocht is? „Het heeft me wel pijn gedaan, erg veel pijn, en het heeft ook wel even geduurd voordat ik er los van was. Maar met het oog op de toekomst van onze jeugd heb ik er inmiddels vrede mee. Ik hoop dat de nieuwe bewoners er een goede tijd mogen krijgen, dat ze het kerkje in stijl zullen bewaren en boven alles dat ze er de zegen van de Heere mogen ervaren.”