Meditatie: Christus leeft in mij
„Ik ben met Christus gekruist; en ik leef, doch niet meer ik, maar Christus leeft in mij; en hetgeen ik nu in het vlees leef, dat leef ik door het geloof des Zoons Gods, Die mij liefgehad heeft en Zichzelven voor mij overgegeven heeft.”
Galaten 2:20
Zonder het middel Jezus waren wij voor eeuwig verloren geweest: onze zonden maken een scheiding tussen God en ons (Jesaja 59:2). Maak dan toch van Hem als Immanuël behoorlijk gebruik en rust niet voordat God ook met u is, zodat u Hem persoonlijk kunt toe-eigenen. Rust toch niet aleer het voor u ook waar wordt: zij werd zwanger en baarde een Zoon. O, zal Jezus uw Immanuël zijn, dan moet u ook van Hem zwanger worden.
En, wilt u weten hoe dat gaat? Dat gaat niet anders dan door het geloof en heiligmaking. Door het geloof: Hij moet allereerst in u ontvangen worden. „Ik leef, doch niet meer ik, maar Christus leeft in mij; en hetgeen ik nu in het vlees leef, dat leef ik door het geloof des Zoons Gods” (Galaten 2:20). Zie dus, dat Hij door het geloof ook in u woont. Door de heiligmaking krijgt Hij ook verder gestalte en groei in ons. „Mijne kinderkens, die ik wederom arbeid te baren, totdat Christus een gestalte in u krijge” (Galaten 4:19). Daardoor wordt Zijn beeld in ons vernieuwd: „Ik in hen, en Gij in Mij” (Johannes 17:23). „Blijft in Mij, en Ik in u” (15:4). Van Hem zwanger zijnde moet u Hem ook baren, namelijk in uw werken. Naar buiten moet het ook blijken dat Jezus in u is.
Abraham Hellenbroek,
predikant te Rotterdam
(”De beloofde Messias”, uitgave 1976)