Jochem Bloemendaal, werkzaam in de waterbouwsector, vreest de gevolgen van de PFAS-regelgeving. „Als er niet snel een oplossing komt, kan de PFAS-kwestie op korte termijn meer schade berokkenen dan de stikstofproblematiek.”
Het bedrijf waarvoor Bloemendaal (39) als adviseur werkt, aannemingsmaatschappij de Vries & van de Wiel, heeft op grote schaal te maken met de PFAS-regels. De Nederlandse dochteronderneming van de grote Belgische baggeraar DEME, houdt zich bezig met baggerwerk, waterbouwprojecten en zandwinning. Met name de regels voor toepassingen in oppervlaktewater maakt dat veel grond- en baggerstromen door de PFAS-regels niet meer voor nuttige doeleinden kan worden gebruikt.
Het Tijdelijk Handelingskader is namelijk sinds 8 juli van kracht. Sinds die datum mag met PFAS vervuilde baggerspecie niet zomaar meer worden gebruikt voor het baggeronderhoud in vaarwegen en zeevaartgeulen. „Momenteel liggen bij ons vijf à zes projecten stil, maar landelijk loopt dat op tot in de tientallen”, vertelt Bloemendaal. „Voor het hergebruik van grond en baggerspecie in oppervlaktewater geldt nu een norm van nul. Als er 0,1 microgram PFAS per kilogram grond of baggerspecie wordt gemeten, is de toelaatbare grens al overschreden.”
Bloemendaal vindt dat de waterbouw hiermee onevenredig hard wordt getroffen. „De actiegroep Grond in Verzet richt zich ook toepassingen op de landbouwbodem. Maar daar zijn normen voor die rond de 3 microgram liggen. Die 3 microgram blijkt vaak ook niet toereikend, maar in de waterbouw is de norm dus veel strenger.”
Zo kan door de strenge regels zelfs bagger met de geringste hoeveelheid PFAS niet worden geborgen in stortplaatsen die juist speciaal voor vervuilde bagger zijn bedoeld. Bloemendaal: „Baggerspecie met 0,1 microgram PFAS per kilogram moet worden geweigerd, maar als die vervuild zou zijn geweest met minerale olie, dan was het storten wel mogelijk geweest. Opdrachtgevers weten dit, dus aan nieuwe projecten wordt niet eens meer begonnen. Want waar moet je de vrijkomende grond kwijt?”
Complex
Dinsdag maakte staatssecretaris Van Veldhoven bekend de normen te willen verruimen. Eerder liet ze echter vrij stellig weten de normen niet aan te passen zolang het onderzoek naar de gevolgen van PFAS niet is afgerond. Niet eerder dan volgend jaar zouden de resultaten bekend zijn. Bloemendaal: „Het zou zomaar nog langer kunnen duren. Het is nu eenmaal erg complexe materie.”
Maar hoe langer dit gaat duren, hoe desastreuzer voor de branche, stelt Bloemendaal. Projecten die stilliggen of waaraan überhaupt niet wordt begonnen, kosten immers geld. „Onzekerheid en onduidelijkheid door de nieuwe regels zorgen ervoor dat de bevoegde overheden heel terughoudend zijn in het toestemmen voor het afzetten van baggerspecie”, zegt Bloemendaal. „Zelfs schoon zand dat uit de ondergrond gewonnen wordt, en dat vaak voor nieuwbouwprojecten wordt gebruikt, wordt als verdacht bestempeld.”
Er moet dus wat gebeuren, maar meedoen aan de protestactie van 30 oktober is Bloemendaal niet van plan. „In de eerste plaats wordt mijn werkgever vertegenwoordigd door de Vereniging van Waterbouwers, die ook op 30 oktober de gepaste acties doen. Daarnaast ben ik vanuit mijn persoonlijke achtergrond niet zo van het demonsteren. Ik ga liever het gesprek aan met de juiste personen. Dan bereik je een stuk meer.”
Dat „in gesprek komen met de juiste personen” probeert Bloemendaal, vanuit de Werkgroep grond en baggerspecie van de Vereniging van Waterbouwers te bereiken. Met deze werkgroep is hij bij de huidige lobby in Den Haag betrokken om meer realistische normen voor het natte grondverzet te bewerkstelligen.
Schade
Want door de huidige normstelling kunnen er op termijn juist grotere problemen ontstaan. Het stilleggen of uitstellen van projecten levert nu nog vooral economische schade op. Volgens Bloemendaal zal het –als een oplossing lang op zich laat wachten– daar niet bij blijven. „Dit raakt ook thema’s als bereikbaarheid en veiligheid. Wat als dijkversterkingsprogramma’s bijvoorbeeld niet meer van de grond komen? Dat zou pas echt funest zijn voor de samenleving.”