Archeologen moeten haast achterover zijn gevallen van verbazing toen ze de omgeving verder gingen onderzoeken. De terracottasoldaat was niet alleen. Nee, er bevond zich een heel mysterieus leger aan aardenwerken soldaten. Voetvolk. Kruisboogschieters. Ruiters met strijdwagens en paarden. Allemaal paraat voor een veldslag.

De meeste beelden zijn tussen de 1,60 en de 1,80 meter groot en heel gedetailleerd en kunstig geboetseerd. Elk sculptuur heeft een eigen gezichtsuitdrukking. Geen twee soldaten zijn hetzelfde. De ene zit, de andere staat. Sommige dragen een harnas, andere zijn gekleed in een uniform.

De wapens die de terracottasoldaten vast hebben zijn echt en nog steeds scherp. De zwaarden zijn na meer dan 2000 jaar nog in perfecte staat, dankzij een speciale techniek die de Chinezen vroeger al kenden. De pijlpunten uit die tijd waren ook nog op een andere manier dodelijk. Ze werden gemaakt van een hoog percentage lood. Als de vijand niet stierf van de pijl zelf, kwam deze wel om door loodvergiftiging na verwonding.

Het tot nu toe opgegraven terracottaleger bestaat uit zo’n 8000 soldaten, 130 strijdwagens met 520 paarden en 150 cavaleristen. Het geheel stamt uit de derde eeuw voor Christus, uit de tijd van Qin Shi Huangdi, de eerste keizer van China. Hij verenigde vele koninkrijken onder zijn bewind.

Al op 13-jarige leeftijd gaf Qin opdracht voor de bouw van een indrukwekkend praalgraf, een mausoleum. Naar schatting zijn maar liefst 700.000 arbeiders ingezet om zijn graf te vervaardigen. Dat zijn er ruim twee keer zo veel als bij de bouw van de Chinese Muur. Het mausoleum bestaat uit talrijke gebouwen, tempels en zalen. De ingang van de grafkamer van de keizer is nog steeds niet ontdekt. Toch zijn er in het enorme complex al ontelbare schatten gedolven.

Waarom liet Qin zich in zijn dood begeleiden door een leger aan terracottasoldaten? Helemaal duidelijk is dat niet. Qin stond erom bekend dat hij erg bang was voor de dood. Hij zocht krampachtig naar het levenselixer waarmee hij eeuwig zou leven. Toch bereidde hij zich voor op zijn sterven en liet hij het mausoleum bouwen.

In het geloof van die tijd was het graf een paleis voor het hiernamaals. Het leven onder de grond zou een vervolg zijn van het leven op aarde. In zijn dood moest Qin dus goed begeleid en beschermd worden. En dat moest groots en levensgroot.


Heb je een intrigerende vraag voor de rubriek daarom? Mail deze naar de redactie.