Vanwege de Week van Respect komt de hoge gast een uurtje les geven. „Weten jullie wat respect is?” vraagt Polman de nieuwsgierige klas aan het begin van zijn gastles. „Dat je aardig tegen elkaar bent en niet over elkaar roddelt”, antwoordt een meisje. „Dat je luistert naar de mening van een ander”, zegt een andere leerling.

De commissaris is blij met die antwoorden. „Zo is het”, zegt hij. „Ieder mens is weer anders. Je kunt alleen goed samenleven met elkaar als de een begrijpt dat de ander niet hetzelfde is als hij. Zo werkt het ook in de grotemensenwereld. Ons land is een democratie. Politici moeten het over allerlei zaken eens zien te worden. Als dat niet lukt, gaan ze stemmen. Wie de meeste stemmen haalt, mag bepalen wat er gebeurt.”

De leerlingen weten ook voorbeelden van gedrag dat níét respect­vol is. „Schelden en pesten”, zegt een van hen. „Discrimineren”, zegt een ander. „Je mag iemand niet beoordelen op hoe hij eruitziet of op zijn cultuur of geloof”, legt de commissaris van de Koning uit. „Je hoeft het niet altijd met elkaar eens te zijn, maar je moet proberen altijd naar elkaar te blijven luisteren.”

Op het Calvijn College is een pestcontract, vertelt een leerling. Wie dat ondertekent, belooft dat hij anderen niet zal pesten. „Alle landen van de wereld hebben eigenlijk ook een soort pestcontract gemaakt”, vertelde de commissaris. „Dat heet met een mooi woord de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens. Een land dat zich daar niet aan houdt, kan door andere landen op het matje worden geroepen. Wisten jullie dat we die verklaring mede te danken hebben aan een vroegere president van Amerika die Zeeuwse voorouders had?”


 

„Rekening houden met elkaar is belangrijk”

Milan Minnaard vond het ‘lesje respect’ van de Zeeuwse commissaris van de Koning reuze-interessant. „Maar ik wist al wat het woord respect betekent”, vertelt de 15-jarige vmbo-leerling uit klas 3 na de gastles. „Mijn ouders hebben mij geleerd hoe je met anderen hoort om te gaan. Als iemand mij iets geeft, weet ik dat ik dank je wel moet zeggen. Als iemand mij uitscheldt, roep ik niks terug. Mijn moeder zegt altijd: „Je kunt beter niets zeggen. Als je kwaad wordt en terug scheldt, heeft die ander zijn zin.””

Milan is geboren in Taiwan. Toen hij twee jaar oud was, werd hij geadopteerd. Hij woont in Arnemuiden. „Mijn Nederlandse ouders sturen mijn echte ouders in Taiwan regelmatig een berichtje dat het goed met mij gaat”, vertelt hij.

„Op mijn school gaan we respectvol met elkaar om. Er zijn wel een paar jongens die zichzelf best stoer vinden en die weleens vervelend doen. Maar dat heb je op elke school. Ik trek me er in ieder geval niks van aan. Soms zegt iemand voor de grap: „Hé Chineesje.” Dan zeg ik gewoon: „Hé kaaskop” terug en dan zeggen ze niks meer”, vertelt hij lachend.

Milan vindt dat je op school altijd rekening moet houden met elkaar. „Dat komt voor mij op de eerste plaats. En je moet je houden aan de regels van de school. Wie dat niet doet, kan straf krijgen of moet misschien weleens nablijven. Maar de meeste leerlingen hier zijn nogal rustig, hoor.”